Gemeente HEMIKSEM
Zitting van 26/12/2019

 

 

Tegenwoordig

Luc Bouckaert (CD&V-groen), burgemeester

Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen) en Annick De Wever (CD&V-groen), schepenen

Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), voorzitter

Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG), raadsleden

Luc Schroyens, algemeen directeur

 

Verontschuldigd

Gregory Müsing (N-VA), raadslid

 

 

Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 1 - Aanvraag voor de erkenning van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst (IOED) met ingang van 01 januari 2021

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Mail van Marc Vergauwen van 20 november 2019

 

Feiten en context

Gelet op de oprichting door de vijf Rupelgemeenten Boom, Hemiksem, Niel, Rumst en Schelle op 13 november 2009 van een Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek voor een periode van zes jaar nl. 2009-2014 en de publicatie ervan in de bijlagen van het Belgische Staatsblad op 26 januari 2010;

 

Gelet op de besluiten in december 2014 van de gemeenteraden van de vijf Rupelgemeenten – rekening houdend met artikel 4 paragraaf 2 van de statuten – om de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek te verlengen met een periode van zes jaar nl. van 01 januari 2015 t/m 31 december 2020 gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad op 15 juni 2016;

 

Gelet op het hoofddoel van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek nl. het uitbouwen  van een erfgoedbeleid waarbij vanuit een geïntegreerde en integrale aanpak wordt gewerkt aan een kwaliteitsvolle en duurzame zorg voor en ontsluiting van het erfgoed en dat eveneens het verbreden van het maatschappelijke draagvlak en het uitbouwen van een netwerk van expertise impliceert;

 

Gelet op het indienen op 12 januari 2017 van een aanvraagdossier bij het Agentschap Onroerend Erfgoed voor een erkenning van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst met ingang van 01 januari 2018;

 

Gelet op het schrijven d.d. 28 april 2017 van het Agentschap Onroerend Erfgoed waarin medegedeeld werd dat de beslissing genomen werd om de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek niet te erkennen als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst aangezien aan een aantal inhoudelijke voorwaarden niet voldaan werd;

 

Gelet op de beslissing van de Raad van Bestuur van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek d.d. 15 maart 2018 om een nieuwe aanvraag voor een erkenning van de Intergemeentelijke project-vereniging Erfgoed Rupelstreek als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst in te dienen bij het Agent-schap Onroerend Erfgoed;

 

Gelet op de beslissing van de Raad van Bestuur d.d. 25 november 2019 om goedkeuring te geven aan 

-het Onroerend Erfgoedbeleidsplan als integraal onderdeel van het aanvraagdossier en als voorwaarde voor een erkenning

-de aanvraag voor een erkenning van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst met ingang van 01 januari 2021 mits het indienen van een aanvraagdossier voor een erkenning voor 15 januari 2020 bij het Agentschap Onroerend Erfgoed

-het globale aanvraagdossier voor een erkenning inclusief de vereiste bijlagen;

 

Gelet op de toelichting die tijdens de gemeenteraad gegeven werd door projectmedewerker Marc VERGAUWEN van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek en door de heer Davy HERREMANS van Goed in Erfgoed C.V. omtrent de aanvraag voor een erkenning als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst;

 

 

 

Juridische grond

        Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017

        Onroerend Erfgoeddecreet van 12 juli 2013 en Onroerend Erfgoedbesluit 16 mei 2014 & 4

december 2013 van de Vlaamse overheid, waarbij de oprichting van een Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst wordt mogelijk gemaakt

 

Advies

Er is geen advies nodig

 

Argumentatie

De gemeenteraad moet de aanvraag goedkeuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

 

 

 

 

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

Dat het Onroerend Erfgoedbeleidsplan integraal deel uitmaakt van het aanvraagdossier.

 

Artikel 2

De aanvraag voor een erkenning van de Intergemeentelijke projectvereniging Erfgoed Rupelstreek als Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst goed te keuren met ingang van 01 januari 2021 mits het indienen van een aanvraagdossier voor een erkenning voor 15 januari 2020 bij het Agentschap Onroerend Erfgoed

 

Artikel 3

Het globale aanvraagdossier voor een erkenning inclusief de vereiste bijlagen

goed te keuren. 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 2 - Vereffeningsstaat AGB en inboeken patrimonium in gemeentelijke boekhouding

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

- Beslissing van de gemeenteraad van 15 oktober 2013 houdende de oprichting van het Autonoom Gemeentebedrijf Hemiksem;

- Beslissing van 15 januari 2014 van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeenteraad tot oprichting van het AGB Hemiksem;

- Beslissing beleidscollege 12 november 2018: principieel akkoord met vereffeningsscenario;

- Toelichting gemeenteraad 18 december 2018 bij bespreking budget aan gemeenteraad en raad van bestuur AGB.

- Beslissing van de gemeenteraad van 19 maart 2019 houdende de ontbinding van het AGB Hemiksem en de aanstelling van de burgemeester als vereffenaar;

- Beslissing van de gemeenteraad van 18 juni 2019 tot overdracht activiteiten AGB naar gemeente Hemiksem en beëindiging recht van opstal AGB;

 

Feiten en context

-decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd

-statuten van het autonoom gemeentebedrijf Hemiksem

-gemeenteraadsbesluit van 19 maart 2019 houdende goedkeuring ontbinding AGB

 

Juridische grond

-decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd, artikel 244, §1

-statuten van het autonoom gemeentebedrijf Hemiksem.

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

 

In navolging van de gemeenteraadsbesluiten van 19 maart 2019 werd uitvoering gegeven aan deze beslissingen door de vereffenaar.

 

Het saldo van de vereffening bedraagt 109.187,14 EUR en is als volgt samengesteld:

+ 13.827,99 als zijnde de waarde van de actiefgoederen welke aan boekwaarde worden overgedragen aan de gemeente

+ 95.359,15 als positief werkkapitaal

En wordt overgedragen aan de gemeente.

 

 

Aansluitend op dit besluit dat het btw-nummer en het KBO-nummer worden stopgezet en zal een afsluitende aangifte in de vennootschapsbelasting worden ingediend.

 

De verschuldigde btw-herziening wordt thans geraamd op 807.360,97 EUR, er van uitgaande dat is geactiveerd aan 91% btw-aftrek.

 

Financiële gevolgen

Voor het positieve werkkapitaal zal een budgettaire aanrekening gemaakt worden in de investerings-ontvangst op de MAR 2800_0 “Belangen in extern verzelfstandigde agentschappen – aanschaffingswaarde” voor 95.359,15 EUR.

Op 30 juni 2019 is het AGB Hemiksem in vereffening gegaan. Daarna werd nog de finale vereffeningsstaat opgemaakt en wordt het patrimonium van Depot Deluxe terug ingeboekt in de gemeentelijke boekhouding.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad neemt kennis van de vereffeningsstaat van het AGB Hemiksem en keurt deze goed en verleent tevens kwijting aan de vereffenaar. De gemeenteraad stemt in met de ontvangst van het vereffeningssaldo van 109.187,14 EUR.

 

De gemeenteraad neemt tevens kennis van de geraamde btw-herziening  ten belope van 807.360,97 EUR, er van uitgaande dat is geactiveerd aan 91% btw-aftrek.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 3 - Vaststellen meerjarenplan 2020-2025 - deel gemeente

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

opmaak nieuw beleidsplan periode 2020-2025

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

 

Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.

 

Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en

beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

 

Omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

 

Ministerieel Besluit van 8 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van gegevens van de beleidsen beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

 

Advies

§ 1. De beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn zijn het meerjarenplan, de aanpassingen van het meer-jarenplan en de jaarrekening.

 

De beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vormen een geïntegreerd geheel.

 

§ 2. Elk ontwerp van beleidsrapport wordt op zijn minst veertien dagen voor de vergadering waarop het wordt besproken aan ieder lid van de gemeenteraad of de raad voor maatschappelijk welzijn bezorgd.

 

Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.

 

§ 3. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

 

De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

 

§ 4. Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

 

Argumentatie

zie teksten in bijlage

 

Financiële gevolgen

zie schema's in bijlage

De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport.

BESLUIT

12 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen) en Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire)

6 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Inneke Varewyck (N-VA)

2 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad stelt het beleidsrapport meerjarenplan 2020-2025 - deel gemeente vast met volgende kerncijfers:

 

Artikel 2 - gemeente

Exploitatiesaldo 2020: 782.777,23 euro

Investeringssaldo 2020: -5.447.283,26 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: -37.439,18 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 10.384.641 euro

Beschikbaar budgettair resultaat na onbeschikbare gelden: 4.561.929,79 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: 782.777,23 euro

 

Artikel 3 - ocmw

Exploitatiesaldo 2020: - 587.465,82 euro

Investeringssaldo 2020: -220.000 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: 0 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 3.695.376 euro

Beschikbaar budgettair resultaat: 1.085.230,18 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: - 587.465,82 euro

 

Artikel 4 - geconsolideerd

Exploitatiesaldo 2020: 195.311,41 euro

Investeringssaldo 2020: -5.471.971,85 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: -37.439,18 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 14.080.017

Beschikbaar budgettair resultaat: 5.647.159,97 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: 195.311,41 euro

 

Artikel 5 - delegatie investeringen naar college

Overeenkomstig artikel 41 lid 2 10° b van het decreet lokaal bestuur delegeert de gemeenteraad de investeringen opgenomen in schema T3, aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 4 - Goedkeuren meerjarenplan 2020-2025 - deel ocmw

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

opmaak nieuw beleidsplan periode 2020-2025

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

 

Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.

 

Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en

beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

 

Omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

 

Ministerieel Besluit van 8 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van gegevens van de beleidsen beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

 

Advies

§ 1. De beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn zijn het meerjarenplan, de aanpassingen van het meer-jarenplan en de jaarrekening.

 

De beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vormen een geïntegreerd geheel.

 

§ 2. Elk ontwerp van beleidsrapport wordt op zijn minst veertien dagen voor de vergadering waarop het wordt besproken aan ieder lid van de gemeenteraad of de raad voor maatschappelijk welzijn bezorgd.

 

Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.

 

§ 3. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

 

De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

 

§ 4. Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

 

Argumentatie

zie teksten in bijlage

 

Financiële gevolgen

zie schema's in bijlage

Nadat de raden het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

BESLUIT

12 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen) en Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire)

6 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Inneke Varewyck (N-VA)

2 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad keurt het beleidsrapport meerjarenplan 2020-2025 (deel OCMW) met volgende kerncijfers goed:

 

Artikel 2 - gemeente

Exploitatiesaldo 2020: 782.777,23 euro

Investeringssaldo 2020: -5.447.283,26 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: -37.439,18 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 10.384.641 euro

Beschikbaar budgettair resultaat na onbeschikbare gelden: 4.561.929,79 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: 782.777,23 euro

 

Artikel 3 - ocmw

Exploitatiesaldo 2020: - 587.465,82 euro

Investeringssaldo 2020: -220.000 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: 0 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 3.695.376 euro

Beschikbaar budgettair resultaat: 1.085.230,18 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: - 587.465,82 euro

 

Artikel 4 - geconsolideerd

Exploitatiesaldo 2020: 195.311,41 euro

Investeringssaldo 2020: -5.471.971,85 euro

Financieringssaldo 2020 - 2025: -37.439,18 euro

 

Gecumuleerd resultaat vorige jaren: 14.080.017

Beschikbaar budgettair resultaat: 5.647.159,97 euro

 

Autofinancieringsmarge 2020: 195.311,41 euro

 

Artikel 5 - delegatie investeringen naar college en vast bureau

Overeenkomstig artikel 41 lid 2 10° b van het decreet lokaal bestuur delegeert de gemeenteraad de investeringen opgenomen in schema T3, aan het college van burgemeester en schepenen, respectievelijk vast bureau.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 5 - Goedkeuren dotatie politiezone Rupel budget 2020

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De politieraad keurde het budget 2020 van de politiezone Rupel goed.

 

Feiten en context

De politiezone Rupel overhandigt de gemeente de begroting van het jaar 2020 om de dotatie goed te laten keuren.

 

Juridische grond

Wet van 7/12/1998 de organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus

K.B. van 16/11/2001 de nadere regels inzake de berekening en de verdeling van de               gemeentelijke dotaties in de schoot van een meergemeente politiezone

Decreet lokaal bestuur 22 december 2017

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

De gemeente Hemiksem maakt voor 17,7% deel uit van de politiezone Rupel. Jaarlijks dient de gemeente een dotatie te betalen aan de politie. Dankzij het verhuren van een gedeelte van de abdij aan de lokale politiezone kan een deel van de jaarlijkse bijdrage gerecupereerd worden.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op actie 2025G2-3 exploitatie aandeel: 1.193.865 euro

Financiële gevolgen voorzien op actie 2025G2-4 investeringsaandeel: 0 euro

De politiezone Rupel overhandigt de gemeente de begroting van het jaar 2020 om de dotatie goed te laten keuren.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

De dotatie van de gemeente Hemiksem aan de politiezone Rupel voor het dienstjaar 2020 vast te stellen op 1.193.865  euro in exploitatie en 0 euro in investeringen.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 6 - Aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting 2020: 7,5%

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De gemeente stelt haar percentage van de APB vast in een belastingreglement, dat uiterlijk op 31 januari van het aanslagjaar in werking treedt. Aangezien een reglement normaal gezien in werking treedt op de vijfde dag na zijn bekendmaking (zie artikel 288 DLB), kan het nodig zijn om een vervroegde inwerkingtreding te bepalen. De gemeenteraad kan uiterlijk op 31 januari van het aanslagjaar de gemeentelijke APB vaststellen en op dezelfde dag publiceren, met de uitdrukkelijke vermelding dat het reglement ‘met onmiddellijke ingang’ in werking treedt.

 

Feiten en context

Artikel 468 van het WIB 1992 bepaalt dat de aanvullende belasting voor alle belastingplichtigen van de gemeente vastgesteld wordt op een eenvormig percentage van de rijksbelasting. Als dat percentage een breukgedeelte omvat, moet het breukgedeelte tot één decimaal worden beperkt.

Op de aanvullende belasting mogen geen bijkomende verminderingen, vrijstellingen of uitzonderingen worden toegepast.

 

De federale overheid int het aandeel van de gemeenten samen met de hoofdbelasting. Voor die inning houdt ze 1% administratiekosten in op de doorstortingen.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

                     Artikel 464-470/2 Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992

 

Advies

Zoals andere gemeentebelastingen kan ook de APB voor meerdere jaren worden vastgesteld.

 

Argumentatie

Om de uitgaven van de meerjarenplanning te financieren moet de gemeente een aanvullende personenbelasting ontvangen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien2025B1-1  

De gemeente stelt haar percentage van de APB vast in een belastingreglement, dat uiterlijk op 31 januari van het aanslagjaar in werking treedt.

BESLUIT

12 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen) en Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire)

6 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Inneke Varewyck (N-VA)

2 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

 

Artikel 2

De belasting wordt vastgesteld op 7,5% van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

 

Artikel 3

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.

 

Artikel 4

Dit besluit treedt heden in werking.

 

Artikel 5

Deze beslissing wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

Federale Overheidsdienst Financiën

Stafdienst Beleidsexpertise en –ondersteuning

Studie- en documentatiedienst

Cel Begroting, fiscale ontvangsten en statistiek

North Galaxy – Toren B – 25ste verdieping

Koning Albert II-laan 33 bus 73

1030 BRUSSEL

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 7 - Vaststellen onroerende voorheffing 976 opcentiemen: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en de gewijzigde financiering van de provincies (B.S van 13 december 2016) wijzigt, door een inkrimping van het takenpakket van de provincies, ook de financiering van het Gewest, de provincies en de gemeenten.

 

Om de overheveling van persoonsgebonden taken, bevoegdheden en instellingen naar het Vlaamse en gemeentelijke bestuursniveau te kunnen financieren, voorziet het decreet in een gedeeltelijke integratie van de provinciale opcentiemen onroerende voorheffing in de Vlaamse basisheffing. Vandaar dat de Vlaamse basisheffing vanaf het aanslagjaar 2018 stijgt van 2,5% naar 3,97% voor het basistarief en van 1,6% naar 2,54% voor het sociaal tarief (een verhoging met factor 1,588)

 

Feiten en context

Op basis van artikel 3.1.0.0.4., §2, van de VCF, moeten de OOV uiterlijk op 31 januari worden vastgesteld en uiterlijk op 1 maart aan VLABEL worden meegedeeld. Artikel 3.1.0.0.4, §2, tweede lid, van de VCF voorziet in een opvangregeling voor gemeenten die niet tijdig hun OOV hebben vastgesteld. De gemeentelijke OOV worden dan gevestigd op basis van de opcentiemen die van toepassing waren tijdens het vorige aanslagjaar.

Uiterlijk op 15 mei van het aanslagjaar deelt de gemeente aan VLABEL ook de in het meerjarenplan opgenomen geraamde ontvangsten uit de OOV mee. Op basis daarvan berekent VLABEL de voorschotten die aan de gemeente zullen worden uitgekeerd. Wanneer de gemeente niet tijdig haar ramingen doorgeeft, maakt VLABEL zelf een inschatting van wat de gemeente in het aanslagjaar aan OOV zal ontvangen en baseert het daarop de uit te keren voorschotten.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

Artikel 464/1, 1° Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992

Artikel 2.1.4.0.2. en artikel 3.1.0.0.4. Vlaamse Codex Fiscaliteit

Artikel 41, derde en vierde lid Decreet Lokaal Bestuur

Artikel 3.1.0.0.6 Besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit

 

 

Advies

Vrijstellingen en verminderingen en andere vormen van differentiëring in de tarieven van de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing die de gemeenteraad toestaat, mogen geen afbreuk doen aan (het doel en de strekking van) de Vlaamse hoofdbelasting. Het voorstel van gemeenteraadsbesluit dat de vrijstellingen, verminderingen of differentiëring vaststelt, wordt vooraf aan de Vlaamse Regering en VLABEL voorgelegd overeenkomstig artikel 41, derde en vierde lid van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 3.1.0.0.6 van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit:

37

1. De gemeenteraad motiveert grondig ten aanzien van de Vlaamse Regering de noodzaak van de differentiëring.

2. Aan VLABEL worden de criteria meegedeeld op basis waarvan de vrijstellingen, verminderingen of differentiëring zouden worden toegepast. VLABEL evalueert hun technische uitvoerbaarheid binnen een tijdsbestek van één tot drie maanden.

Het advies van VLABEL wordt verplicht aan het voorstel van reglement toegevoegd voor de bespreking ervan op de gemeenteraad.;

 

Argumentatie

Om de uitgaven van de meerjarenplanning 2020 - 2025 te financieren moet de gemeente opcentiemen op de onroerende voorheffing heffen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B1-2

Uiterlijk op 15 mei van het aanslagjaar deelt de gemeente aan VLABEL ook de in het meerjarenplan opgenomen geraamde ontvangsten uit de OOV mee.

BESLUIT

12 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen) en Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire)

3 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit) en Birgit De bondt (OPEN VLD)

5 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 worden ten bate van de gemeente 976 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.

 

Artikel 2

De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.

 

Artikel 3

Deze beslissing wordt aan de overheid VLABEL toegezonden.

 

Vlaamse Belastingdienst

Onroerende Voorheffing

Vaartstraat 16

9300 AALST

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 8 - Opcentiemen op de door het Vlaams Gewest geheven heffing ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

•Het arrest van het Hof van Cassatie van 24.05.2012 stelde dat de heffing van gemeentelijke opcentiemen op de gewestelijke leegstandsheffing strijdig is met het Wetboek van Inkomstenbelasting omdat het kadastraal inkomen de berekeningsgrondslag is van de gewestelijke heffing;

•Door een wetswijziging is het vanaf het aanslagjaar 2015 opnieuw mogelijk om opcentiemen op gewestelijke heffingen te vestigen.

 

Feiten en context

•De gemeente heft reeds een belasting op leegstaande, verkrotte en verwaarloosde woningen en gebouwen evenals op ongeschikte, onbewoonbare, ongezonde en bouwvallig verklaarde woningen en gebouwen. Een heffing op leegstaande en verkrotte bedrijfsruimten is dan ook verdedigbaar.

 

Juridische grond

      artikel 170, §4 van de Grondwet

      het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Artikel 464/1 2° WIB 1992

      Decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten

      Artikelen 2.6.1.0.1 tot en met 2.6.7.7.1 en artikel 3.1.0.0.4 §2 Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

 

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

In Hemiksem staan een aantal bedrijfsruimten lange tijd leeg, zijn verwaarloosd of verkrot. Langdurige leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten hebben een negatieve impact op de leefomgeving en de uitstraling ervan. De gemeente investeert in de kwaliteit van openbaar domein en de leefbaarheid van de buurten. Artikel 464/1, 2° WIB en artikel 2.6.4.0.2 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 houdende de maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten geeft aan de gemeenten de mogelijkheid om opcentiemen te heffen. Door het heffen van opcentiemen op de Vlaamse heffing kan de gemeente dit beleid mee versterken.

Opcentiemen zijn mogelijk aangezien de bedrijfsruimten uitgesloten zijn van de gemeentelijke heffing op leegstaande, verwaarloosde en verkrotte woningen en gebouwen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1: 2.000 euro

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De  opcentiemen op de door het Vlaams Gewest geheven heffing ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimte wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025, jaarlijks 150 opcentiemen gevestigd op de gewestelijke heffing ter bestrijding van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten.

 

Artikel 2

De gemeente doet een beroep op de medewerking van het Agentschap Vlaamse Belastingsdienst voor de inning van deze opcentiemen.

 

Artikel 3

§ 1. Een afschrift van dit reglement wordt aan de toezichthoudende overheid verstuurd.

§ 2. Een afschrift van dit reglement wordt binnen de maand die volgt op de inwerkingtreding ervan bij aangetekende brief bezorgd aan

 

Agentschap Vlaamse Belastingdienst

Cel Leegstand Bedrijfsruimte

Koning Albert II-Laan 35 bus 62

1030 Brussel.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 9 - Opcentiemen op de door het Vlaams gewest geheven heffing ter bestrijding en voorkoming van ongeschikte en onbewoonbare woningen en gebouwen: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

•De Vlaamse Overheid houdt een Vlaamse inventaris bij met ongeschikte en onbewoonbare panden.

•De Vlaamse belastingdienst int de belasting.

 

Feiten en context

De gemeente heft reeds een belasting op leegstaande, verkrotte en verwaarloosde woningen en gebouwen. Een heffing op ongeschikt of onbewoonbare woningen is dan ook verdedigbaar.

 

Juridische grond

          artikel 170, §4 van de Grondwet

          het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

          Artikel 464/1 2° WIB 1992

          Artikelen 26 tot en met 30 Decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 (Programmadecreet 1996)

          Artikelen 2.5.1.0.1 tot en met 2.5.7.0.3 en artikel 3.1.0.0.4 §2 Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

In Hemiksem bestaan een aantal woningen die ongeschikt of onbewoonbaar zijn. Langdurige leegstand en verwaarlozing van gebouwen hebben een negatieve impact op de leefomgeving en de uitstraling ervan. De gemeente investeert in de kwaliteit van openbaar domein en de leefbaarheid van de buurten.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De opcentiemen op de door het Vlaams gewest geheven heffing ter bestrijding en voorkoming van ongeschikte en onbewoonbare woningen en gebouwen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Er wordt voor een periode die ingaat op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025, jaarlijks 150 opcentiemen op de gewestelijke heffing voor ongeschikte en onbewoonbare woningen geheven.

 

Artikel 2

De gemeente doet beroep op de medewerking van het Agentschap Vlaamse Belastingdienst voor de inning van deze opcentiemen.

 

Artikel 3

Het gemeenteraadsbesluit wordt aan de toezichthoudende overheid en het Agentschap Vlaamse Belastingdienst toegezonden.

 

Vlaamse Belastingsdienst

Koning Albert II-Laan 35 bus 62

1030 Brussel.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 10 - Belasting op leegstaande woningen en gebouwen: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeentelijk reglement op opname in leegstandsregister van gebouwen en woningen van 28 mei 2019

Gemeenteraadsbesluit van 19 maart 2019 betreffende belasting op de leegstand van gebouwen en woningen.

 

Feiten en context

Door wijziging van het decreet grond- en pandenbeleid (Artikels 2.2.7 en 2.2.8 zijn opgeheven) dient het gemeentelijk reglement op de leegstand van gebouwen en woningen aangepast te worden en ook de daaraan verbonden belasting op de leegstand van gebouwen en woningen.

De ervaringen en bezwaren die uit het verleden hebben ertoe geleid dat dit reglement als eerste opnieuw dient herbekeken te worden om de procedures correcter te laten verlopen.

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        Decreet van 27 maart 2009 artikel 2.2.6. betreffende het grond- en pandenbeleid, en latere wijzigingen, hierna Decreet grond- en pandenbeleid genoemd

 

Advies

geen

 

Argumentatie

Leegstand dient uitdrukkelijk bestreden en ontmoedigd te worden om de leefbaarheid in de gemeente te verzekeren. Anderzijds hecht de gemeenteraad ook belang aan het duurzaam onderhoud en gebruik van woningen en gebouwen binnen de gemeente, en dienen leegstaande gebouwen of woningen zo snel mogelijk weer benut te worden.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De belasting op leegstaande woningen en gebouwen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 Algemeen

Het reglement van 19 maart 2019 wordt opgeheven en vervangen door onderstaande reglement.

Voor een periode die ingaat op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025 wordt er een jaarlijkse belasting gevestigd op leegstaande woningen en gebouwen.

 

Artikel 2  Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van dit reglement gelden onder meer de begripsomschrijvingen van het artikel 1.2 van het Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, dat in dit reglement ‘het Grond- en Pandendecreet’ wordt genoemd.

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt specifiek volgende definitie verstaan onder:

 

1° Administratie: De gemeentelijke administratieve eenheid en/of intergemeentelijke administratieve eenheid die door de gemeenteraad wordt belast met het beheer van de gemeentelijke inventaris

 

2° beroepsinstantie: het college van burgemeester en schepenen

 

3° Beveiligde zending: Eén van de hiernavolgende betekeningswijzen:

a. een aangetekend schrijven;

b. een afgifte tegen ontvangstbewijs;

 

4° Leegstandsregister: Het gemeentelijk register van leegstaande gebouwen en woningen als vermeld in art 2.2.6 van het decreet betreffende het Grond- en Pandenbeleid.

 

5° Inventarisatiedatum: de datum waarop het gebouw en/of woning voor de eerste maal in het leegstandsregister wordt ingeschreven

 

6° Verjaardag: het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden vanaf de datum van eerste inschrijving, zolang het gebouw en/of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt.

 

7° Zakelijk gerechtigde: de houder van één van de volgende zakelijke rechten:

a) de volle eigendom,

b) het recht van opstal of van erfpacht

c) het vruchtgebruik

 

8°  Renovatienota: een nota die bestaat uit:

a)Een overzicht van werken die worden uitgevoerd.

b)Een plan of schets en enkele foto’s van de bestaande toestand van het te renoveren gedeelte.

c)Facturen op naam van de eigenaar voor de werken die minimaal 3% (incl btw) van de geïndexeerde aankoopprijs bedragen, elke factuur kan maximaal 1 keer in de renovatienota worden opgenomen.

d) Facturen die een factuurdatum hebben, die betrekking hebben op de periode waarin de leegstand door de administratie werd vastgesteld

 

9° Gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2,1° van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten.

 

10° Leegstaand gebouw: Gebouw waarvan meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een periode van ten minste twaalf opeenvolgende maanden. Hierbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw.

De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde of gedane stedenbouwkundige vergunning (of omgevingsvergunning) of melding in de zin van artikel 94 van het decreet Ruimtelijke Ordening, met latere wijzigingen, of milieuvergunning of melding in de zin van het decreet van 28 juni 1985

betreffende de milieuvergunning, met latere wijzigingen, of afgeleverde of gedane omgevingsvergunning of melding in de zin van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, met latere wijzigingen. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het

vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden.

Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor een economische activiteit, vermeld in artikel 2, 2° van het decreet bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. Een gedeelte is eerst afsplitsbaar indien het na slopen van de overige gedeelten kan worden beschouwd als een afzonderlijke woning die voldoet aan de

bouwfysische vereisten.

 

11° Woning: een goed vermeld in artikel 2 §1, eerste lid, 31° van de Vlaamse Wooncode (elk onroerend goed of deel ervan (*) dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande).

 

12° Leegstaande woning: Woning, die gedurende een periode van ten minste 12 opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met de woonfunctie.

 

13° Leegstand bij nieuwbouw:

Een nieuw gebouw of een nieuwe woning wordt als een leegstaand gebouw of een leegstaande woning beschouwd indien dat gebouw of die woning binnen zeven jaar na de afgifte van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig zijn functie.

 

14° Handelspand : elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de uitbating van handels- en/of dienstenactiviteiten. De gegevens zullen geraadpleegd worden uit de KBO-databank.

 

15° Handelsruimte : elke ruimte waar een commerciële activiteit of functie is gevestigd (handel, diensten, horeca, …). Een handelsruimte kan deel uitmaken van een handelspand. De gegevens zullen geraadpleegd worden uit de KBO-databank.

 

(*) vb.: appartement, assistentiewoning, studio,.... deze opsomming is niet limitatief

 

Artikel 3  Belasting op leegstaande woningen en gebouwen

§ 1. Er wordt voor een periode die aanvangt op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025 een gemeentebelasting gevestigd op woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister.

 

§ 2. De belasting voor een leegstaande woning of een leegstaand gebouw is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat die woning of dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister.

Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt,  blijft de heffing verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt.

 

Artikel 4 Belastingplichtige

§ 1 De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijk recht betreffende het leegstaande gebouw of de leegstaande woning op de verjaardag van de inventarisatiedatum.

 

§ 2. Ingeval van mede-eigendom zijn de mede-eigenaars hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld. Ingeval er meerdere andere houders zijn van het zakelijk recht zijn deze eveneens hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld.

 

§ 3. De overdrager van het zakelijk recht moet de verkrijger ervan in kennis stellen dat het goed is opgenomen in het leegstandsregister.

Tevens moet hij per beveiligd schrijven een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen twee maanden na het verlijden van de notariële akte. 

Deze kopie bevat minstens de volgende gegevens:

naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel,

datum van de akte, naam en standplaats van de notaris;

nauwkeurige aanduiding van de overgedragen woning of het gebouw

 

Artikel 5  Tarief van de heffing

De belasting bedraagt

-€ 1.500 voor een gebouw

-€ 1.500 voor een woning

na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

 

Indien het zakelijk recht niet werd overgedragen en het gebouw of de woning een tweede opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 3.000 voor een gebouw

-€ 3.000 voor een woning

 

Indien het zakelijk recht niet werd overgedragen en het gebouw of de woning een derde  opeenvolgende  termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 4.500 voor een gebouw

-€ 4.500 voor een woning

 

Indien het zakelijk recht niet werd overgedragen en het gebouw of de woning een vierde of latere opeenvolgende  termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 6.000 voor een gebouw

-€ 6.000 voor een woning

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 1.500 euro betalen, het daaropvolgende aanslagjaar betaalt diezelfde eigenaar 3.000 euro, in het derde jaar betaalt diezelfde eigenaar 4.500 euro.

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 1.500 euro betalen, het daaropvolgende aanslagjaar kan hij een vrijstelling bekomen voor renovatiewerken, het jaar daarna betaalt diezelfde eigenaar 3.000 euro.

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 1.500 euro betalen, en besluit in het tweede jaar het pand te verkopen, in het tweede aanslagjaar is geen belasting verschuldigd door de overdrager van het zakelijk recht, en kan de nieuwe eigenaar beroep doen op een vrijstelling art 6 §2,3°.

Als de nieuwe eigenaar in het daaropvolgende aanslagjaar een renovatienota indient, is die opnieuw vrijgesteld. Als de nieuwe eigenaar daarna, geen beroep meer kan doen op een vrijstelling in dat aanslagjaar, is een aanslag van 1.500 euro verschuldigd. Vanaf dan begint de termijn te lopen en wordt het bedrag verhoogt, zolang hij jaarlijks eigenaar blijft tot een maximaal plafond van 6.000 euro per jaar.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

€ 1.500 voor een gebouw of woning x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 3.000 voor een gebouw of woning x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 4.500 voor een gebouw of woning x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 6.000 voor een gebouw of woning x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro

 

Artikel 6  Vrijstellingen

§1. Een vrijstelling van de heffing kan aangevraagd worden bij de administratie via het daartoe bestemde aanvraagformulier. De houder van het zakelijk recht die gebruik wenst te maken van een vrijstelling, dient zelf hiervoor de nodige bewijsstukken voor te leggen aan de administratie. Indien het aanvraagformulier niet wordt teruggestuurd of de juiste vrijstellingen niet werden aangevraagd op een correcte manier, wordt de belastingschuldige opgenomen in het kohier en zal de belasting te verschuldigd zijn.

 

§ 2. Van de leegstandsheffing zijn vrijgesteld:

 

1° de belastingsplichtige die in een erkende zorginstelling verblijft ,deze vrijstelling geldt voor een periode van maximum twee aanslagjaren;

 

2° de belastingsplichtige waarvan de handelingsbekwaamheid beperkt werd ingevolge een gerechtelijke beslissing

 

3° de belastingsplichtige die in het betrokken aanslagjaar nieuwe eigenaar wordt of via recht van opstal of erfpacht het gebruiksgenot verkrijgt,  krijgt een vrijstelling voor dat eerste aanslagjaar

Deze vrijstelling geldt niet voor overdrachten aan:

Vennootschappen waarin de vroegere houder van het zakelijk recht participeert, rechtstreeks of onrechtstreeks, voor meer dan 10% van het aandeelhouderschap;

Vzw's waar de houder van het zakelijk recht lid van is;

 

4° de woning of het gebouw gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan en de woning is aangeduid als te onteigenen goed;

 

5° de woning of het gebouw, krachtens decreet, beschermd is als monument, stads- of dorpsgezicht, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp van lijst tot bescherming als monument, stads- of dorpsgezicht.

 

6° de woning of het gebouw vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van vijf jaar volgend op de datum van de vernieling of beschadiging.

 

7° de woning of het gebouw onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure, voor de termijn van de verzegeling.

 

8° de woning of het gebouw onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van bodemsaneringswerken; deze werken dienen jaarlijks bewezen te worden op basis van de briefwisseling tussen de eigenaar en OVAM.

 

9° §1 de woning of het gebouw dat gerenoveerd wordt mits de belastingschuldige door middel van een renovatienota (timing, aard werken, kostprijs) aantoont dat het een totale verbouwing betreft en waarbij de woning wordt aangepast aan de huidige woningkwaliteitsnormen.

Het dient te gaan om de enige en eigen woning (de eigenaar van het zakelijk recht dient hiervoor het bewijsmateriaal aan te leveren eigendomsattest enige woning (de kosten hiervoor zijn ten laste van de belastingplichtige)), waarbij jaarlijks een minimaal factuurbedrag dient voorgelegd te worden, ten bedrage van 3% (incl btw)  van de geïndexeerde aankoopprijs van de woning.

Om de reële aankoopprijs van de woning te bepalen, dient de belastingplichtige de eigendomsakte voor te leggen, de aankoopprijs die hierin vermeld wordt, zal geïndexeerd worden op basis van de consumptieprijsindex van de laatst gepubliceerde maand waarop de aankoopakte betrekking heeft.

De facturen die in deze renovatienota worden vermeld, dienen op naam van de eigenaar te staan, een factuurdatum te hebben die betrekking heeft op de periode waarin de leegstand door de administratie werd vastgesteld en kan slechts éénmaal in een renovatienota worden ingebracht.

De vrijstelling wordt jaarlijks opnieuw aangevraagd en is verlengbaar tot maximum twee jaar.

 

9° §2 Indien het niet om de enige en eigen woning gaat, kan ook een vrijstelling bekomen worden voor een periode van maximaal 2 jaar. Hiervoor is een renovatienota verplicht, die facturen kan voorleggen ten bedrage 5% (incl btw) van de geïndexeerde aankoopprijs van de woning.

Om de reële aankoopprijs van de woning te bepalen, dient de belastingschuldige de eigendomsakte voor te leggen, de aankoopprijs die hierin vermeld wordt, zal geïndexeerd worden op basis van de consumptieprijsindex van de laatst gepubliceerde maand waarop de aankoopakte betrekking heeft.

De facturen die in deze renovatienota worden vermeld, dienen op naam van de eigenaar te staan, een factuurdatum te hebben die betrekking heeft op de periode waarin de leegstand door de administratie werd vastgesteld en kan slechts éénmaal in een renovatienota worden ingebracht.

De vrijstelling wordt jaarlijks opnieuw aangevraagd en is verlengbaar tot maximum twee jaar.

 

Voor de renovatie nota komen alle facturen in aanmerking die te maken hebben met de onroerende staat van de woning. Men kan nooit 2 keer dezelfde factuur inbrengen in verschillende aanslagjaren. De facturen moeten op naam van de eigenaar van de woning staan om in aanmerking te komen.

Enkel facturen die een factuurdatum hebben die betrekking hebben op de periode na de inventarisatiedatum van de leegstand komen in aanmerking.

Deze vrijstelling geldt voor een periode van maximum twee aanslagjaren;

 

 

10° de eigenaar die beschikt over een geldige huurovereenkomst met het sociaal verhuurkantoor bekomt een vrijstelling voor de duur van het contract, vanaf het aanslagjaar waarin de overeenkomst werd getekend.

 

11° de eigenaar die zijn gebouw of woning ter beschikking stelt van sociale projecten die het maatschappelijk leven in de gemeente ten goede komen. Hiervoor dient minimaal een vzw's gevestigd zijn op het adres, vrijstelling is voorzien gedurende de volledige looptijd van het sociale project

 

Artikel 7  Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 8  Betalingstermijn

De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 9  Bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

        het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

        het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 10  Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 11 - Belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

•de gemeente heeft een gemeentelijk inventarisatiereglement dd. 15/06/2010, waarbij de leegstand van woningen en gebouwen, verwaarloosde woningen en gebouwen en ongeschikte en onbewoonbare woningen duidelijk wordt omschreven. Dit besluit werd gewijzigd door gemeenteraadsbeslissing van 21/06/2016.

•de vaststelling van verwaarlozing van woningen en gebouwen was gewestelijk geregeld in het heffingsdecreet en het heffingsbesluit voor gans het grondgebied van het Vlaams Gewest. De inventaris van verwaarloosde woningen en gebouwen (en ongeschikte en onbewoonbare woningen) kwam tot stand met medewerking van de gemeente. Ter bestrijding van de verwaarlozing van gebouwen en woningen heeft de gemeente derhalve gebruik gemaakt van de bestaande gewestelijke inventaris van verwaarloosde woningen en gebouwen (en ongeschikte en onbewoonbare woningen) om een eigen gemeentelijke belasting te heffen.

 

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

 

          artikel 170, §4 van de Grondwet

          het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

Het is wenselijk dat het op het grondgebied van de gemeente beschikbare patrimonium

voor wonen optimaal benut wordt.

Het is nuttig om een geïntegreerd beleid te voeren ter bestrijding van leegstand en

verwaarlozing van woningen en gebouwen.

Gelet op het ministerieel besluit van 30 april 2017 houdende goedkeuring van de subsidie

voor de Interlokale Vereniging Lokaal Woonbeleid Zuidrand (IVLW Zuidrand).

IVLW Zuidrand heeft een ontwerp voorgesteld voor een gemeentelijk reglement

verwaarloosde woningen en gebouwen en ook een ontwerp voor de daarbij horende

belasting. De bedoeling is om een zo gelijkaardig mogelijk reglement te hebben voor alle

deelnemende gemeenten.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De belasting op verwaarloosde gebouwen en woningen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1. Algemeen

Er wordt voor een periode die ingaat op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025 een jaarlijks belasting gevestigd op verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt begrepen onder:

 

1° Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:

a)een aangetekend schrijven;

b)een afgifte tegen ontvangstbewijs.

 

2° Bezwaarinstantie: het college van Burgemeester en Schepenen;

 

3° Gebouw: het onroerend goed vermeld in artikel 24, 2° van het Heffingsdecreet; namelijk elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitzondering van de bebouwde onroerende goederen die vallen onder de toepassing van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten;

 

4° Gewestelijke inventarislijst van verwaarloosde gebouwen en/of woningen: de inventarislijst, tot 31 december 2016 vermeld in artikel 28, §1, eerste lid, 1° van het Heffingsdecreet;

 

5° Gewestelijke inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen: de inventaris, sinds 1 januari 2017 vermeld in artikel 26 van het Heffingsdecreet;

 

6° Gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen

 

7° Heffingsdecreet: het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996;

 

8° Registerbeheerder: de gemeentelijke administratieve eenheid en/of intergemeentelijke administratieve eenheid die door het gemeentebestuur wordt belast met de opmaak, het beheer en de actualisering van het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen;

 

9° Registratiedatum: de datum waarop een woning of een gebouw in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen is opgenomen;

 

10° Verwaarlozing: een gebouw, ongeacht of het dient als woning, wordt beschouwd als verwaarloosd, wanneer het ernstige zichtbare en storende gebreken of tekenen van verval vertoont aan buitenmuren, voegwerk, schoorstenen, dakbedekking, dakgebinte, buitenschrijnwerk, kroonlijst of dakgoten.

 

11° Woning: het onroerend goed vermeld in artikel 24, 5° van het Heffingsdecreet; namelijk elk onroerend goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;

 

12° Zakelijk gerechtigde: de houder van één van de volgende zakelijke rechten:

a)de volle eigendom;

b)het recht van opstal of van erfpacht;

c)het vruchtgebruik.

 

13° Renovatienota is een nota die bestaat uit:

a)Een overzicht van werken die worden uitgevoerd.

b)Een plan of schets en enkele foto’s van de bestaande toestand van het te renoveren gedeelte.

c)Facturen op naam van de eigenaar voor de werken die minimaal 3% (incl btw) van de geïndexeerde aankoopprijs bedragen, elke factuur kan maximaal 1 keer in de renovatienota worden opgenomen.

d) Facturen die een factuurdatum hebben, die betrekking hebben op de periode waarin de verwaarlozing door de administratie werd vastgesteld

 

14° Verjaardag: het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden vanaf de datum van eerste inschrijving, zolang het gebouw en/of de woning niet uit het verwaarlozingsregister is geschrapt.

 

Artikel 2. Belastingstermijn en belastbare grondslag

 

§1. De gemeentebelasting is verschuldigd op de woningen en gebouwen die, gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden opgenomen zijn in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

§2. De belasting is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat de woning of het gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden opgenomen is in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen.

 

Zolang de woning of het gebouw niet is geschrapt uit dit register, blijft de belasting verschuldigd bij het verstrijken van elke opeenvolgende periode van twaalf maanden.

 

Artikel 3. Belastingplichtige

 

§1. De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijke recht op de verjaardag van de registratiedatum.

 

§2. Indien er meerdere zakelijk gerechtigden zijn, zijn zij allen hoofdelijk gehouden tot betaling van de totale belastingschuld.

 

Artikel 4. Tarief van de belasting

 

§1. De belasting bedraagt:

-€ 500 voor een gebouw

-€ 500 voor een woning

 

Indien het gebouw of de woning een tweede opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 1.000 voor een gebouw

-€ 1.000 voor een woning

 

Indien het gebouw of de woning een derde  opeenvolgende  termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 1.500 voor een gebouw

-€ 1.500 voor een woning

 

Indien het gebouw of de woning een vierde of latere opeenvolgende  termijn van twaalf maanden op de inventaris staat  bedraagt de belasting:

-€ 2.000 voor een gebouw

-€ 2.000 voor een woning

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 500 euro betalen, het daaropvolgende aanslagjaar betaalt diezelfde eigenaar 1.000 euro, in het derde jaar betaalt diezelfde eigenaar 1.500 euro.

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 500 euro betalen, het daaropvolgende aanslagjaar kan hij een vrijstelling bekomen voor renovatiewerken, het jaar daarna betaalt diezelfde eigenaar 1.000 euro.

 

Vb: een zelfde eigenaar zal in het eerste aanslagjaar 500 euro betalen, en besluit in het tweede jaar het pand te verkopen, in het tweede aanslagjaar is geen belasting verschuldigd door de overdrager van het zakelijk recht, en kan de nieuwe eigenaar beroep doen op een vrijstelling art 5,1°.

Als de nieuwe eigenaar in het daaropvolgende aanslagjaar een renovatienota indient, is die opnieuw vrijgesteld. Als de nieuwe eigenaar daarna, geen beroep meer kan doen op een vrijstelling in dat aanslagjaar, is een aanslag van 500 euro verschuldigd. Vanaf dan begint de termijn te lopen en wordt het bedrag verhoogt, zolang hij jaarlijks eigenaar blijft tot een maximaal plafond van 2.000 euro per jaar.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

€ 500 voor een gebouw of woning dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 1.000 voor een gebouw of woning dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 1.500 voor een gebouw of woning dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)  na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

€ 2.000 voor een gebouw of woning dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019) na het verstrijken van een nieuwe periode van 12 maanden

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro

 

Artikel 5. Vrijstellingen

Van de heffing op verwaarlozing zijn vrijgesteld:

 

1° de belastingplichtige die sinds minder dan één jaar zakelijk gerechtigde is van het gebouw of de woning, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt voor het heffingsjaar volgend op het verkrijgen van het zakelijk recht;

Deze vrijstelling geldt niet voor overdrachten aan:

• Vennootschappen waarin de vroegere houder van het zakelijk recht participeert, rechtstreeks of onrechtstreeks, voor meer dan 10% van het aandeelhouderschap;

• Vzw's waar de houder van het zakelijk recht lid van is;

 

2° de woning of het gebouw gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde

overheid goedgekeurd onteigeningsplan en de woning is aangeduid als te onteigenen goed, voor een periode van maximum drie jaar;

 

3° de woning of het gebouw, krachtens decreet, beschermd is als monument, stads- of dorpsgezicht, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp van lijst tot bescherming als monument, stads- of dorpsgezicht.

 

4° de woning of het gebouw vernield of beschadigd werd ten gevolge van  en plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van vijf jaar volgend op de datum van de vernieling of beschadiging.

 

5° de woning of het gebouw dat gerenoveerd wordt mits de belastingplichtige door middel van een renovatienota (timing, aard werken, kostprijs) aantoont dat het een totale verbouwing betreft en waarbij de woning wordt aangepast aan de huidige woningkwaliteitsnormen. Het dient te gaan om de enige en eigen woning (de eigenaar van het zakelijk recht dient hiervoor het bewijsmateriaal aan te leveren eigendomsattest enige woning (de kosten hiervoor zijn ten laste van de belastingplichtige)), waarbij jaarlijks een minimaal factuurbedrag dient voorgelegd te worden, ten bedrage van 3% (incl btw)  van de geïndexeerde aankoopprijs van de woning.

Om de reële aankoopprijs van de woning te bepalen, dient de belastingplichtige de eigendomsakte voor te leggen, de aankoopprijs die hierin vermeld wordt, zal geïndexeerd worden op basis van de consumptieprijsindex van de laatst gepubliceerde maand waarop de aankoopakte betrekking heeft.

De facturen die in deze renovatienota worden vermeld, dienen op naam van de eigenaar te staan, een factuurdatum te hebben die betrekking heeft op de periode waarin de verwaarlozing door de administratie werd vastgesteld en kan slechts éénmaal in een renovatienota worden ingebracht.

De vrijstelling wordt jaarlijks opnieuw aangevraagd en is verlengbaar tot maximum twee jaar.

 

6° de woning of het gebouw eigendom is van: een erkende sociale

huisvestingsmaatschappij, een erkend sociaal verhuurkantoor, de Vlaamse Maatschappij

voor Sociaal Wonen, IGEAN, AGB of OCMW, voor een periode van maximum twee jaar.

 

Artikel 6. Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Artikel 7. Betalingstermijn

De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8. Bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 9 Toezicht houdende overheid

•De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 12 - Activeringsheffing op onbebouwde gronden en kavels: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 16 september 2014

 

Feiten en context

De activeringsheffingen betreffende onbebouwde gronden en onbebouwde kavels worden samengevoegd tot één reglement.

 

Juridische grond

      artikel 170, §4 van de Grondwet

      het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Artikelen 3.2.5 tot en met 3.2.16 van het Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, en latere wijzigingen, hierna Decreet grond- en pandenbeleid genoemd

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

Rekening houdend met de financiële toestand van de gemeente; acht de gemeente het wenselijk om potentiële woonlocaties vrij te maken zodat nieuwe terreinen gevrijwaard kunnen blijven van verkaveling en om grondspeculatie tegen te gaan;

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De activeringsheffing op onbebouwde gronden en onbebouwde kavels worden samengevoegd en verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

14 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

2 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit) en Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit)

4 onthoudingen: Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Inneke Varewyck (N-VA)

 

Artikel 1

Voor een periode die ingaat op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025 wordt er een jaarlijkse activeringsheffing geheven op de onbebouwde bouwgronden en onbebouwde kavels.

 

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

Bouwgronden: gronden, met uitsluiting van kavels, die palen aan een voldoende uitgeruste weg in de zin van artikel 4.3.5 VCRO en gelegen zijn in een woongebied of in een woonuitbreidingsgebied dat reeds voor bebouwing in aanmerking komt blijkens een principiële beslissing of op grond van artikel 5.6.6 VCRO;

Kavels: de in een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden van een niet vervallen verkaveling afgebakende percelen;

Onbebouwd: beantwoordend aan de criteria voor opname in het register van onbebouwde percelen, gesteld bij en krachtens artikel 5.6.1 VCRO;

Register van onbebouwde percelen: het register, vermeld in artikel 5.6.1 VCRO;

Sociale woonorganisatie: een organisatie, vermeld in artikel 2, §1, eerste lid, 26° Vlaamse Wooncode;

 

Artikel 2

§1. De activeringsheffing is verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het aanslagjaar eigenaar is van de bouwgrond of kavel.

Indien er een recht van opstal of erfpacht bestaat, is de activeringsheffing verschuldigd door de erfpachter of de opstalhouder.

§2. Zo er meerdere belastingsplichtige zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde activeringsheffing.

§3. In geval van eigendomsoverdracht onder levenden is de nieuwe eigenaar de belasting verschuldigd met ingang van 1 januari volgend op de datum van de authentieke akte die hem het eigendom toekent. Er zal geen rekening gehouden worden met de tussen partijen gesloten overeenkomst.

§4 De nieuwe eigenaar is verplicht aangifte te doen van de eigendomsoverdracht vóór 1 januari van het jaar volgend op de eigendomsoverdracht, en dit met opgave van de datum van de akte en de nauwkeurige aanduiding van de identiteit van de vorige eigenaar en van het betrokken perceel.)

 

Artikel 3

§1. Voor een onbebouwde grond of kavel wordt de heffing vastgesteld op 60,00 euro per strekkende meter lengte van de bouwgrond of kavel palende aan de straat, evenwel met een minimum aanslag van 400,00 euro.

 

§2. Elk gedeelte van een meter wordt als volle meter beschouwd.

 

§3. Voor hoekgronden en gronden die aan meerdere uitgeruste wegen grenzen, wordt die lengte in aanmerking genomen waarlangs de voorkant van de (toekomstige) woning zich bevindt.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

60,00 euro per strekkende meter lengte van de bouwgrond of kavel palende aan de straat x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

evenwel met een minimum aanslag van 400,00 euro. x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 4

Enkel de vrijstellingen opgenomen in dit artikel zijn van toepassing in de gemeente

§1 Van de activeringsheffing zijn vrijgesteld:

De eigenaars van een enkele onbebouwde bouwgrond in woongebied of onbebouwde kavel, bij uitsluiting van enig ander onroerend goed gelegen in België of het buitenland met een maximum van 5 jaar volgend op het verwerven van het perceel;

De sociale woonorganisaties en Vlabinvest apb

Door de overheid erkende jeugd- en sportverenigingen.

 

§2 Een vrijstelling beperkt tot 1 onbebouwde bouwgrond in woongebied of 1 onbebouwde kavel per kind wordt toegekend aan ouders met kinderen ten laste. Deze vrijstelling wordt toegekend indien het kind op 1 januari van het aanslagjaar ten laste staat bij de belastingplichtige .

Indien de belastingplichtige meerdere gronden in eigendom bezit dan hij kinderen ten laste heeft, zal de vrijstelling gelden voor de gronden met de kleinste belastingaanslag.

 

§3 de activeringsheffing wordt niet geheven op bouwgronden en kavels die tijdens het aanslagjaar niet voor bebouwing kunnen worden bestemd:

1° Ingevolge hun inrichting als collectieve voorzieningen, met inbegrip van hun aanhorigheden;

2°   Ingevolge de Pachtwet van 4 november 1969, waarbij het bewijs van de pacht door alle middelen rechtens mag worden geleverd;

Ingevolge hun werkelijke en volledige aanwending voor land- of tuinbouw, gedurende het hele jaar;

4° Ingevolge een bouwverbod of enige andere erfdienstbaarheid tot openbaar nut die woningbouw onmogelijk maakt;

5° Ingevolge een vreemde oorzaak die de belastingplichtige niet kan worden toegerekend, zoals de beperkte omvang van de bouwgrond of kavel, of hun ligging, vorm of fysieke toestand;

 

§4 Een vrijstelling wordt verleend aan  de houders van een in laatste administratieve aanleg verleende omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, en dit gedurende 5 jaren, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg, respectievelijk, wanneer de verkaveling werken omvat, vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar van afgifte van het attest, vermeld in artikel 4.2.16, §2 VCRO, desgevallend voor die fase van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarvoor het attest verleend wordt.

 

§5 De activeringsheffing wordt niet geheven op percelen die voldoen aan de hiernavolgende voorwaarden:

1° Ze behoren toe aan dezelfde eigenaar als deze van de aanpalende bebouwde bouwgrond of kavel;

2° Ze vormen met die bebouwde bouwgrond of kavel één ononderbroken ruimtelijk geheel.

Deze vrijstelling is niet van toepassing op bouwgronden gelegen in een niet vervallen verkaveling.

 

§6 Indien sommige mede-eigenaars, krachtens de bovenstaande bepalingen zijn vrijgesteld, wordt de resterende belasting onder de overige mede-eigenaars, in verhouding tot hun deel in het perceel, verrekend.

 

Artikel 6 - inning

De activeringsheffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.

 

Artikel 7

De activeringsheffing moet betaald worden binnen 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

 

Artikel 9

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 13 - Belasting op tweede verblijven: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Het voorwerp van de belasting betreft woongelegenheden waarvoor niemand ingeschreven staat in de bevolkingsregisters omdat ze dienst doen als een tweede verblijf.

In de loop van de tijd werden verschillende motiveringen voor de belasting opgeworpen. De

belasting evolueerde van een weeldebelasting naar een belasting ter compensatie van de

aanvullende personenbelasting die de eigen inwoners betalen, en wordt recent ook geheven

vanuit de bekommernis om de sociale cohesie binnen de gemeente te vrijwaren.

 

Feiten en context

Het belastbaar voorwerp van deze belasting is elke private woongelegenheid die niet het

hoofdverblijf vormt van de eigenaar of de huurder, maar die wel op elk moment door hem

kan worden bewoond. Tweede verblijven zijn landhuizen, bungalows, appartementen,

weekendhuisjes, optrekjes en alle andere vaste woongelegenheden, met inbegrip van de met

chalets gelijkgestelde caravans, die al of niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

De belasting op tweede verblijven dient ter compensatie van de aanvullende personenbelasting die de eigen inwoners betalen, en wordt ook geheven vanuit de bekommernis om de sociale cohesie binnen de gemeente te vrijwaren.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De belasting op tweede verblijven wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 Algemeen

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een jaarlijkse en directe belasting gevestigd op de tweede verblijven, gelegen op het grondgebied van de gemeente, ongeacht het feit of ze al dan niet in de kadastrale legger zijn ingeschreven.

 

Artikel 2  Belastbare grondslag

Onder tweede verblijven moet worden verstaan elke andere private woongelegenheid dan die welke voor het hoofdverblijf is aangewend, waarvan de gebruikers niet voor hun hoofdverblijf zijn ingeschreven in de bevolkingsregisters en waarover zij op elk ogenblik hetzij als eigenaar, hetzij als huurder, hetzij als houder van een verblijfsvergunning kunnen beschikken, al dan niet tegen betaling, dit ongeacht het feit of het gaat om landhuizen, bungalows, appartementen, grote of kleine weekendhuizen, optrekjes en alle andere vaste woongelegenheden, hierbij inbegrepen de met chalets gelijkgestelde caravans.

Worden niet beschouwd als tweede verblijven:

- het lokaal uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit;

- de leegstaande woongelegenheden, waarvan het bewijs voorgelegd wordt dat zij in de loop van het aan het aanslagjaar voorafgaande kalenderjaar niet als tweede verblijf werden aangewend.

- een woongedeelte op hetzelfde perceel als de handelszaak/vrij beroep indien het woongedeelte aantoonbaar gebruikt wordt voor de handelactiviteit of uitoefening van een vrij beroep.

 

Artikel 3  Tarief van de heffing

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 1000 EUR per jaar en per tweede verblijf, voor die tweede verblijven die in een niet erkende zone zijn opgericht.

Onder erkende zone wordt verstaan die gebieden die op het gewestplan voorkomen als zijn gebieden voor verblijfsrecreatie, aangeduid in een oranje kleur met daarom een zwarte driehoek.

 

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

€ 1.000 voor een tweede verblijf x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 4

De belasting is ondeelbaar en voor het gehele aanslagjaar verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon, die eigenaar is van het tweede verblijf op 1 januari van het aanslagjaar, ongeacht de duur van de eventuele verhuring en ongeacht het feit of de eigenaar al dan niet in de bevolkingsregisters van de gemeente is ingeschreven.

 

Artikel 5

De belastingplichtige moet bij het gemeentebestuur aangifte doen van elke belastbare woongelegenheid die hij in de gemeente bezit, door middel van het formulier waarvan het model door het college van burgemeester en schepenen werd vastgesteld.

Voor de tweede verblijven die op 1 januari van het aanslagjaar bestaan, dient de aangifte gedaan te worden uiterlijk op 31 maart van het aanslagjaar. De betrokkenen die geen formulier zouden ontvangen hebben, zijn niettemin verplicht spontaan aan het gemeenbestuur de elementen te verstrekken die nodig zijn voor de aanpassing van de belasting. Een aangifteformulier is beschikbaar op de gemeentelijke website.

 

Artikel 6

Bij gebrek aan aangifte of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd.

Vooraleer wordt overgegaan tot de ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag, worden de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen en het bedrag van de belasting per aangetekend schrijven betekend aan de belastingplichtige.

De belastingschuldige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met het bedrag van de verschuldigde belasting en, in geval van herhaling binnen 12 maanden, met het dubbel van de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.

 

Artikel 7 Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 8 Belastingstermijn

De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 11  Bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 11 Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 14 - Belasting op motoren, hefvermogen en drijfkracht: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

In 2015 werd gestart met een aantal controles op het terrein. De materie is zo specifiek dat hiervoor externe consultancy ingeschakeld moet worden. Vanaf 2018 werd het reglement hervormd, zodat kleinere ondernemingen werden vrijgesteld en de administratieve werklast ook beperkt bleef.

 

Feiten en context

De belasting op drijfkracht is een belasting die verband houdt met de bedrijfsuitoefening en treft bijgevolg een duurzame toestand.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Voor de berekening van de belasting op drijfkracht wordt billijkheidshalve alleen rekening gehouden met de motoren die betrokken zijn bij de bedrijfsuitoefening en met hun werkelijke activiteit

 

Argumentatie

Er wordt een vrijstelling voorzien voor:

- ondernemingen die gebruik maken van motoren met een totaal belastbaar vermogen van minder dan 50kW, deze ondernemingen hebben een beperktere draagkracht, waarbij de administratieve en financiële last niet in verhouding zou zijn mochten zij deze belasting ook moeten betalen.

- wisselmotoren: Dit zijn motoren die enkel ingezet worden om de hoofdmotor eerder tijdelijk te vervangen. Wisselmotoren mogen nooit tegelijk gebruikt worden met de motor die zij vervangen.

- de motoren die instaan voor de brandbestrijding

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op motoren, hefvermogen en drijfkracht wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

18 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Inneke Varewyck (N-VA)

2 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - bedrag

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een gemeentebelasting  op motoren, hefvermorgen en drijfkracht gevestigd.

 

Het tarief bedraagt 14 euro per kW op motoren die gebruikt worden voor de exploitatie van de nijverheids-, landbouw- en handelsdoeleinden, evenals op deze van beoefenaars van vrije beroepen, ongeacht de krachtbron welke deze in beweging brengt.

De belasting slaat dienvolgens o.m. op de elektromotoren, de stoommachines,   verbrandingsmotoren, de waterturbines, enz.

 

De belasting is verschuldigd door elke houder van in of buiten werking gestelde motoren waarvan deze al dan niet eigenaar is.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

14 euro per kW x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 2 - belastbare motoren

§1 De belasting wordt gevestigd op de motoren die gebruikt worden voor de uitbating van de onderneming in het aanslagjaar en wordt vastgesteld op 1 januari van het aanslagjaar. De activiteit van de motoren wordt berekend op basis van een referentieperiode die loopt van 1 januari tot en met 31 december voorafgaand aan het aanslagjaar.

 

Een nieuwe motor (geen vervanging van een andere motor) die voor de eerste maal in werking wordt gesteld is belastbaar vanaf de maand dat hij in werking wordt gesteld a rato van het aantal maanden gebruik in de referentieperiode.

 

Indien een motor voor de laatste maal in werking wordt gesteld, in het kader van de definitieve buitengebruikstelling, zal deze nog belast worden in het eerstvolgende aanslagjaar a rato van het aantal maanden gebruik in de referentieperiode.

 

Indien een motor tijdelijk buiten gebruik wordt gesteld of wordt stilgelegd voor een ononderbroken periode van minstens 30 kalenderdagen,  dan zal het vermogen van de motor berekend worden a rato van het aantal maanden gebruik in de referentieperiode.

 

De onderneming dient wijzigingen zoals bepaald in het tweede, derde en vierde lied te melden bij het gemeentebestuur per mail op belastingen@hemiksem.be. De onderneming dient de aanvangsdatum van buitengebruikstelling of stillegging , alsook de datum van nieuwe of hernieuwde ingebruiknames te melden aan het gemeentebestuur.

 

§2 De belasting is verschuldigd voor de motoren die de belastingplichtige voor de exploitatie van zijn inrichting of van haar bijgebouwen gebruikt. Dienen als  bijgebouw van een inrichting beschouwd te worden: iedere instelling of onderneming, iedere werf van om het even welke aard, die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de     gemeente gevestigd is.

Voor de motoren, gebruikt voor een zoals in het vorig lid bedoeld en op het   grondgebied van een andere gemeente overgebracht bijgebouw, is geen gemeentebelasting verschuldigd voor het tijdvak van het gebruik in de andere  gemeente.

Wanneer, hetzij een inrichting, hetzij een zoals hierboven bedoeld bijgebouw, geregeld en duurzaam een verplaatsbare motor gebruikt voor de verbinding met  één of meer bijgebouwen, of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting enkel verschuldigd, indien hetzij de inrichting zelf, hetzij het voornaamste  bijgebouw in de gemeente gevestigd is.

 

Artikel 3 - uitdrukking van het vermogen in kW

§1 Voor motoren met een vermogen uitgedrukt in pk geldt:

1,36 pk voor 1kW.

Voor fracties van meer dan 500 W wordt één kW aangerekend. Fracties van 500 W en minder worden verwaarloosd. De afronding gebeurt op het eind van de berekening van het netto belastbaar vermogen.

 

§2 De kracht van de hydraulische toestellen wordt vastgesteld in gemeen overleg tussen de belanghebbenden en het gemeentebestuur. Het staat de belanghebbende vrij in geval van onenigheid een tegenexpertise uit te lokken.

 

§3 De tractoren, terreinvoertuigen (zoals autobussen, auto’s en dergelijke die enkel voor intern gebruik op het terrein benut worden), trekkers, nijverheidsvoertuigen (zoals asfalteermachines, rupskranen, pletwalsen, bulldozers, graafmachines, laadschoppers en zonder dat deze opsomming limitatief is), locomotieven, nijverheidsmachines (zoals mobiele compressoren, trilplaten, ladderliften en zonder dat deze opsomming limitatief is) worden belast volgens volgende tabel :

Cilinderinh. v.d. motoren              kW

Van 0 cm³ tot 2.499 cm³                7

Van 2.500 cm³ tot 4.999 cm³         15

Van 5.000 cm³ tot 7.499 cm³         22

Van 7.500 cm³ tot 9.999 cm³          29

Van 10.000 cm³ tot onbeperkt       37

 

De vorkheftrucks, reachtrucks, stackers en straddle carriers worden belast volgens hun maximaal hefvermogen zoals vermeld in volgende tabel :

Maximaal hefvermogen        kW

Van 0 kg tot 999 kg               5

Van 1.000 kg tot 1.999 kg       8

Van 2.000 kg tot 5.999 kg      15

Van 6.000 kg tot 19.999 kg    20

Van 20.000 kg tot 29.999 kg  25

Van 30.000 kg tot 44.999 kg  30

Van 45.000 kg tot onbeperkt 40

 

Artikel 4 – vrijstellingen

Er wordt een vrijstelling voorzien voor:

- ondernemingen die gebruik maken van motoren met een totaal belastbaar vermogen van minder dan 50kW, deze ondernemingen hebben een beperktere draagkracht, waarbij de administratieve en financiële last niet in verhouding zou zijn mochten zij deze belasting ook moeten betalen.

- wisselmotoren: Dit zijn motoren die enkel ingezet worden om de hoofdmotor eerder tijdelijk te vervangen. Wisselmotoren mogen nooit tegelijk gebruikt worden met de motor die zij vervangen.

- de motoren die instaan voor de brandbestrijding

 

 

Artikel 5 - beëindiging bedrijfsactiviteiten

Voor bedrijven die hun activiteit stopzetten in de loop van het aanslagjaar op een bepaalde vestigingsplaats zonder deze over te brengen naar een andere vestigingsplaats, zal de belasting berekend worden op grond van de gebruikte motoren tijdens het voorafgaand kalenderjaar en recht evenredig met het aantal maanden van activiteit tijdens dat jaar en tot het einde van de maand van de stopzetting

 

Artikel 6 - aangifte

§1 Iedere belastingplichtige, houder van in of buiten werking zijnde motoren, waarvan hij al dan niet eigenaar is, moet er aangifte van doen door middel van het formulier dat hem in de loop van het aanslagjaar door het gemeentebestuur wordt bezorgd. De belastingplichtige die het formulier niet zou ontvangen hebben moet deze aangifte spontaan doen voor 1 maart van het aanslagjaar. Ook de kracht van de volgens artikel 4 vrijgestelde motoren dient te worden aangegeven.

 

§2 Bij gebreke van een aangifte, laattijdige aangifte of onvolledige, onjuiste   of onnauwkeurig aangifte wordt de belastingschuldige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het   recht van bezwaar en beroep.

 

Artikel 7 – belastingverhoging bij ambtshalve inkohiering

Bij ambtshalve inkohiering van de belasting, zal zij worden verhoogd met een percentage van 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijd en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

 

Artikel 8 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 9 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 10  Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 15 - Belasting op private stortplaatsen: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De gemeente kan opcentiemen heffen op de gewestelijke heffing, ofwel zelf een belasting heffen op de private stortplaatsen op het grondgebied. Hemiksem opteert voor een eigen belasting.

 

Feiten en context

De gemeente wenst het aantal stortplaatsen tot een minimum te beperken.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

• Artikel 44-65 Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

      Besluit van de vlaamse regering van 16 oktober 1991 betreffende de medewerking van de OVAM aan de inning van gemeentelijke opcentiemen op sommige milieuheffingen

 

Advies

Er zijn drie categorieën van stortplaatsen. De stortplaatsen van categorie 1 dienen voor bedrijfsafvalstoffen. Stortplaatsen van categorie 2 worden gebruikt voor huishoudelijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen. Stortplaatsen van categorie 3 zijn toegankelijk voor derden. Er zijn verbrandingsinstallaties voor gevaarlijke bedrijfsafvalstoffen, voor huishoudelijke afvalstoffen en bedrijfsafvalstoffen van categorie 2 en voor bedrijfsafvalstoffen in het algemeen.

De stortplaatsen zijn als afvalverwerkingsinstellingen sowieso heffingsplichtig voor het Vlaamse Gewest. Afhankelijk van de gebruikte techniek geldt daarbij een verschillend tarief per ton afval.

 

Argumentatie

Om de milieu impact zo beperkt mogelijk te houden en op basis van de financiële toestand van de gemeente, is het noodzakelijk een jaarlijkse belasting op stortplaatsen te innen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De belasting op private stortplaatsen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 -  Belastingplichtige

Voor een periode die aanvangt op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025, wordt een jaarlijkse belasting geheven op private stortplaatsen.

 

De belasting is verschuldigd door de exploitant van de stortplaats; de eigenaar van het goed waarop de stortplaats ingericht is, is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

 

Artikel 2 -  Bedrag

De belasting wordt vastgesteld op 0,75 € per vierkante meter van de belastbare oppervlakte van de stortplaats.  Als belastbare oppervlakte geldt de totale oppervlakte waarvoor de vergunning werd afgeleverd.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

€ 0,75€ per vierkante meter van de belastbare oppervlakte van de stortplaats x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 3 - Aangifte

De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, vóór de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 1 maart van het belastingjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

 

Artikel 4 - Ambtshalve inkohiering

Bij gebrek van een aangifte, binnen de in artikel 3 vastgestelde termijn of  laattijdige aangifte of onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingschuldige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
Artikel 5 - Bedrag ambtshalve inkohiering

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

 

De ambtshalve inkohiering zal verhoogd worden met een percentage van 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van die belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

 

Artikel 6 - Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 7 - Betalingstermijn

De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8 - Bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 9 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 16 - Belasting op tanks en vergaarbakken, en - bekkens: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing  van 22 december  2015

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Er is geen advies vereist

 

Argumentatie

De gemeenteraad acht het nuttig de door dit reglement beoogde tanks en vergaarbakken geëxploiteerd voor commerciële of industriële doeleinden te belasten teneinde zich aanvullende inkomsten te verschaffen ter financiering van de algemene uitgaven van het lokaal bestuur. Omwille van administratieve vereenvoudiging wordt geopteerd om enkel te belasten van 501m³ oppervlakte, aangezien in praktijk kleinere oppervlakten zo goed als niet voorkomen binnen de gemeente.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op tanks en vergaarbakken, - bekkens wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - belastingplichtige

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de open of gesloten tanks, vergaarbakken en –bekkens voor vloeibare en/of vaste stoffen die voor commerciële of industriële doeleinden worden aangewend, op basis van de totale maximumcapaciteit per exploitatie.

 

De belasting is verschuldigd door de exploitant, subsidiair door de eigenaar op 1 januari van het belasting jaar. Beiden zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

 

Artikel 2 - bedrag

De belasting wordt vastgesteld op 0,53 € per m³.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

€ 0,53€ per kubieke meter  x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 3 - aangifte

De belastingplichtige ontvangt van het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 1 maart van het belastingjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

 

Artikel 4 - Ambtshalve inkohiering

Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 3 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve ingekohierd volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige , per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

 

De ambtshalve inkohiering zal verhoogd worden met een percentage van 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van die belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

 

Artikel 5 - vrijstelling

Er wordt een vrijstelling verleend op de open of gesloten tanks, vergaarbakken en –bekkens voor vloeibare en/of vaste stoffen die voor commerciële of industriële doeleinden worden aangewend, tot 500 m³ op de totale exploitatie. Een totale exploitatie vanaf 501m³ zal worden belast.

 

Artikel 6 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 7 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 8 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 17 - Belasting op de exploitatie van hinderlijke inrichtingen met milieuvergunningen en omgevingsvergunningen van klasse 1, 2 en 3: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Belasting op de exploitatie van hinderlijke inrichtingen met milieuvergunningen en omgevingsvergunningen van klasse 1, 2 en 3 van 20 februari 2018

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

      artikel 170, §4 van de Grondwet

      het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Het decreet van 8 december 2017 houdende wijziging van diverse bepalingen inzake ruimtelijke ordening, milieu en omgeving

 

Advies

geen advies verreist

 

Argumentatie

De financiële toestand vereist dat er een belasting op de exploitatie van hinderlijke inrichtingen met milieuvergunning en omgevingsvergunnings geheven wordt.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op de exploitatie hinderlijke inrichting met milieu vergunningen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - algemeen

Er wordt voor een periode die aanvangt neemt op 01.01.2020 tot en eindigt op 31.12.2025 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de exploitatie van de hinderlijke inrichtingen

 

De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting op 1 januari van het belastingjaar. De eigenaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

 

Artikel 2 - bedrag

De belasting wordt vastgesteld :

- voor de inrichtingen derde klasse en met een stookollietank van minimum 5.000 liter op 80 €;

- per vergunning van tweede klasse op 105 €;            

- per vergunning van eerste klasse :

- voor een inrichting met max. 2 werknemers op 130 €;

- voor een inrichting met min. 3 en max. 10 werknemers op 260 €;

- voor de inrichting met min. 11 en max. 50 werknemers op 525€;

- voor de inrichting met min. 51 werknemers op 1.050€.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

- voor de inrichtingen derde klasse en met een stookollietank van minimum 5.000 liter op 80 € x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

- per vergunning van tweede klasse op 105 € x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

- per vergunning van eerste klasse :

- voor een inrichting met max. 2 werknemers op 130 € x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

- voor een inrichting met min. 3 en max. 10 werknemers op 260 € x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

- voor de inrichting met min. 11 en max. 50 werknemers op 525€ x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

- voor de inrichting met min. 51 werknemers op 1.050€  x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro..

 

Artikel 5 - aangifte

De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden teruggestuurd.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 1 maart van het belastingjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

 

 

Artikel 6 - ambtshalve inkohiering

Bij gebreke van aan aangifte binnen de in artikel 5 vastgestelde termijn, laattijdige aangifte of onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van beroep.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige , per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

 

De ambthalve inkohiering wordt verhoogd met een percentage van 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.

 

Artikel 7 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 9 Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 18 - Retributie op afgifte van restafvalzakken, PMD zakken, GFT containers en GFT stickers: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraardsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

De retributies die aan de inwoners opgelegd worden voor de inzameling en de verwerking van

huishoudelijke afvalstoffen, kunnen bestaan uit:

- een forfaitaire huisvuilbelasting;

- een variabele invulling (onder meer met retributies, door de verkoop van huisvuilzakken,

verkoop van stickers, diftar, betalende fracties op het containerpark,…). Dit is wat de gemeente rechtstreeks doorrekent aan de burgers, afhankelijk van de hoeveelheid afval die ze produceren.

 

Juridische grond

           artikel 170, §4 van de Grondwet

           het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

           Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

           Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

           Uitvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval, goedgekeurd op 16 september 2016 door de Vlaamse Regering

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

toepassing van het principe ‘de vervuiler betaalt’

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025F4-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op afgifte van restafvalzakken, pmd, gft containers en stickers  wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

15 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Inneke Varewyck (N-VA)

5 onthoudingen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1- algemeen

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 gebeurt de ophaling van restafval uitsluitend en verplicht in restafvalzakken die het kenmerk van de gemeente dragen.  PMD moet verzameld worden in de voorgeschreven PMD zakken.  Het GFT afval moet verzameld worden in GFT- containers en aangeboden worden voorzien van de voorgeschreven sticker.

 

Artikel 2 - distributie

De distributie van de voorgeschreven zakken, de GFT-stickers en de GFT containers gebeurt op de door het college van burgemeester en schepenen aan te duiden plaatsen en tijdstippen.

 

Artikel 3 - bedrag

De retributie wordt als volgt vastgesteld :

- Huisvuilzak : 1,4€ per grote zak

- Huisvuilzak en 1€ per kleine zak

- PMD zak : 0,15€ per zak

- Bij terbeschikkingstelling van GFT containers eenmalig 25€ (120 en 40 liter inhoud) per stuk.

- gele GFT- sticker : 1,5€ per grote container (120 of 80 l) per ophaling,

- rode GFT - sticker: 1,0€ per kleine container (40l) per ophaling.

De retributie dient betaald te worden bij het in ontvangst nemen van de zakken, de containers of de stickers.

 

Artikel 4

Handelszaken krijgen voor de verkoop van restafvalzakken of PMD zakken voor de periode van dit reglement een reductie van 5% op de inkoopprijs. De handelszaak wordt verplicht de prijs zoals vermeld in het retributiereglement te handhaven aan de eindverbruiker. Aan de handelszaken wordt enkel per eenheid verkocht. De eenheid is het aantal rollen per doos, zoals deze afgeleverd worden door de fabrikant aan het gemeentebestuur.

 

Artikel 5

De retributie wordt contant ingevorderd.

 

Artikel 6 - Bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 7 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 19 - Retributie op het gebruik van het containerpark: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbesluit 17 december 2013

 

Feiten en context

De retributie die aan de inwoners opgelegd worden voor de inzameling en de verwerking van

huishoudelijke afvalstoffen, kunnen bestaan uit:

- een forfaitaire huisvuilbelasting;

- een variabele invulling (onder meer met retributies, door de verkoop van huisvuilzakken,

verkoop van stickers, diftar, betalende fracties op het containerpark,…). Dit is wat de gemeente rechtstreeks doorrekent aan de burgers, afhankelijk van de hoeveelheid afval die ze produceren.

 

Juridische grond

 

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaal kringlopen en afvalstoffen

        Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

        UItvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en glijkaardig bedrijfsafval goedgekeurd op 16 september 2016 door de Vlaamse regering

 

Advies

Op de containerparken moeten hechtgebonden asbestcement en klein gevaarlijk afval van

huishoudens afzonderlijk ingezameld worden. Gemeenten moeten jaarlijks minstens de volgende vastgestelde fractie hechtgebonden asbest per gezin gratis aanvaarden, uitgedrukt in kilogram ofwel m³ ofwel in een hoeveelheid asbestcementplaten:

• 200 kg per gezin per jaar, of

• 1 m³ per gezin per jaar, of

• 10 asbestcementplaten per gezin per jaar

 

Argumentatie

Het is de bedoeling dat de inzamelings- en verwerkingskosten van het huishoudelijk afval deels

gedekt worden door een forfaitaire belasting, deels door de aanrekening van kosten op

maat van de vervuiler (toepassing van het principe ‘de vervuiler betaalt’), en deels door een

bijpassing uit de algemene middelen van de gemeente.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025F4-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op het gebruik van het container park wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

15 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Inneke Varewyck (N-VA)

5 onthoudingen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Birgit De bondt (OPEN VLD) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - bedrag

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie geheven voor het aanbrengen van afvalstoffen op het containerpark.

 

De retributie wordt vastgesteld op 3 EUR per toegangseenheid (TE). De tarieven worden verdubbeld indien het bedrijfsafval is van zelfstandigen, KMO's enz.

 

Artikel 2 - afvalcategorieën

Afval van categorie 1 is brandbaar grof vuil, niet brandbaar grof vuil, bouwafval, sloopafval, hout, asbestcement en vlak glas.

Afval van categorie 2 is groenafval    

Afval van categorie 3 is piepschuim of "isomo" 

Afval van categorie 4 is papier en karton, metaal, wit glas, bont glas, textiel, afgedankte elektronische en elektrische apparaten en batterijen.

 

Artikel 3 - aantallen

Aantal af te geven toegangseenheden (TE) :

Aangebracht afval van minder dan 0,5 m³

* categorie 1 : 2 TE

* categorie 2 : 0 TE (eventueel aan te leveren in meerdere beurten)

* categorie 3 : minder dan 0,25m³ : gratis

0,25 m³ tot 0,5 m³ : 1 TE

* catgeorie 4 : 0 TE

Aangebracht afval vanaf 0,5 m³ tot 1 m³

* categorie 1 : 4 TE

* categorie 2 : 2 TE

* categorie 3 : 2 TE

* catgeorie 4 : 0 TE

Aangebracht afval van meer dan 1 m³ tot 2 m³

* categorie 1 : 8 TE

* categorie 2 : 4 TE

* categorie 3 : 4 TE

* catgeorie 4 : 0 TE

Wanneer verschillende fracties tegelijk worden aangeboden, dient per totaliteit gerekend en niet elke fractie afzonderlijk. Het hoogste tarief wordt dan aangerekend.

 

Artikel 4 - retributieplichtige

De retributie is verschuldigd door diegene die de afvalstoffen aanbrengt op het containerpark.

Het ocmw van Hemiksem wordt vrijgesteld van deze retributie.

 

Artikel 5 - inning

De ontvangsten van deze retributie gebeuren door de afgifte van het juiste aantal toegangseenheden of de betaling met bankcontact berekend op basis van het aantal correcte toegangseenheden. Het college bepaalt de praktische uitwerking van de toegangseenheden (o.a. vorm, verkooppunten).

 

Artikel 6 - beperking

Het aangebrachte afval mag per adres niet meer dan 2 m³ per dag bedragen.

 

Artikel 7 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 8 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 20 - Retributie voor ophaling van grof vuil: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbesluit van 17 december 2013

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

      Het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaamse reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalrkinglopen en afvalstoffen, met latere wijzigingen

      Het uitvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van de Vlaamse regering van 16 september 2016

 

Advies

er is geen advies vereist

 

Argumentatie

De kosten voor inzameling van grofvuil wegen door op de gemeentelijke financiën. Vanuit het principe "de vervuiler betaalt" worden deze kosten gedeeltelijk doorgerekend aan de gebruiker van deze dienstverlening.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025F4-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.  De retributie op het ophalen van grof vuil wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12. 2025 wordt een retributie op het ophalen van grof vuil gevestigd.

 

De retributie wordt  vastgesteld op 0,30€ per kilogram met een minimum van 10€ per ophaalbeurt.

 

Artikel 2

Elke natuurlijke persoon, ingeschreven en woonachtig in de gemeente kan deze dienst aanvragen.

 

Artikel 3

De retributieplichtige die gebruik maakt van de gemeentelijke dienstverlening inzake inzameling van grofvuil op afroep krijgt een betalingsuitnodiging met daarop de verschuldigde retributie.

 

Artikel 4

De ophaling gebeurt met toevallige ophaalbeurten al naar gelang de noodwendigheid. De dag van de ophaling dient de aanvrager het grof vuil op het trottoir te plaatsen.

 

Artikel 5 - Bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 21 - Retributiereglement voor het ter beschikking stellen van compost in zakken op het containerpark Hemiksem: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing 16 december 2014.

 

Feiten en context

De bijdrage in de kosten voor de burger worden berekend op basis van de kostprijs van de specifieke dienstverlening.

IGEAN verwerkt het ingezamelde groenafval en GFT+ afval tot compost en stelt deze ter beschikking van de bevolking op het containerpark.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

• Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaal kringlopen en afvalstoffen

• Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

Voor het aanbieden van compost in het containerpark wordt een vergoeding aangerekend.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025F4-2

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op de verkoop van compost in zakken op het containerpark wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - retributieplichtige

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een retributie gevestigd op het ter beschikking stellen van compost in zakken op het containerpark.

 

Het bedrag van de retributie is verschuldigd door de persoon die de dienstverlening aanvraagt.

 

Artikel 2 - bedrag

De retributie wordt vastgesteld op 3 euro per zak.

 

Artikel 3 - invordering

De retributie wordt ingevorderd tegen afgifte van de zakken. De betaling gebeurt contant en ter plaatse. Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechtelijk ingevorderd worden.

 

Artikel 4 - Bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Artikel 6 - afschrift

Een afschrift van het reglement wordt overgemaakt aan IGEAN milieu en veiligheid die instaat voor de verdere uitvoering hiervan gelet op de beheersoverdracht voor de exploitatie van het containerpark aan IGEAN milieu en veiligheid.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 22 - Retributie op het opruimen van sluikstorten: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbesluit van 16 juni 2014

 

Feiten en context

Artikel 12 van het Materialendecreet verbiedt om afvalstoffen achter te laten in strijd met de

voorschriften van het decreet of zijn uitvoeringsbesluiten. Sluikstorten wordt uitdrukkelijk

beschouwd als een milieumisdrijf (zie artikel 16.1.2, 2° van het DABM), zonder onderscheid

naargelang van de zwaarte van het misdrijf. Er wordt evenwel op aangedrongen om

handhavingsmaatregelen toe te passen die in verhouding staan tot de feiten. Titel XVI van het

DABM voorziet daarom in bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingsinstrumenten en laat voor

kleine vergrijpen ook GAS toe (zie artikel 16.6.3, §2 van het DABM).

 

De gemeente kan de opruimingskosten verhalen op de sluikstorter via een retributie. Deze retributie kan  eventueel gecombineerd worden met een bestuurlijke of strafrechtelijke maatregel of met een GAS voor de sluikstorter

.

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

•    Artikel 16.6.3 §2 van het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid

•    Artikel 12 §1van het Decreet van 23 december 2011 houdbetreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet)

 

Advies

De gemeentelijke administratieve geldboete mag maximaal 350 euro bedragen voor een

meerderjarige en 175 euro voor een minderjarige. Wanneer er voor de vermelde handelingen

geen GAS vastgesteld werd in het GAS-reglement, is enkel een strafrechtelijke vervolging

mogelijk. Omgekeerd kunnen overtredingen die aangepakt worden door middel van een GAS,

niet langer strafrechtelijk gesanctioneerd worden;

 

Argumentatie

De gemeente wenst aan de hand van dit reglement de openbare overlast te beperken om de leefbaarheid binnen de gemeente te verhogen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025F4-5

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op het opruimen van sluikstorten wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

Er wordt voor een periode die aanvang neemt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een retributie geheven op het weghalen en verwijderen door de gemeente of doen verwijderen door tussenkomst van derden van afvalstoffen die gestort of achtergelaten werden op plaatsen of op tijdstippen waar dit door een wettelijke of reglementaire bepaling verboden is of in niet reglementaire recipiënten.

 

De retributie is verschuldigd door de persoon die afvalstoffen heeft gestort en/of achtergelaten. Eventueel is de retributie verschuldigd door de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon.

 

Artikel 2 - bedrag

Er wordt een administratieve dossierkost aangerekend van 50 EUR.

Daarnaast wordt een vergoeding aangerekend voor het opruimen van het sluikstort op basis van het retributiereglement werken voor derden en worden de reële verwerkingskosten van het afval in rekening gebracht.

 

Artikel 3

De retributie is verschuldigd vanaf het ogenblik van het weghalen en verwijderen van de afvalstoffen door de gemeente door middel van een ophaling los van de normale huisvuilophaalbeurt. De retributieplichtige ontvangt hiervoor een betaaluitnodiging.

 

Artikel 4 - inning

De retributie wordt contant ingevorderd.

 

Artikel 5 - Bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 23 - Belasting op aanplakborden: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2014

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

o artikel 170, §4 van de Grondwet

o het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een belasting op aanplakborden wordt geheven.

De belasting is niet verschuldigd voor :

a)de borden geplaatst door openbare besturen, openbare instellingen of instellingen van openbaar nut, voor zover geen winstgevend doel wordt nagestreefd.

b)de borden die alleen worden gebruikt voor notariële aankondigingen;

c)de borden die alleen gebruikt worden ter gelegenheid van de door de overheid voorziene verkiezingen;

d) de borden, hoewel zichtbaar vanaf de openbare weg, geplaatst op sportterreinen en gericht naar de plaats van de sportbeoefening;

e)de borden die alleen gebruikt worden voor de aankondigingen van de eigen firmanaam op de plaats waar de bedrijfsuitbating gevestigd is;

f)de borden geplaatst door politieke, culturele, sociale of godsdienstige organisaties wanneer het gaat om aankondigingen van hun eigen activiteiten op publiek, cultureel, sociaal of godsdienstig vlak, op voorwaarde dat die borden niet langer dan een maand voor de aankondiging van hun activiteit aangewend worden;

 

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op aanplakborden wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - bedrag

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een gemeentebelasting geheven op de aanplakborden.

Onder aanplakborden wordt verstaan elke constructie onverschillig welk materiaal, waarop reclame wordt aangebracht door aanplakking, vasthechting, schildering of door elk ander middel, met inbegrip van muren en gedeelten van muren en de omheiningen die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen.

Voor de muren en gedeelten van muren waarop reclame wordt aangebracht, moet de bedekte totale oppervlakte beschouwd worden als één bord, ook indien er verschillende reclames op voorkomen.

 

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 27,5 EURO per m² voor aanplakkingen tot en met 30 dagen.

Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 55 EURO per m² voor aanplakking langer dan 30 dagen.

Elke begonnen m² wordt als 1 m² beschouwd.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de belasting worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De belasting bedraagt

27,5 euro per m² voor aanplakkingen tot en met 30 dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

55 euro per m² voor aanplakkingen langer dan 30 dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 2 - berekening

Voor de berekening van de belasting wordt de nuttige oppervlakte van het bord in aanmerking genomen, d.w.z. de oppervlakte die voor aanplakking kan gebruikt worden met uitzondering van de omlijsting.

Voor de muren evenwel is alleen dat gedeelte van de muur belastbaar dat werkelijk voor reclame wordt gebruikt.

De gemeentelijke diensten zullen dagelijkse controles uitvoeren over het grondgebied van Hemiksem en op basis van een foto met vermelding van de datum waarop ze werd genomen, controleren over welke periode het aanplakbord belast zal worden.

 

Artikel 3 - belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of de rechtspersoon die over het recht beschikt om gebruik te maken van het aanplakbord en in bijkomende orde als de gebruiker niet bekend is, door de eigenaar van de grond of de muur waarop zich het bord bevindt.

 

Artikel 4 - vrijstellingen

De belasting is niet verschuldigd voor :

a)de borden geplaatst door openbare besturen, openbare instellingen of instellingen van openbaar nut, voor zover geen winstgevend doel wordt nagestreefd.

b)de borden die alleen worden gebruikt voor notariële aankondigingen;

c)de borden die alleen gebruikt worden ter gelegenheid van de door de overheid voorziene verkiezingen;

d) de borden, hoewel zichtbaar vanaf de openbare weg, geplaatst op sportterreinen en gericht naar de plaats van de sportbeoefening;

e)de borden die alleen gebruikt worden voor de aankondigingen van de eigen firmanaam op de plaats waar de bedrijfsuitbating gevestigd is;

f)de borden geplaatst door politieke, culturele, sociale of godsdienstige organisaties wanneer het gaat om aankondigingen van hun eigen activiteiten op publiek, cultureel, sociaal of godsdienstig vlak, op voorwaarde dat die borden niet langer dan een maand voor de aankondiging van hun activiteit aangewend worden;

 

Artikel 5 - algemeen

De belastingplichtige doet aangifte via het daartoe bestemd aangifteformulier.

 

Artikel 6 - ambtshalve inkohiering

Bij gebrek aan aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve ingekohierd volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.

 

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige , per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

 

De ambtshalve inkohiering zal verhoogd worden met een percentage van 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van die belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

 

Artikel 7 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 8 - inning

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 9 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 24 - Belasting op de verspeiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

De gemeentelijke belasting op de verspreiding van ongeadresseerd drukwerk heeft een ecologische inslag. De tarieven kunnen vastgesteld worden per exemplaar van een zeker formaat, of naargelang van het gewicht van het reclamedrukwerk. Met een belasting per bedeling wordt het principe ‘de vervuiler betaalt’ veel minder gerespecteerd.

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

        Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

Advies

Vrijstellingen kunnen toegestaan worden aan openbare besturen, verenigingen zonder winstoogmerk en onderwijsinstellingen, aangezien die instellingen niet beroepsmatig commerciële informatie verspreiden en hun publicaties vooral bedoeld zijn om te informeren en rechtstreeks verband houden met hun openbare functie of socioculturele aard.

 

Argumentatie

De verspreiding van niet-geadresseerd drukwerk wordt belast om ecologische redenen en omwille van de extra inzamelings- en verwerkingskosten van papierafval die de bedeling voor de gemeente veroorzaakt wanneer zij instaat voor de inzameling van het oud papier.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op de verspreiding van ongeadresseerd reclamedrukwerk wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Definitie

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een jaarlijkse gemeentebelasting geheven op de huis-aan-huis verspreiding van reclamedrukwerk en daarmee gelijkgestelde producten op het grondgebied van de gemeente Hemiksem.

 

Onder reclamedrukwerk wordt verstaan : elke publicatie die ertoe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen en die erop gericht is een potentieel cliënteel ertoe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder.

Onder gelijkgestelde producten wordt verstaan : de stalen of reclamedragers van gelijk welke aard die aanzetten tot gebruik of verbruik van het aangeprezen product of de aangeboden dienst.

Onder reclamedrukwerk wordt niet verstaan : notariële aankondigingen, publicaties van gemeentelijke organen of van het OCMW, van scholen, van politieke partijen en van Hemiksemse verenigingen.

Onder huis-aan-huis verspreiding wordt verstaan : het systematisch achterlaten van het drukwerk zonder adressering in de brievenbussen van woningen, zonder dat de bestemmeling hiervoor enig initiatief heeft betoond.

 

Artikel 2 - Bedrag

Het tarief wordt vastgesteld per bedeling op

- voor reclamedrukwerk =< 200 gr stuk: 200 EUR

- voor reclamedrukwerk > 200 gr stuk: 500 EUR

De belasting is verschuldigd telkenmale er een huis-aan-huis verspreiding van reclamedrukwerk  daarmee gelijkgesteld product plaatsvindt.

 

Artikel 3 - Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon , de verantwoordelijk uitgever van het betreffende reclamedrukwerk of, indien die niet gekend zijn , door diegenen onder wiens handelsnaam, logo of embleem, de reclame wordt gevoerd.

 

Artikel 4 - aangifte

De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden aangifte te doen van het reclamedrukwerk of daarmee gelijkgesteld product dat het voorwerp uitmaakt van de aanslag. Deze aangifte moet worden ingediend bij de dienst financiën op het gemeentehuis te Hemiksem, uiterlijk 7 dagen na het verspreiden van het reclamedrukwerk of daarmee gelijkgesteld product dat het voorwerp van de aanslag uitmaakt en moet alle inlichtingen bevatten nodig voor het vestigen van de aanslag. De aangifte moet vergezeld zijn van een specimen van het te verspreiden drukwerk of daarmee gelijkgesteld product.

 

Artikel 5 - ambtshalve inkohiering

Bij gebreke van een aangifte binnen de gestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag, gelijk aan 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van die belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd

 

Artikel 6 - vaststellingen

De bevoegde gemeenteambtenaren zijn gemachtigd om alle inbreuken op dit reglement vast te stellen.

 

Artikel 7 - vrijstellingen

Jaarlijks mag  elke belastingplichtige 1 bedeling van reclamedrukwerk =< 200 gr bedelen die vrijgesteld is van belasting.

 

Artikel 8 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 9 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 10 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 25 - Belasting op de tijdelijke inname van de openbare ruimte: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbesluit 22 december 2015

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Om de hinder tijdens de inname van het openbaar domein zo beperkt mogelijk te houden, is het aangewezen om hier een kostprijs voor aan te rekenen. Daarnaast wenst de gemeente de inname zo beperkt mogelijk te houden en zal er gedifferentieerd worden in het tarief.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vraagt dat er een retributie op de tijdelijke inname van het openbaar domein wordt geheven. De hinder voor de andere gebruikers van het openbaar domein dient zo beperkt mogelijk te worden gehouden.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-4

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. Het reglement op de tijdelijke inname van het openbaar domein wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

18 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

2 onthoudingen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit) en Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit)

 

Artikel 1

Er wordt met ingang van 1 januari 2020 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 een belasting geheven op occasionele inname van de openbare ruimte voor het uitvoeren van bouwwerken zoals het bouwen, verbouwen, slopen, herstellen, herinrichten, schilderen en zandstralen van gebouwen, grondwerken, ...(dit is een niet limitatieve opsomming).

 

Dit reglement handelt louter over het vestigen van een belasting voor inname van de openbare ruimte. Het betalen van de belasting op de inname van de openbare ruimte houdt geen toestemming in om de openbare ruimte privatief te gebruiken. Deze inname is pas toegelaten na het toekennen van een toestemming door de bevoegde instanties.

 

Artikel 2

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

- de openbare ruimte: de publiek toegankelijk ruimte in het bezit of het beheer van een overheid; dit behelst onder meer:

- de openbare weg, te weten de wegen of pleinen en parkings die openstaan voor alle verkeer,

hetzij voetgangersverkeer of ander verkeer;

- de groene ruimten, te weten de openbare plantsoenen, wandelplaatsen, parken, tuinen, pleinen, speelterreinen en alle stukken van de openbare ruimte buiten de openbare weg, die openstaan voor het verkeer van personen en in hoofdorde bestemd zijn voor wandelen en ontspanning.

- de inname openbare ruimte voor het uitvoeren van bouwwerken: elk privatief gebruik van de openbare ruimte ongeacht of dit gebruik onderworpen is aan een toelating of een vergunning, of aan een hogere wetgeving of een andere stedelijke reglementering, en ongeacht wat de oorzaak is van het gebruik of de wijze van het gebruik, zoals (dit is een niet limitatieve opsomming):

- opstellen op de openbare weg van stellingen en werfinrichtingen zoals bouwketen, bouwkranen, bouwliften, hoogwerkers, werfafsluitingen, werfketen;

- tijdelijke opslag van materiaal of materieel;

- het plaatsen van voorwerpen zoals containers, betonmolens, - bakken en –silo’s.

 

Artikel 3

Het reglement is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Hemiksem.

 

Artikel 4

Het bedrag van de belasting op het innemen van de openbare ruimte bij bouwwerven wordt als volgt berekend:

 

De belasting is pas verschuldigd vanaf een inname van meer dan 48u.

Niet verschuldigd bij werken van openbaar nut.

 

0 t/m 3 maanden: 0,25 EUR/m²/dag

3 t/m 6 maanden: 0,50 EUR/m²/dag

vanaf 6 maanden: 0,75 EUR/m²/dag

 

Voor de berekening van de belasting wordt rekening gehouden met de effectieve inname van de openbare ruimte. De totale oppervlakte wordt naar boven afgerond tot een volle vierkante meter. Een begonnen dag wordt aangerekend als een volledige dag.

 

Om de administratieve verwerking betaalbaar te houden, zal elke factuur minimaal 5 euro bedragen.

 

Artikel 5

Wanneer de belastingplichtige nalaat de nodige vergunning aan te vragen bij de bevoegde instanties, zal een gemeentelijke ambtenaar een aanplakking doen aan het terrein waarop de inname betrekking heeft, met vermelding dat de belastingplichtige een aanvraag indient binnen uiterlijk 2 dagen vanaf de vaststelling door de gemeentelijke ambtenaar.

Indien na 48uur geen aanvraag werd ingediend, zal er een ambtshalve aanslag gevestigd worden vanaf het ogenblik van vaststelling totdat de inname van het openbaar domein wordt opgeheven. Deze ambtshalve inkohiering betekent een forfaitaire administratieve kost van 50 euro + de effectieve inname van het openbaar domein vanaf het ogenblik van de vaststelling door de gemeentelijke diensten.

 

Indien de vergunningsplichtige niet aangeeft wanneer de inname van het openbaar domein wordt beëindigd en dit opnieuw ambtshalve moet worden vastgesteld, zal hiervoor een forfaitaire administratie kost in rekening worden gebracht van 30 euro om de vaststelling opnieuw ambtshalve uit te voeren.

 

Artikel 6

Indien de inname van de openbare ruimte later aanvangt of vroeger eindigt dan werd vergund of de ingenomen oppervlakte vermindert, dient de aanvrager de gemeente hiervan minimum 1 werkdag voor de stopzetting of vermindering van de inname in kennis te stellen, zodat nazicht mogelijk is. Enkel in die gevallen kan de belasting aangepast worden en dit in verhouding met het aantal dagen effectieve inname of met de verminderde oppervlakte.

 

 

Artikel 7

De belastingplichtige is de gebruiker van de openbare ruimte voor het uitvoeren van bouwwerken. 

 

Artikel 8

De betaling van belasting dient te gebeuren binnen 30 dagen na verzending van de factuur op rekeningnummer van de gemeente ontvanger/financieel beheerder.

 

Artikel 9

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 10

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 26 - Retributie op het plaatsen van verkeersborden om parkeerplaatsen voor te behouden: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing 20 december 2016

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• artikel 173 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Om de hinder tijdens de inname van het openbaar domein zo beperkt mogelijk te houden, is het aangewezen om hier een kostprijs voor aan te rekenen.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vraagt dat er een retributie op het gebruik van parkeerborden om parkeerplaatsen voor te behouden, wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-4

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op het plaatsen van verkeersborden wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Er wordt met ingang van 01.01.2020 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 een retributie geheven op het plaatsen van verkeersborden om parkeerplaatsen voor te behouden bij verhuizingen, begrafenissen, huwelijken, het plaatsen van containers en dergelijke.

 

Artikel 2

De retributie wordt vastgesteld op 40 euro per twee verkeersborden.

 

Artikel 3

Bij het plaatsen van de verkeersborden door de gemeentelijke diensten, zal een foto ter bevestiging worden genomen, waaruit ook de toestand van de uitgeleende verkeersborden zal blijken. Indien bij het ophalen schade wordt vastgesteld aan de borden, zal deze verhaald worden op de aanvrager.

 

Wanneer de verkeersborden zijn aangevraagd voor opeenvolgende perioden van herstellingswerken, die weersgevoelig zijn, zullen de gemeentelijke diensten de borden aanpassen, zodat de vermelde data voor de inname steeds actueel blijft. De retributie blijft slechts één keer verschuldigd per aanvraag.

 

Artikel 4

De retributie is verschuldigd door de aanvrager of de begunstigde van de plaatsing van de verkeersborden.

 

Artikel 5

De betaling van retributie dient te gebeuren bij de aanvraag tot het plaatsen van de verkeersborden.

 

Artikel 6

Zijn vrijgesteld van deze retributie voor de plaatsing van verkeersborden maar dienen wel de waarborg te betalen:

•Organisaties met toeristische, filantropische, religieuze, wetenschappelijke, artistieke,

pedagogische of sociale doeleinden, voor zover de activiteiten gericht zijn op de

verwezenlijking van hun maatschappelijk doel;

•Jeugdverenigingen of instanties die zich uitsluitend met jeugdwerking bezighouden;

•Onderwijsinstellingen voor zover de manifestatie louter gericht is op de schoolactiviteiten;

•Handelsverenigingen ter gelegenheid van braderijen en eindejaarsfeesten;

•Feest-, rommel-, sjacher-, antiekmarkten en dergelijke ter gelegenheid van deze markten.

 

Artikel 7

De retributieschuldige kan bezwaar indienen voor het verstrijken van de betaaltermijn tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 8

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 27 - Retributie op parkeren in blauwe zone: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Nadat het Grondwettelijk Hof in 2010 oordeelde dat die bevoegdheid feitelijk aan de gewesten toekwam, volgde het nodige Vlaamse reparatiedecreet van 9 juli 2010, dat een extra hoofdstuk inschreef in het Vlaamse decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.

 

gemeenteraadsbeslissing van 16 september 2014

 

Feiten en context

De parkeervergoeding die de gemeente oplegt moet gezien worden als een vergoeding voor een geleverde dienst namelijk het beschikbaar stellen van een parkeerplaats door de gemeente. De retributie kan gevestigd worden op parkeren voor beperkte tijd (in de blauwe zone), betalend parkeren en het parkeren dat voorbehouden is aan houders van een parkeerkaart (vroegere bewonersparkeren).

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        artikel 173 van de grondwet

        Artikelen 10/1 tot en met 10/3 Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens

        Artikel 27 KB van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg (Wegcode)

        Ministerieel Besluit van 7 mei 1999 betreffende de parkeerkaart voor mensen met een handicap

        Ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart

Advies

Om zekerheid te creëren over de persoon van de schuldenaar van de retributie, is decretaal bepaald dat die altijd ten laste wordt gelegd van de houder van de nummerplaat van het geparkeerde voertuig.

De Vlaamse Regering, de gemeenten en hun concessiehouders en de gemeentelijke verzelfstandigde agentschappen zijn gemachtigd om de identiteit van de houder van de nummerplaat op te vragen bij de Dienst voor Inschrijving van de Voertuigen (DIV).

 

Argumentatie

Het is aanbevolen om personen met een handicap die houder zijn van een speciale parkeerkaart voor personen met een handicap vrij te stellen van de betaling van parkeergeld wanneer zij parkeren op de voorbehouden parkeerplaatsen voor personen met een handicap.

 

Parkeerovertredingen, bijvoorbeeld als voertuigen geparkeerd staan op plaatsen waar een parkeerverbod geldt of als een inbreuk gemaakt wordt op het halfmaandelijks beurtelings parkeren, worden nog altijd strafrechtelijk gesanctioneerd of eventueel met een gemeentelijke administratieve sanctie (zie artikel 3, 3° van de Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en van het bijhorende KB van 9 maart 2014).

Het bovenstaande neemt niet weg dat de gemeente een retributie kan vragen voor het wegslepen van een onwettig geparkeerd voertuig. Belangrijk is dat die retributie louter de kosten dekt voor het wegslepen en het eventueel stallen van het voertuig in kwestie. Administratiekosten zijn daarin niet inbegrepen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025G1-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op parkeren in de blauwe zone wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een retributie geheven op parkeren in de blauwe zone, als volgt:

-gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden

-een forfaitair bedrag van 40 EUR per dag voor elke periode die langer is dan deze die

gratis is.

 

Artikel 2

De door de gebruiker gewenste parkeer duur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van de parkeerschijf, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het K.B. van 01/12/1995. Deze beperkte parkeer tijd zoals bedoeld in artikel 27.1.1 is niet van toepassing op de voertuigen die geparkeerd staan voor de inrit van eigendommen en waarvan het inschrijvingsteken van dit voertuig leesbaar op die inrit is aangebracht zoals omschreven in het K.B. 09/01/2007 tot wijziging van het K.B. 01/12/1975. Indien dit niet het geval is, wordt steeds geacht dat de retributieplichtige opteert voor het bedoelde forfaitaire bedrag.

 

Artikel 3

De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer is geparkeerd dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden en is verschuldigd door de eigenaar van het voertuig.

De retributie wordt gekweten door storting of overschrijving op de rekening van de gemeente. De betaling gebeurt overeenkomstig de richtlijnen die vermeld zijn op de uitnodiging tot betaling dat werd aangebracht door de aangestelde van de gemeente op de voorruit van het voertuig. De betaaltermijn bedraagt 30 dagen.

 

Artikel 4

Van deze retributie zijn vrijgesteld:

personen met een handicap die beschikken over een parkeerkaart overeenkomstig het M.B. van 07/05/1999.

De vrijstelling van de retributie wordt slechts verleend als de parkeerkaart voor personen met een handicap duidelijk zichtbaar achter de voorruit wordt geplaatst. Indien dit niet het geval is, wordt steeds geacht dat de retributieplichtige opteert voor het in artikel 2 bedoelde forfaitaire bedrag.

 

Artikel 5

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen voor het verstrijken van de betaaltermijn.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 28 - Retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein: 2020-2022

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Sedert verschillende jaren kunnen de gemeenten aan de distributienetbeheerders Fluvius Antwerpen, Fluvius Limburg, Gaselwest, Imewo, Infrax West, Intergem, Iveka, Iverlek, PBE of Sibelgas een retributie aanrekenen voor de hinder op het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan de nutsvoorzieningen.

 

Feiten en context

Brief van Fluvius van 24 oktober 2019

 

Juridische grond

decreet lokaal bestuur

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

Gelet op het feit dat de stad/gemeente en de burgers voortdurend geconfronteerd worden met de plaatsing van en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied;

 

Gelet op het feit dat deze nutsvoorzieningen werkzaamheden vergen langs de gemeentelijke wegen en aldus een impact hebben op het openbaar domein;

 

Gelet op de goedkeuring door de stad/gemeente van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden;

 

Gelet op het feit dat deze Code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeenten;

 

Gelet op het feit dat er op het vlak van het onderhoud en de herstellingen ook geregeld dringende werken moeten worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en dat er daarnaast een aantal werken zijn zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein;

 

Gelet op de actualisatie van de code in 2017 naar aanleiding van meer aandacht voor minder hinder, meer oog voor het totaal concept en het gebruik van nieuwe e-instrumenten GIPOD, KLIP...;

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op actie 2025B2-3

Sedert verschillende jaren kunnen de gemeenten aan de distributienetbeheerders Fluvius Antwerpen, Fluvius Limburg, Gaselwest, Imewo, Infrax West, Intergem, Iveka, Iverlek, PBE of Sibelgas een retributie aanrekenen voor de hinder op het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan de nutsvoorzieningen.

De mogelijkheid om bij de distributienetbeheerder de betaling te verkrijgen van een gemeentelijk opgelegde retributieheffing vindt zijn grondslag in de statuten, waarvoor de raad van bestuur een algemeen kader kan creëren, en voor zover dit aanvaard is in het distributienettarief door de reguleringsinstantie. Er is eveneens voorzien dat de distributienetbeheerder aan haar vennoten alle informatie ter beschikking zal stellen die noodzakelijk is om de belasting of retributie te heffen.

Het huidige retributiereglement dat einde 2016/begin 2017 (ex-Infrax: begin 2019) in de gemeenteraad goedgekeurd/verlengd werd, vervalt per 31 december 2019.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

De gemeenteraad beslist:

 

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2022 wordt een retributie gevestigd op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein.

 

Artikel 1 - Algemeen

Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen.

 

Permanente nutsvoorzieningen zijn :

- alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen,…), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, ver-deel-, aansluit-, e.a. kasten , palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten…) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof,

- telecommunicatie,

- radiodistributie en kabeltelevisie,-de transmissie van enigerlei data,ongeacht of een privé-gebruiker al dan niet op die installaties kan aangesloten worden,

- alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg worden eveneens aanzien als nuts-voorzieningen.

De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voor-afgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de stad/gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de stad/gemeente.

 

 

Artikel 2  - Retributie naar aanleiding van sleufwerken

De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter open lig-gende sleuflengte voor alle sleufwerken.  Zij bedraagt voor werken in rijwegen 2,14 euro, voor werken in voetpaden 1,64 euro en voor werken in aardewegen 0,99 euro. 

Wanneer in dezelfde sleuf gelijktijdig werken uitgevoerd worden voor twee of meer nutsvoorzieningen bedraagt voormelde retributie voor de eigenaar van elke nutsvoorziening 60 % van hoger vermeld(e) bedrag(en).

 

Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.

Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht.

 

 

Artikel 3 - Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen, kleine

onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen

 

oor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,09 euro per op het grondgebied van de stad/gemeente aanwezig aansluitingspunt.

 

Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,54 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de stad/gemeente.

 

Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitings
punten op het grondgebied van de stad/gemeente.

 

 

Artikel 4 – Inning

De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen. 

 

 

Artikel 5 – Definitief karakter

Het retributiereglement wordt overeenkomstig artikel 287van het decreet lokaal bestuur afgekondigd en bekendgemaakt

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 29 - Retributie op werken voor derden: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

er is geen advies vereist

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie voor de uitvoering door het gemeentebestuur van werken aangevraagd door derden wordt vastgesteld.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A4-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op werken voor derden wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een gemeentelijke retributie gevestigd voor de uitvoering door het gemeentebestuur van werken aangevraagd door derden, tenzij deze uitvoering aanleiding geeft tot de toepassing van een andere gemeenteverordening van belasting of retributie, of tenzij deze uitvoering plaats heeft krachtens een overeenkomst.

 

De retributie is verschuldigd door de persoon die de uitvoering van de werken aanvraagt.

 

Artikel 2 - bedragen

De retributie wordt vastgesteld als volgt :

I.Werken aan boordstenen

1. rechten en van hoogte stellen boordstenen : 11 EUR per lopende meter

2. uitbreken en herplaatsen van boorstenen : 20 EUR per lopende meter

3. toeslag voor vervanging van een beschadigde rechte boordsteen (beton) : 16 EUR per stuk

4. toeslag voor de vervanging van een beschadigde gebogen boordsteen (beton) : 24 EUR per stuk

5. toeslag voor vervanging van een beschadigde betonnen boordsteenfundering : 15 EUR per lopende meter

 

II.Werken aan straatgoten

6. Uitbreken en herleggen van straatgoten in betonstenen (30 cm breedte) : 20 EUR per lopende meter

7. vervangen van beschadigde gootstenen : 2 EUR per stuk

8. vervangen van beschadigde betonfundering : 24 EUR per lopende meter

9. herplaatsen van een verzakte straatkolk : 370 EUR per stuk

 

III.Werken aan voetpadbestratingen

10. herleggen van betontegels : 21 EUR per m²; vanaf 5 m² : 18 EUR

11. vervangen van een beschadigde betontegel : 1 EUR per stuk

12. vervangen van beschadigde betonfundering of fundering in gestabiliseerd zand onder de betontegels : 15 EUR per m²; vanaf 5 m² : 12 EUR per m²

13. herleggen van betonblokken inbegrepen het herstel van de beton- of andere fundering, van inritten voor voertuigen : 31 EUR per m², vanaf 5 m² : 25,5 EUR per m²

14. toeslag voor vervanging van beschadigde betonblokken : 2 EUR per stuk

 

IV.Werken aan rijwegen

15. herstellen van kasseibestrating : 27,5 EUR per m²; vanaf 5 m² : 20 EUR per m²

16. herstellen van gevoegvulde kasseibestrating : 33 EUR per m²; vanaf 5 m² : 24 EUR

17. herstellen van asfaltbestrating met fundering : 37 EUR per m²; vanaf 5 m² : 29 EUR

18. herstellen van mozaiekbestrating op fundering : 37 EUR per m²; vanaf 5 m² : 27,5 EUR

19. herstellen van rijweg in beton of betonbanden voor insluiting van rijwegen : 91 EUR per m²; vanaf 5 m²: 73 EUR per m²

20. herstellen van grintweg : 18 EUR per m²

21. herstellen van assenweg : 7,5 EUR per m²

22. herstellen van ingezakte aarden berm of weg : 7,5 EUR per m²

 

V.Werken aan betonkeien in rijwegen

23. herleggen van een bestrating in betonkeien van alle aard en soort, met vernieuwing van de betonnen of steenslagfundering : 66 EUR per m²; vanaf 5 m² : 58 EUR per m²

24. toeslag voor het vervangen van beschadigde speciaal gekleurde dicht gestructureerde betonkeien voor voetgangersoverwegen in rijwegen : 2 EUR per stuk

25. toeslag voor vervanging van beschadigde betonkeien, andere dan onder post 24 vermeld, al dan niet gekleurd of in elkaar grijpende : 4 EUR per stuk

 

VI.Wegonderboringen

26. wegonderboringen : 73 EUR per lopende meter

 

VII.Andere werken

27. werkuren : 30 EUR per uur

28. andere materialen : werkelijke aankoopprijs materialen

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de werkuren onder VII. Andere werken worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

€ 30€ per uur  x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

 

VIII.Algemeen minimum per herstelling/werk

29. minstens per herstelling (exclusief de materialen) : 75 EUR

 

Elke factuur zal een minimum bedrag van 5 euro bedragen.

 

Artikel 3 - Betaling

De retributie moet betaald worden :

-indien zij onmiddellijk berekenbaar is, bij de aanvraag

-indien zij niet onmiddellijk berekenbaar is, bij de beëindiging der werken.

 

Artikel 4 - Algemeen

Indien mogelijk wordt alvorens aan de herstelling te beginnen met de particulier/vergunningshoudende maatschappij een overeenkomst afgesloten. Indien er tussen de gemeente en een van de vergunninghoudende maatschappijen een overeenkomst wordt getroffen, waarbij de maatschappij de herstelling zelf of door een derde laat uitvoeren worden bovenvermelde bedragen niet teruggevorderd.

 

Artikel 5 - Bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 30 - Retributie met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens markten: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

- beslissing raad van bestuur AGB 20/09/2016: goedkeuring retributiereglement met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens markten oktober 2016 - 2019;

- beslissing beleidscollege 12/11/2018: principieel akkoord met vereffeningsscenario AGB Hemiksem;

- toelichting gemeenteraad 18/12/2018 bij bespreking budget aan gemeenteraad en raad van bestuur AGB;

- beslissing gemeenteraad 19/03/2019: goedkeuring ontbinding AGB Hemiksem.

- beslissing gemeenteraad 18/06/2019: retributie inname openbaar domein tijdens markten

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

      artikel 170, §4 van de Grondwet

      het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Wet van 25/06/1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten

      KB van 24/09/2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten

      Decreet van 24/02/2017 tot wijziging van artikel 8 en 10 van de wet van 25/06/1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten

      Besluit van de Vlaamse Regering van 21/04/2017 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het KB van 24/09/2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten                                                                                   

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie met betrekking tot het innemen van het openbaar domein tijdens markten wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie met betrekking tot het innemen van het openbaar domein tijdens markten wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020  en eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie gevestigd op het innemen van het openbaar domein tijdens markten.

 

Het standrecht wordt per dag berekend, voor het innemen van een standplaats op de openbare markt door wagens en kramen, welke deelnemen aan een openbare markt.

De retributie is verschuldigd door de gebruiker van het openbaar domein.

 

Artikel 2 - bedrag

Het standrecht wordt bepaald op €1,35 € per lopende meter. Elk gedeelte van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter beschouwd. De max. diepte van de kramen mag 3 meter bedragen. De uiterste punten van het kraam of de marktwagen begrenzen de in aanmerking te nemen lengte. Degenen die per kwartaal betalen worden 12 weken aangerekend. Zij die per jaar betalen worden slechts 45 weken aangerekend. Elektriciteit  wordt forfaitair aangerekend. Voor klein verbruik (tot 350 Watt) is dit €30 per jaar, voor groot verbruik (meer dan 350 Watt) €60 per jaar. Standwerkers betalen €3 per marktdag.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de retributie worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

€1,35 € per lopende meter x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

Voor klein verbruik (tot 350 Watt) €30 per jaar x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

Voor groot verbruik (meer dan 350 Watt) €60 per jaar x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

Standwerkers betalen €3 per marktdag x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019)

 

Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 3 - inning

De retributie moet vanaf het begin van het plaatsen contant worden betaald, tegen afgifte van een kwitantie. Indien men opteert om te betalen per kwartaal of per jaar wordt een factuur opgestuurd. Deze moet betaald worden binnen de daarin gestelde vervaldatum.

 

Artikel 4 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 31 - Retributie met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens kermisattracties, spellen en kramen: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

- beslissing raad van bestuur AGB 20/12/2016: goedkeuring retributiereglement met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens kermisattracties, spellen en kramen 2017 - 2019;

- beslissing beleidscollege 12/11/2018: principieel akkoord met vereffeningsscenario AGB Hemiksem;

- toelichting gemeenteraad 18/12/2018 bij bespreking budget aan gemeenteraad en raad van bestuur AGB;

- beslissing gemeenteraad 19/03/2019: goedkeuring ontbinding AGB Hemiksem.

- beslissing gemeenteraad 18/06/2019

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        •Wet van 25/06/1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten

        Decreet van 24/02/2017 tot wijziging van artikel 8 en 10 van de wet van 25/06/1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten             

        KB van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens kermisattracties, spellen en kramen wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie met betrekking tot het innemen van openbaar domein tijdens kermisattracties, spellen en kramen wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

Voor een periode die aanvangt op 01/01/2020 en eindigt op 31/12/2025 wordt een retributie geheven op de kermisattracties, -spelen en -kramen die ter gelegenheid van de jaarlijkse kermissen op het openbaar domein binnen de gemeente worden geplaatst.

 

De retributie is verschuldigd door de uitbater van de attracties, -spelen en -kramen die op het openbaar domein een standplaats bezet.

 

Artikel 2 - bedrag

De retributie wordt per kermis vastgesteld op €13 per lopende meter van de langste zijde van de inrichting per kermis.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de retributie worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

€13 per lopende meter van de langste zijde van de inrichting per kermis dagen x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019) en zal afgerond worden tot op 0,05 euro.

 

Artikel 3 - inning

De retributie moet vanaf het begin van het plaatsen contant worden betaald, tegen afgifte van een kwitantie. De factuur wordt indien gewenst achteraf bezorgd aan de uitbater van attractie, spel of kraam.

 

Artikel 4 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 32 - Belasting op nachtwinkels: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

Nachtwinkels  zijn gedefinieerd in de wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening.

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        Wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening

        Artikel 48 Wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, samengeordend op 3 april 1953

 

Advies

geen advies vereist

 

Argumentatie

Omdat het openhouden van nachtwinkels dikwijls gepaard gaat met overlast, wenst de gemeente hier een belasting op te heffen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op nachtwinkels wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - algemeen

Voor een periode die aanvang neemt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een openingsbelasting en een jaarlijkse belasting gevestigd op nachtwinkels.

 

Onder nachtwinkels wordt verstaan: elke winkel die in algemene voedingswaren en huishoudartikelen handelt, tussen 21u en 7u open is.

 

Artikel 2 - bedrag

De aanslagvoet van de openingstaks is vastgesteld op 6.000 euro en verschuldigd bij elke opening van een nieuwe handelsactiviteit van een nachtwinkel.   De openingstaks is een éénmalige belasting en verschuldigd bij elke opening van een nachtwinkel zoals gedefinieerd in art. 1 van huidig reglement. Elke wijziging van uitbating is gelijkgesteld met een nieuwe handelsactiviteit.

De aanslagvoet van de jaarlijkse taks is vastgesteld op 1.500 euro per nachtwinkel.

De openingstaks en jaarlijkse taks zijn verschuldigd voor het gehele burgerlijke jaar ongeacht de stopzetting van economische activiteit of de wijziging van uitbating in het jaar van de inkohiering.

De jaarlijkse belasting gaat in vanaf het jaar dat volgt op het aanslagjaar waarvoor de openingsbelasting verschuldigd is. Er wordt geen enkele korting of teruggave van de taks gedaan voor welke reden dan ook.

 

Artikel 3 - belastingplichtige

De belasting is solidair en ondeelbaar verschuldigd door de eigenaar van de handelszaak.

De eigenaar van de handelszaak is ertoe gehouden voorafgaandelijk aan elke economische activiteit aangifte hiervan te doen bij de gemeentelijke overheid. Ze zijn verplicht alle nodige documenten en vergunningen voor te leggen op eerste verzoek van de gemeentelijke overheid.  Eventuele controle van hun verklaring moet mogelijk zijn.

Om de belasting te heffen, stuurt het gemeentebestuur naar alle nachtwinkels een aangifteformulier dat binnen de door de gemeentelijke overheid vastgestelde periode dient te worden ingevuld, ondertekend en teruggestuurd samen met de eensluidende afschriften van de noodzakelijke vergunningen.

Bij gebrek van aangifte, bij onvolledigheid hiervan en bij bedrijven waarvan de conformiteit met het geheel van de geldende wetgeving niet is vastgesteld, wordt van ambtswege een proces-verbaal van vaststelling van economische activiteit opgesteld. De vaststelling van economische activiteit zal geschieden door een beëdigd ambtenaar die daartoe een proces-verbaal opstelt. Dit proces-verbaal van vaststelling van economische activiteit wordt gelijkgesteld met vaststelling van opening van een nachtwinkel.

 

Artikel 4 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 5 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 33 - Belasting op taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De gemeenten kregen een belangrijke taak toebedeeld in de Vlaamse taxireglementering. Ze staan in voor het afleveren van de vergunningen voor de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder (VVB), moeten de uitgereikte vergunningen vervolgens ook controleren en zorgen voor voldoende taxistandplaatsen.

Een taxivergunning wordt uitgereikt door de gemeente waar de taxi-uitbater wenst te rijden en

geldt alleen voor het grondgebied van de gemeente die de vergunning aflevert. Als een taxiuitbater in meerdere gemeenten zijn diensten wil aanbieden, moet hij in al die gemeenten een taxivergunning aanvragen. Het staat iedere gemeente vrij om het verlenen van taxivergunningen op haar grondgebied te belasten.

Het VVB verschilt van taxidiensten doordat de dienst voor minstens drie uur ingehuurd wordt

en op basis van een overeenkomst. Een VVB-vergunning wordt uitgereikt door de gemeente waar de exploitatiezetel van de uitbater gevestigd is, maar geldt meteen voor heel Vlaanderen. De uitgereikte VVB-vergunning wordt verplicht door de gemeente belast tegen een tarief dat

opgelegd is in de Vlaamse regelgeving. Door een uniform tarief op te leggen in alle gemeenten,

wilde de decreetgever ‘belastingshoppen’ tegengaan.

 

Feiten en context

De belastingtarieven die een gemeente kan opleggen aan respectievelijk de vergunninghouder

van een taxidienst of dienst voor VVB, zijn decretaal geregeld.

 

Juridische grond

        artikel 170, §4 van de Grondwet

        het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

        Artikel 25-52 decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg (Taxidecreet)

        Besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder

 

Advies

geen advies vereist

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een belasting op taxidiensten wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien op 2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De belasting op taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - algemeen

Voor een periode die aanvang neemt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een jaarlijkse belasting gevestigd op diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder en op de exploitatie van taxidiensten.

 

De belasting wordt gevestigd op de vergunning die werd afgegeven overeenkomstig artikel 26, §2 en 3, of overeenkomstig artikel 42, §2 en 3, van het decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg en tot oprichting van de Mobiliteitsraad van

Vlaanderen, met latere wijzigingen.

Daarbij is volgende terminologie van toepassing :

§1. Taxivoertuigen : voertuigen bestemd voor een taxidienst.

§2. Verhuurvoertuigen : voertuigen bestemd voor een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder.

 

Artikel 2 - bedrag

Het tarief wordt vastgesteld als volgt :

A. voor de vergunning van taxivoertuigen, ongeacht of ze een standplaats op het openbaar domein innemen, en ongeacht of ze gebruik maken van radiotelefonie : 250,00 euro per in de vergunning vermeld voertuig

B.voor de vergunning van verhuurvoertuigen : 250,00 euro per in de vergunning vermeld voertuig.

 

Artikel 3 - modaliteiten

De belasting is verschuldigd voor het hele jaar, onafhankelijk van het moment waarop de vergunning afgegeven werd. Ze is jaarlijks verschuldigd en ondeelbaar ten laste van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van de exploitatie op 1 januari van het aanslagjaar of op het moment van de afgifte van de vergunning. De vermindering van het aantal voertuigen geeft geen aanleiding tot een belastingteruggave. Dit geldt eveneens voor de opschorting of de intrekking van een vergunning of het buiten dienst stellen van een of meer voertuigen voor welke reden dan ook.

 

Artikel 4 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 34 - Retributie gemeentelijke sportterreinen en infrastructuur: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbesluit 30/03/2016

 

Feiten en context

Hellvoc heeft sinds 2018 uitbating van de cafetaria en het beachvolleybal terrein overgenomen van de gemeente via een concessie overeenkomst.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

geen advies vereist

 

Argumentatie

De gemeentelijke toestand vereist dat er een retributie voor deze dienstverlening wordt aangerekend.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025C1-4

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van van de gemeentelijke sportterreinen en -infrastructuur wordt verder uitgewerkt en verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

18 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

2 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit) en Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit)

 

Artikel 1- Tarieven

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025, wordt een retributie gevestigd op het gebruik van de gemeentelijke sportterreinen en infrastructuur.

De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

§ 1. Sporthal

Reservaties zijn mogelijk per half uur, met een minimum van één uur en aan te vatten op het uur of half uur.

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00

Daluren: weekdagen tot 18u00, G-sport activiteiten en jeugdsport

 

tarief tot en met 30/06/2020

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00

Daluren: weekdagen tot 18u00, G-sport activiteiten en jeugdsport

sporthal: 1/3 zaal

5,00 euro / uur

3,50 euro / uur

sporthal: 1/2 zaal

7,00 euro / uur

5,00 euro / uur

sporthal: volledige zaal

14,00 euro / uur

10,00 euro / uur

 

 

tarief vanaf  01/07/2020

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00

Daluren: weekdagen tot 18u00, G-sport activiteiten en jeugdsport

sporthal: 1/3 zaal

5,50 euro / uur

4,00 euro / uur

sporthal: 1/2 zaal

7,50 euro / uur

5,50 euro / uur

sporthal: volledige zaal

15,00 euro / uur

11,00 euro / uur

 

 

Het daltarief is niet van toepassing op zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen met uitzondering van jeugdsport. Onder jeugdsport wordt begrepen als trainingen en wedstrijden van jeugdploegen, aangesloten bij een vereniging en regelmatig optredend in een door een nationale, gewestelijke of provinciale sport federatie georganiseerde competitie.

 

Onder G-sport activiteiten wordt begrepen sport voor minstens 3 mensen met een handicap, stoornis of beperking..

- Begrip handicap: “Elk langdurig en belangrijk participatie probleem van een

persoon dat te wijten is aan het samenspel tussen functie stoornissen van

mentale, psychische, lichamelijke of zintuiglijke aard, beperkingen bij het

uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en externe factoren.”

Deze definitie stoelt op de ICF, de Internationale Classificatie van het Menselijk

Functioneren. Daarin worden drie begrippen gehanteerd :

- Begrip stoornis: afwijkingen in of verlies van functies of anatomische

eigenschappen (ten gevolge van een ziekte, of ongeval,…)

- Begrip beperkingen: moeilijkheden om activiteiten uit te voeren als gevolg

van een stoornis

 

Voor occasionele evenementen met een commercieel karakter, die worden georganiseerd in de sporthal, wordt een vergoeding gevraagd van 1.500,00 EUR per dag voor een halve zaal en 3000,00 EUR per dag voor een volledige zaal, incl. BTW.

De zaal wordt de dag van de manifestatie ter beschikking gesteld vanaf 8 u ’s morgens en dient volledig ontruimd te zijn de volgende dag om 12 u ’s middags

 

 

§ 2. Sportterreinen: Tennis

De tennis terreinen kunnen enkel op basis van een geldig abonnement gebruikt worden.

Een tennis abonnement wordt vastgesteld op 60 euro per seizoen

Een tennis abonnement met gebruik van de kleedruimten en douches wordt vastgesteld op 100 euro per seizoen.

 

§ 3 Sportterreinen: Voetbalterreinen Nieuwe Dreef / Atletiekstraat

10,00 euro /uur (Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00)

5,00 euro /uur (Daluren: weekdagen tot 18u00, G-sport activiteiten en jeugdsport)

Onder jeugdsport wordt begrepen trainingen en wedstrijden van jeugdploegen, aangesloten bij een vereniging en regelmatig optredend in een door een nationale, gewestelijke of provinciale sportfederatie georganiseerde competitie

 

§ 4 Zwembad

1. Bad in privé gebruik (groep met eigen redders): 50 EUR

 

2. Schoolzwemmen

• Voor scholen die gelegen zijn in de gemeenten die toegetreden zijn tot het

intergemeentelijk zwembad in Aartselaar : 0,75 EUR per leerling per zwembeurt

• Voor alle overige scholen : 1,50 EUR per leerling per zwembeurt.

Indien om organisatorische redenen deze scholen zelf moeten instaan voor een tweede redder: 1 euro per leerling per zwembeurt.

 

De retributie voor het schoolzwemmen moet door het schoolbestuur in de gemeentekas gestort onmiddellijk na ontvangst van de factuur.

 

3. Elke factuur dient minstens 5 euro te bedragen.

 

Artikel - 2 Annulaties

Indien de aanvraag wordt herroepen of het terrein onaangekondigd niet wordt benut, zal het in bewaring gegeven bedrag worden terugbetaald mits inhouding van 50 % tot dekking van de kosten voor reservatie, administratieve verwerking van de aanvraag of mogelijke derving van inkomsten. Bij afgelasting van de reservering op minder dan twee werkdagen voor de datum van de activiteit zal het volledige bedrag worden ingehouden. Enkel in het uitzonderlijk geval van overmacht, waarvan de beoordeling aan het college van burgemeester wordt overgelaten, zal geen enkele inhouding op het in bewaring gegeven bedrag worden toegepast. Ingeval verzoeker drie maal binnen eenzelfde kalenderjaar annuleert binnen de maand vóór de normale ingebruikname of tweemaal binnen eenzelfde kalenderjaar  onaangekondigd geen gebruik maakt van de gevraagde reservatie, zal deze gebruiker van ambtswege het normale gebruiksrecht van de gemeentelijke sporthal en / of openluchtterreinen ontnomen worden gedurende een periode van zes maanden, te rekenen vanaf de betekening door het schepencollege van de beslissing dienaangaande."

 

Artikel  3 - Vrijstellingen

Volgende organisaties dienen geen retributie te betalen:

- Scholen gevestigd in de gemeente: gratis tijdens de schooluren (uitzondering schoolzwemmen)

- Activiteiten ingericht door het gemeentebestuur

 

Artikel 4 - Betaling

De verschuldigde retributie wordt per factuur betaald.

 

 

Artikel 5 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 35 - Retributiereglement speelpleinwerking (speelkriebels): 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Op 20/10/2016 besliste het directiecomité om de speelpleinwerking over te dragen van het gemeentebestuur naar het AGB Hemiksem.

Op 22 december 2015 keurde de gemeenteraad het retributiereglement op de speelpleinwerking goed.

Beslissing gemeenteraad van 18 maart 2019, om over te gaan tot ontbinding van het AGB met ingang van 1 juli 2019.

 

Feiten en context

Wegens de stopzetting van het AGB, dient de retributie op speelpleinwerking opnieuw door de gemeenteraad vastgesteld te worden.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

Voor deze dienstverlening wordt een beperkte kostprijs aangerekend.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025C1-7

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van diverse zalen en locaties wordt verder uitgewerkt en verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

19 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

1 onthouding: Birgit De bondt (OPEN VLD)

 

Artikel 1 - Tarieven

Met ingang van 01.01.2020 tot en met 31.12.2025 wordt een retributie gevestigd op de speelpleinwerking als volgt:

 

Aan de ouders wordt een financiële bijdrage gevraagd voor de deelname aan de speelpleinwerking.

De tarieven per dag worden als volgt vastgesteld:

- eerste kind van het gezin: 4 euro per dag

- vanaf het tweede kind van het gezin: 2 euro per dag

Als het programma het toelaat kunnen ouders kiezen om hun kind voor een

halve of een hele dag in te schrijven. De dagprijs blijft hetzelfde.

Inbegrepen in de dagprijs: zijn begeleiding, verzekering, materiaal, voor- en naopvang.

 

Voor bijkomende activiteiten kan een extra bijdrage gevraagd worden (zwembad, uitstap,...)

 

Artikel 2 - Betaling

De retributie is verschuldigd bij de inschrijving. De inschrijving is pas definitief na betaling van het volledige bedrag (dagprijs +  eventuele extra bijdragen)

 

Artikel 3 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 4 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 36 - Retributiereglement BKO 't Merelhofke: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

- Op 18 juni 2013 werden de statuten van het AGB Hemiksem

goedgekeurd door de gemeenteraad

- Op 26 november 2015 werd het retributiereglement op nietgesubsidieerde kinderopvang goedgekeurd door de RvB van het AGB

Hemiksem

-  Op 18 maart 2019 besliste de gemeenteraad het AGB Hemiksem te vereffenen met ingang van 1 juli 2019.

 

Feiten en context

Voor de dienstverlening die wordt aangeboden, inzake buitenschoolse kinderopvang, dient een retributie betaald te worden.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

wegens de stopzetting van het AGB dient dit reglement opnieuw goedgekeurd te worden door de gemeenteraad.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie wordt gevraagd voor deze dienstverlening

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025C5-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van de buitenschoolse kinderopvang wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

15 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Inneke Varewyck (N-VA)

1 stem tegen: Birgit De bondt (OPEN VLD)

4 onthoudingen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Tarieven

Met ingang van 01.01.2020 en voor een periode eindigend op 31.12.2025 wordt de retributie gevestigd  op het gebruik van de buitenschoolse kinderopvang 't Merelhofke als volgt:

 

3 soorten tarieven (gekoppeld aan tarieven van Kind en Gezin) :

NT : het normaal tarief

RT : het reductietarief : 25 % vermindering bij gelijktijdige aanwezigheid van kinderen uit eenzelfde gezin

ST : het sociaal tarief : 50 % vermindering (Dit tarief kan toegestaan worden aan gezinnen die  in Hemiksem wonen en die kunnen aantonen dat hun financiële toestand hiertoe aanleiding geeft.

In principe op basis van het aanslagbiljet van het voorlaatste jaar; enkel bij drastische wijziging in de inkomenssituatie zal de berekening gebeuren op basis van de loonfiches van de laatste zes maanden. Voor toepassing van dit tarief zal er telkens overleg gepleegd worden met het OCMW. Het nettoinkomen is het maximum van het leefloon, kinderbijslag niet meegerekend.

 

- Op schooldagen (voor- en naschoolse opvang)

NT : 0,80 euro per begonnen half uur

 

- Op woensdagnamiddag

NT : 0,80 euro per begonnen half uur of het vakantietarief

Het voordeligste tarief wordt aangerekend.

 

- Op schoolvrije dagen en vakantiedagen

NT: minder dan 3 uren 4,4 euro

tussen 3 en 6 uren 7,3 euro

meer dan 6 uren 11 euro

 

Een bijkomende retributie per kind zal extra aangerekend worden:

• bij het afhalen na sluitingstijd (na 18.30 uur): 15 euro

• vooropvang, ingeschreven maar niet geweest:

het hele opvangmoment dient betaald, dus van 6u30 tot 8 uur

• naopvang, ingeschreven maar niet geweest:

het hele opvangmoment dient betaald, dus van 15u30 tot 18u30

• naopvang op woensdagnamiddag, ingeschreven maar niet geweest:

het hele opvangmoment dient betaald, dus van 12u05 tot 18u30

• naopvang en vooropvang, wel geweest maar niet ingeschreven:

15 euro + de tijd dat het kind in de opvang geweest is

• vakanties en schoolvrije dagen:

ingeschreven maar niet geweest = 10 euro wel geweest maar niet ingeschreven = 15 euro + de tijd dat het kind in de opvang geweest is.

Om de administratieve verwerking betaalbaar te houden, zal elke factuur minimaal 5 euro bedragen.

 

Indexatie vanaf  01/01/2021

De bedragen van de retributie worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013)

 

De indexatie gebeurt als volgt:

De retributie bedraagt : 0,80 euro per begonnen half uur x (consumptieprijs index november aanslagjaar-1/consumptieprijs index november 2019) en wordt steeds afgerond naar het hogere of lagere 0,05 euro

 

Artikel 2 - retributieschuldige

De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de opvang.

 

Artikel 3 - Inning

De retributie moet betaald worden na het opsturen van de factuur en ten laatste vóór de daarin vermelde vervaldatum. Bij laattijdige betaling behoudt 't Merelhofke zich het recht de toegang tot de kinderopvang te weigeren.

 

Artikel 4 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 37 - Retributie op het gebruik van de evenementenweide abdijpark Hemiksem: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Feiten en context

In samenwerking met het Kempisch Landschap is het abdijpark in eigen beheer genomen met de gemeente. Er komen regelmatig aanvragen binnen voor het gebruik van de weide, hiervoor wordt een retributie gevraagd.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Niet van toepassing.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie op het gebruik van de evenementenweide van het abdijpark wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Met het Kempisch Landschap is afgesproken dat 60% van de opbrengsten voor de gemeente zijn en 40% voor het Kempisch Landschap.

Financiële gevolgen voorzien 2025C1-6

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van de evenementen weide van het abdij park wordt verlengd in de komende legislatuur

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

 

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en die eindigt op 31.12.2025 een retributie gevestigd op de terbeschikkingstelling van de evenementenweide abdijpark Hemiksem.

 

De retributie is verschuldigd door de aanvrager.

 

Artikel 2 - bedrag

De retributie wordt als volgt vastgesteld:

 

Categorie A:

Gemeentelijke diensten en adviesraden

VZW Kempens Landschap

Jeugdverenigingen en scholen uit Hemiksem. ( max. 1 evenement per jaar per vereniging of school )

Loopwedstrijden die enkel gebruik maken van de voorziene wandelpaden.

Ivebica & Toerisme Rupelstreek

 

Tarief0,00 euro per dag

 

Categorie B:

Door de gemeentelijke adviesraden erkende verenigingen uit Hemiksem:

Voor de grote weide of de gehele weide: 350 euro per dag

Voor de kleine weide: 175 euro per dag

 

Op en afbouwdagen: 100 euro per dag.

 

Categorie C: alle andere aanvragers

Voor de grote weide of de gehele weide

0 - 1.000 bezoekers: 500 euro per dag

1.000 - 2.500 bezoekers: 750 euro per dag

2.500 - 5.000 bezoekers: 1.000 euro per dag

 

Voor de kleine weide

0 - 1.000 bezoekers: 250 euro per dag

1.000 - 2.500 bezoekers: 375 euro per dag

2.500 - 5.000 bezoekers: 500 euro per dag

 

 

Op en afbouwdagen: 100 euro per dag.

 

Verbruik van energie

Bij de aanvraag dient vermeld te worden vanaf welke dag er stroom ter beschikking moet worden gesteld. De kostprijs hiervoor bedraagt 50 EUR forfaitair per dag + het effectieve verbruik aan de op dat ogenblik geldende marktprijzen. Hier worden geen vrijstellingen voorzien.

 

Artikel 3

De retributie moet betaald worden bij het verkrijgen van de vergunning voor het gebruik van de infrastructuur, door betaling bij de financiële dienst of storting. De retributie wordt ingevorderd via factuur.

Artikel 4

Er kan enkel toelating gegeven worden voor evenementen met een maximum van 5.000 bezoekers per dag. Elke aanvraag wordt door het college individueel bekeken alvorens goedkeuring te verlenen.

 

Artikel 5 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 38 - Retributie op administratieve prestaties: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 29.01.2019

 

Feiten en context

De retributie voor administratieve prestaties is een vergoeding die meestal betaald wordt voor opzoekwerk. In principe doet de inhoud van de dossiers of de stukken waarin het opzoekwerk verricht wordt, niet ter zake en zou een tarief vastgesteld kunnen worden op basis van het aantal gepresteerde uren.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

De toepassing van het gelijkheidsbeginsel vereist dat een dergelijke retributie algemeen wordt toegepast.

 

Argumentatie

De gemeente behoudt haar eigen appreciatierecht bij de vaststelling van een dergelijke retributie.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A1-1

Financiële gevolgen voorzien  2025F2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op administratieve prestaties wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1- Algemeen

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie op administratieve prestaties geheven.

De retributie wordt contant ingevorderd bij aanvraag of via factuur.

 

Artikel 2 - Technische Dienst

stedenbouwkundige inlichtingen

100 euro

 

 

Artikel 3 - Vrijetijdsdienst

het ontwerpen van een affiche

100 euro

aanpassen van een bestaande affiche

25 euro

 

 

Artikel 4 - Overige

abonnement op de dagordes van de gemeenteraad

Het abonnement wordt schriftelijk aangevraagd bij de algemeen directeur. De agenda, zoals opgesteld door het schepencollege, wordt verzonden op dezelfde dag waarop deze aan de raadsleden wordt betekend.

8 euro

inlichtingen die schriftelijk verstrekt worden door de gemeentelijke diensten en die niet louter het laten inzien van, het uitleg geven over en een afschrift afleveren van bestuursdocumenten betreffen, maar ruim opzoekwerk (meer dan 1 uur) en het samenstellen van een dossier vereisen betreffende specifieke zaken en eigendommen

100 euro

 

Artikel 5 - Retributieplichtige

De retributie is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die de aanvraag voor de administratieve prestatie schriftelijk of mondeling opvraagt.

 

Artikel 6 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Burgerzaken - 39 - Huisvesting - vaststelling reglement op het niet hebben van een geldig conformiteitsattest

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        beslissing van de gemeenteraad van 17/03/2015 waarbij de gemeentelijke verordening van het conformiteitsattest wordt vastgesteld;

        beslissing van de gemeenteraad van 19/12/2017 houdende het vaststellen van het reglement op het aanvragen van een conformiteitsattest.

        op voorstel van het college van burgemeester en schepenen dd. 30/09/2019.

 

Feiten en context

        De eigenaar-verhuurder kan de conformiteit van een huurwoning aan de geldende normen laten nagaan en vastleggen in een officiële verklaring van de gemeentelijke overheid die hiermee bevestigt dat de woning niet ongeschikt of onbewoonbaar is.

 

Juridische grond

 

Decreet van 15 juli 1997

houdende de Vlaamse Wooncode

Decreet van 01 juni 2012

houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders

Decreet van 29 maart 2013

houdende wijziging van diverse decreten wat de woonkwaliteitsbewaking betreft

Besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013

betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen

Ministerieel Besluit van 29 juli 2013

houdende de vaststelling van de modellen van conformiteitsattesten voor woningen en kamerwoningen

Ministerieel Besluit van 2 december 2015

houdende goedkeuring van de verordening houdende het verplicht stellen van een conformiteitsattest

 

Advies

Gunstig advies van het lokaal woonoverleg van 24/09/2019.

 

Argumentatie

Het gemeentebestuur wil de kwaliteit van het woningpatrimonium op de private huurmarkt verbeteren. Het doel is de basisveiligheid en de minimumkwaliteit van alle huurwoningen te garanderen.

Op lange termijn streeft de gemeente naar een conformiteitsattest voor elke huurwoning.

Dit zal gefaseerd gebeuren. De kwaliteitsonderzoeken zullen uitgevoerd worden door IVLW Rivierenland. De geldigheid van het attest is 5 jaar.

Voor deze dienstverlening zal een kostprijs aangerekend worden, opgenomen in een retributiereglement.

Indien eigenaars-verhuurders het attest nog niet aanvragen zullen zij de daaropvolgende jaren hoger belast worden. Dit om het niet-aanvragen van het conformiteitsattest te ontmoedigen.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

 

 

 

 

Vaststelling reglement op het niet hebben van een geldig conformiteitsattest.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

onderstaand reglement op het niet hebben van een  geldig conformiteitsattest vast te stellen.

 

reglement op het niet hebben van een  geldig conformiteitsattest

 

Art. 1 Begripsomschrijving:

Voor de toepassing van dit reglement worden onder meer volgende begrippen gebruikt:

1 Voor de toepassing van dit reglement worden onder meer volgende begrippen gebruikt:

1° aanpassing: de uitvoering van specifieke werkzaamheden om een woning te doen beantwoorden aan de woningbezetting, de gezinssamenstelling of aan de fysieke mogelijkheden van bejaarden en personen met een handicap;

2° administratie: de gemeentelijke administratieve eenheid die door de gemeenteraad belast wordt met het beheer van de gemeentelijke inventaris

3° beroepsinstantie: het college van burgemeester en schepenen

4° beveiligde zending: één van de hierna volgende betekeningswijzen:

a.een aangetekend schrijven;

b.een afgifte tegen ontvangstbewijs;

5°conformiteitsattest: een document uitgereikt door de burgemeester dat stelt dat de huurwoning op dat moment voldoet aan de minimale veiligheids-, gezondheids- of kwaliteitsnormen, opgelegd door de Vlaamse Wooncode - in afkorting CA;

6° gemeentelijk ambtenaar of technisch medewerker IGEAN: de ambtenaar of medewerker die met toepassing van de regels, vastgesteld door het College van Burgemeester en Schepenen binnen zijn ambtsgebied belast is met de opdrachten inzake woonkwaliteitsbewaking;

7° kamer: een woning waarin een toilet, een bad of douche of een kookgelegenheid ontbreken en waarvan de bewoners voor een of meer van die voorzieningen aangewezen zijn op de gemeenschappelijke ruimten in aansluitend bij het gebouw waarvan de woning deel uitmaakt; 

8° onbewoonbare woning: een woning die niet in aanmerking komt voor bewoning omdat ze gebreken vertoont die een veiligheids- of een gezondheidsrisico inhouden;

9° ongeschikte woning: een woning die niet beantwoordt aan de veiligheids-, gezondheids- of kwaliteitsnormen, opgelegd door de Vlaamse Wooncode;

10° renovatie: de uitvoering van structurele ingrepen die vooral betrekking hebben op de stabiliteit, de bouwfysica of de veiligheid, aan een woning of gebouw dat bestemd is om te worden bewoond;

11° verbetering: de uitvoering van beperkte ingrepen van een woning, vooral met betrekking tot het comfort, de toegankelijkheid, de energie-efficiëntie of de privacy ten aanzien van de onmiddellijke woonomgeving;

12° woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande.

 

Art. 2 Procedure:

§1. Elke eigenaar/verhuurder waarvan de huurwoning valt onder de verplichting van de gemeenteraadsbeslissing van 19/12/2017 houdende de aanvragen van een CA, dient voor elke wooneenheid een CA aan te vragen of een geldig CA voor te leggen.

 

§2. De eigenaar/verhuurder wordt door de gemeente per beveiligde zending op de hoogte gebracht, inzake het aanvragen van een CA. In dat geval is de eigenaar/verhuurder verplicht het CA aan te vragen, via het daartoe bestemde aanvraagformulier en dit binnen een periode van 60 dagen te rekenen vanaf de dag na de poststempel van de beveiligde zending.

 

§3. Als de eigenaar/verhuurder van de huurwoning die niet beschikt over een geldig CA na het verstrijken van de termijn van 6 maanden, zoals beschreven in art. 2 §2 zal een belasting van kracht worden, omwille op het niet hebben van een geldig CA.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 40 - Retributie op administratieve stukken: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 20.12.2016

 

Feiten en context

Identiteitskaarten, vreemdelingenkaarten, visumaanvragen en verblijfsaanvragen worden aangevraagd bij de gemeente, maar niet door de gemeente zelf aangemaakt. De kaarten worden gemaakt door de FOD Binnenlandse Zaken en aan de gemeenten geleverd. De aanmaakkosten worden door de FOD gefactureerd aan de gemeenten. De gemeenten rekenen deze kost vervolgens door aan de burger.

 

De gemeenten zijn ertoe gemachtigd om in sommige gevallen paspoorten af te leveren. De consulaire heffing, de aanmaakprijs en de leveringsprijs worden bepaald door de FOD Buitenlandse Zaken.

 

Artikel 61 en artikel 64 sexies van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs bepalen de retributies die verschuldigd zijn voor de afgifte van de verschillende soorten rijbewijzen. De gemeente int die retributie voor rekening van de federale overheid.

 

De gemeente kan bovenop deze federale vergoedingen een kleine retributie vragen voor de afgifte van het administratief stuk.

 

Voor de afgifte van bestuursdocumenten in het kader van de uitoefening van het inzagerecht kan volgens het Bestuursdecreet een redelijke kostprijs gevraagd worden.

 

Bijzondere bestuursdocumenten zijn akten en uittreksels uit de registers van de burgerlijke stand. Beide documenten zijn ook bestuursdocumenten in de zin van de grondwet en het Bestuursdecreet van 7 december 2018. Voor een kopie van de akten of een afschrift uit de registers kan dus een vergoeding gevraagd worden.

 

Het conformiteitsattest is een officiële verklaring dat een woning of kamer voldoet aan de normen inzake veiligheid, gezondheid en kwaliteit in de Vlaamse Wooncode. Het attest is decretaal verplicht na het in orde stellen van een voorheen onbewoond of ongeschikt verklaarde woning. Maar de gemeente kan het attest ook opleggen bij gemeentelijk reglement zowel voor de verhuur van kamers als van woningen.

 

Vlaanderen is sinds 1 juli 2014 bevoegd voor de regelgeving over de toepassing, de controle en de handhaving van de arbeidskaarten en de beroepskaarten. De federale overheid behoudt echter een reglementerende restbevoegdheid als het gaat om afgeleiden van de verblijfssituatie.

 

De omgevingsvergunning verenigt de vroegere stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsvergunning en milieuvergunning. Sinds 1 januari 2018 moeten alle gemeenten de regelgeving van de omgevingsvergunning toepassen en werken met het digitaal loket voor omgevingsvergunningen.

 

 

Juridische grond

•artikel 170, §4 van de Grondwet

•het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

•Ministerieel besluit van 28 oktober 2019 tot wijziging van het ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar, de elektronische kaarten en elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan vreemde onderdanen, en de biometrische kaarten en biometrische verblijfstitels, afgeleverd aan vreemde onderdanen van derde landen

 

Identiteitskaarten (eiD), vreemdelingenkaarten (EVK), Kids-iD, visumaanvragen en verblijfsaanvragen

          Wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953

          KB van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar

          KB van 5 maart 2017 tot bepaling van de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen ervan en tot bepaling van het maximumbedrag bedoeld in artikel 2, § 2, van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953

 

Paspoorten

          Artikelen 50-67 Consulair Wetboek van 21 december 2013

          Artikel 2 Ministerieel besluit van 19 april 2014 aangaande de afgifte van paspoorten

 

Rijbewijzen

               Koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs

               Ministerieel besluit van 20 juli 2005 tot bepaling van de betalingswijze van de retributies

 

Afgifte van bestuursdocumenten

          Artikel II. 31, tweede lid van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

Conformiteitsattesten

      Hoofdstuk 4 Besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

      Artikel 7-14 Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997

      Artikel 9 Besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen

 

Arbeidskaarten voor buitenlandse werknemers

          Artikel 8 Wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers

          KB van 2 april 2003 tot bepaling van de modaliteiten van indiening van de aanvragen en van aflevering van de arbeidskaart C

 

Omgevingsvergunningen

          Titel V Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid

          Titel IV, Hoofdstuk II Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009

          Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014

          BVR van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

          BVR van 16 juli 2010 tot bepaling van de handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is

          95

          BVR van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

          BVR van 10 februari 2017 tot wijziging van diverse besluiten naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning

 

 

 

 

Advies

De aanmaakprijzen voor identiteit- en verblijfskaarten worden jaarlijks op 1 januari automatisch herzien. De FOD Binnenlandse Zaken stelt de gemeente in kennis van de kostprijs van de verschillende kaarten naargelang van hun verschillende aanmaakprocedures.

De maximumkostprijs die de gemeente kan vorderen voor het afgeven van een identiteitsbewijs voor kinderen onder de twaalf jaar bedraagt 2 euro.

Als de gemeente een retributie vraagt voor de afgifte van identiteits- en verblijfsdocumenten, vereist het gelijkheidsbeginsel dat vreemdelingen en Belgische onderdanen hetzelfde bedrag betalen.

 

De maximale vergoeding die een gemeente kan vragen voor de afgifte van een conformiteitsattest werd vastgelegd door de Vlaamse Regering.

 

Het tarief voor de afgifte van omgevingsvergunningen kan gedifferentieerd worden op basis van de dossiersamenstelling. Als de gevraagde vergoeding als een retributie gekwalificeerd wordt, moet de nodige aandacht besteed worden aan het kostenaspect. Het bedrag van de een retributie moet in een redelijke verhouding staan tot de tegenprestatie van de gemeente.

 

Meldingsplichtige dossiers zijn per definitie meer eenvoudige dossiers voor de gemeente. De gevraagde vergoeding mag niet hoger zijn dan het tarief bij een eenvoudige dossiersamenstelling.

 

Wanneer een melding of aanvraag digitaal ingediend wordt, kan een lager tarief gevraagd worden. Voor de gemeente brengt een analoge aanvraag immers een bijkomende werklast mee

 

Argumentatie

De gemeente behoudt haar eigen appreciatierecht bij de vaststelling van een dergelijke retributie.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A1-1

Financiële gevolgen voorzien  2025A2-1 tot en met 2025A2-4

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-1

Financiële gevolgen voorzien  2025F2-1

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op administratieve stukken wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

18 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

2 stemmen tegen: Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit) en Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige en inning

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie geheven op de het afleveren van administratieve stukken.

 

De retributie is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die de aanvraag voor de administratieve prestatie schriftelijk of mondeling opvraagt.

De retributie wordt contant gevorderd bij de aanvraag.

 

Artikel 2 - Bedragen EiD, vreemdelingenkaarten (EVK), Kids-iD, visum- en verblijfsaanvragen

 

Vernieuwen of Diefstal - Elektronische ID-kaart voor Belgen en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen >12 jaar (normale procedure) (BZ1 en BZ9)

5 euro

Verlies - Elektronische ID-kaart voor Belgen en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen >12 jaar (normale procedure) (BZ1 en BZ9)

10 euro

Elektronische ID-kaart voor Belgen en kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen >12 jaar (dringende en zeer dringende procedure) (BZ2, BZ3, BZ10 en BZ11)

20 euro

Elektronische ID-kaart aan Belgische kinderen <12 jaar (normale, dringende en zeer dringende procedure) (BZ4 tem BZ8)

2 euro

Tweede elektronische ID-kaart voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar, gelijktijdig aangevraagd voor kinderen van eenzelfde gezin die op hetzelfde adres ingeschreven zijn

 

2 euro

 

Artikel 3 - Bedragen Paspoorten

Reispas of reisdocument (aflevering volgens normale procedure) (BZ14, BZ15, BZ)

5 euro

Reispas of reisdocument (aflevering volgens spoedprocedure) (BZ16, BZ17, BZ22, BZ23, BZ26, BZ27, BZ30, BZ31,BZ34,BZ35)

10 euro

 

Artikel 4 - Bedragen Rijbewijzen

Rijbewijs in bankkaartmodel (aflevering volgens normale procedure) (BZ18, BZ19, BZ20, BZ21, BZ24, BZ25, BZ28, BZ29,BZ32, BZ33)

5 euro

 

Artikel 5 - Bedragen afschriften en uittreksels uit registers van de burgerlijke stand

aangifte huwelijk of wettelijk samenwonen

25 euro

eenzijdig beëindigen wettelijk samenwonen

250 euro

Samenstelling van het administratief dossier inzake nationaliteit

30 euro

aanvragen duplicaat van PIN & PUK code

10 euro

 

 

Vrijstellingen

- Stukken die nodig zijn om te solliciteren naar een betrekking en die aangevraagd worden door werklozen, pas afgestudeerden en werkzoekenden die geen ander inkomen hebben dan het leefloon;

- Geldigverklaring van aanvraagformulieren voor reductiekaarten voor grote gezinnen, om sociale redenen.

 

Artikel 6 - Bedragen Conformiteitsattesten

De vergoeding voor de afgifte van de conformiteitsattesten voor huurwoningen bedraagt 62,50 euro. De vergoeding voor de afgifte van conformiteitsattesten voor kamerwoningen bedraagt 62,50 euro, verhoogd met 12,50 euro per kamer vanaf de zesde kamer. De totale vergoeding bedraagt nooit meer dan 1.250 euro. (zie reglement conformiteitsattesten)

 

 

Artikel 7 - Bedragen Verblijfstitels voor buitenlandse werknemers

Biometrische kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen van

derde landen (normale procedure) (BZ13)

5 euro

Biometrische kaarten en verblijfsdocumenten afgeleverd aan vreemde onderdanen van derde landen (dringende en zeer dringende procedure

20 euro

Afgifte van Model A (attest van Immatriculatie) (BZ12):

10 euro

Identiteitsbewijs voor vreemdelingen (kinderen tot <12 jaar) (normale procedure)(BZ8)

2 euro

 

Artikel 8 - Bedragen Omgevingsvergunningen

melding van een ingedeelde inrichting of activiteit

20 euro

melding voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen

 

20 euro

aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen of voor een ingedeelde inrichting of activiteit :

- gewone procedure

- vereenvoudigde procedure

 

 

 

 

 

60 euro

35 euro

aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden :

- met wegenis

- zonder wegenis

 

 

 

100 € per lot met een minimum van 300 €

100 € per lot met een minimum van 300 €

 

verzoek tot bijstelling van de milieuvoorwaarden

20 €

 

verzoek tot bijstelling van een verkavelingsvergunning

300 euro

melding van de overdracht van de vergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit

- volledige overdracht

- gedeeltelijke overdracht

 

 

 

 

60 euro

60 euro

 

Artikel 9- technische dienst

afleveren van een zwart-wit fotokopie (recto)

 

A4 formaat: 0,05 euro vanaf 20 kopies

A3 formaat : 0,10 euro vanaf 10 kopies

A2 formaat : 1 euro

A1 formaat : 2 euro

A0 formaat : 4 euro

 

afleveren van een kleuren fotokopie (recto)

 

A4 formaat: 0,15 euro vanaf 20 kopies

A3 formaat : 0,30 euro vanaf 10 kopies

A2 formaat : 2 euro

A1 formaat : 4 euro

A0 formaat : 8 euro

 

Artikel 10 - Indexatie van de bedragen

De bedragen van de retributie worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013),waarbij wordt afgerond tot op 0,05 euro.

 

Artikel 11 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 12 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 41 - Retributie verzoek tot wijzigen voornaam: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing 18 september 2018.

Het wijzigen van een voornaam diende voor 01/08/2018 te gebeuren via een aanvraag aan de overheidsdienst Justitie.

 

Feiten en context

Momenteel via FOD justitie is de kostprijs 49€ voor de verandering van belachelijke, hatelijke, … namen.

En 490€ voor een normale naam.

En het is aan de gemeente om te beoordelen of er een grondige reden is of niet.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

geen advies vereist

 

Argumentatie

Om te vermijden dat er stroom aan aanvragen binnenkomt die de dienst burgerzaken dient te verwerken, is het wenselijk minstens dezelfde tarieven als FOD justitie te hanteren.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A2-8

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op het verzoek tot wijzigen van een voornaam wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige en inning

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie geheven op verzoeken tot voornaamswijziging.

 

De retributie is verschuldigd door de persoon die een verzoek tot voornaamswijziging indient en dient betaald te worden bij het indienen van het verzoek.

De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

Artikel 2 - Tarieven

De retributie bedraagt  490,00 eur per verzoek tot voornaamswijziging.

De retributie bedraagt slechts 10% van het bovenvermelde tarief indien de voornaam die men wil veranderen:

-op zichzelf genomen of samengenomen met de naam belachelijk, hatelijk of ouderwets is

-vreemd klinkt

-tot verwarring kan leiden

-enkel verandert door de toevoeging of weglating van een leesteken of een teken waardoor de uitspraak wijzigt

-afgekort wordt

-veranderd wordt in het kader van een aanpassing van een geslachtsregistratie

De ambtenaar van de burgerlijke stand zal hierover oordelen.

 

Artikel 3 - Vrijstelling

Indien het verzoek wordt ingediend door een vreemdeling die de Belgische nationaliteit aanvraagt en niet over een voornaam beschikt, is er geen retributie verschuldigd.

 

Artikel 4- bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5- Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 42 - Retributie op as- en lijkbezorging van personen vreemd aan de gemeente: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing 20 februari 2018

 

Feiten en context

In 2002 werd de bevoegdheid voor de begraafplaatsen en de lijkbezorging aan de gewesten overgedragen (artikel 4 van de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen). In Vlaanderen werd die overdracht vertaald in het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging. Dat decreet regelt de inrichting van de gemeentelijke begraafplaatsen en de rol van de gemeenten bij de lijkbezorging van hun inwoners.

Voor het lijkenvervoer blijven artikel 15 van de wet van 20 juli 1971 en de wet van 28 januari 1975 van toepassing.

 

Juridische grond

      artikel 170, §4 van de Grondwet

      het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

      Artikel 15 Wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging

      Wet van 28 januari 1975 betreffende de gemeentebelastingen op het lijkenvervoer

      Decreet van 16 januari 2004 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging

      Omzendbrief BB 2006/03 van 10 maart 2006 betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en uitvoeringsbesluiten

 

Argumentatie

De financiële toestand vereist dat er een retributie op de as en lijkbezorging van personen vreemd aan de gemeente wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A2-5

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op as- en lijkbezorging van personen vreemd aan de gemeente wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige en inning

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie geheven op de as- en lijkbezorging van personen vreemd aan de gemeente.

 

De natuurlijke persoon die als laatst gekende verblijfplaats in het rijksregister een adres buiten Hemiksem heeft genoteerd, of diens erfgenaam die een aanvraag indient tot

- de begraving van al dan niet veraste stoffelijke overblijfselen;

- de bijzetting van veraste stoffelijke overblijfselen in een columbarium-urnenveld 

- de uitstrooiing van veraste stoffelijke lichamen

 

De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

Artikel 2 - Bedrag

De retributie wordt vastgesteld op 300 EURO per begraving, verstrooiing of bijzetting in een columbarium of urnenveld en is verschuldigd door de persoon die de begraving, uitstrooiing of bijzetting in een columbarium of urnenveld aanvraagt.

 

Artikel 3 - Vrijstelling

De retributie wordt niet geëist :

1)voor de begraving, de verstrooiing of bijzetting in een columbarium of urnenveld van voor het vaderland gevallen militairen of burgers.

2)Voor de begraving, verstrooiing of bijzetting in een columbarium of  unrnenveld van personen, gewezen inwoners van de gemeente, die hun woonplaats rechtstreeks hebben overgebracht naar een andere gemeente, met het oog op hun verzorging, hetzij in een instelling (woonzorgcentrum of serviceflat), hetzij bij familieleden. Elke aanvraag tot vrijstelling van belasting bij toepassing van dit punt zal door het college van burgemeester en schepenen beoordeeld worden. Elk dienstig bewijs ter zake wordt toegelaten.

 

Artikel 4 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5- Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 43 - Retributie op bestuurlijk aangehouden personen: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing 16 september 2014

 

Feiten en context

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Overeenkomstig artikel 90 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst op twee niveaus voor bepaalde opdrachten van bestuurlijke politiediensten (hierna ‘de WGP’) bestaat de mogelijkheid om bepaalde prestaties van bestuurlijke politie tegen betaling te laten aanvragen door particulieren. Het daarvoor vereiste uitvoeringsbesluit werd echter nog niet gepubliceerd. Bijgevolg bestaat er twijfel over de juridische rechtskracht van voormelde retributie.

 

De minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken bepaalde evenwel, laatst nog in de omzendbrief d.d. 21 november 2018 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2019 ten behoeve van de politiezones, dat in afwachting van de publicatie van het koninklijk besluit, artikel 90 van de WGP de bepalingen van het door de WGP opgeheven artikel 223bis van de Nieuwe Gemeentewet herneemt, krachtens hetwelk de individuele politieprestaties bepaald in de gemeenteraad konden worden doorgerekend aan personen en rechtspersonen.

 

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vereist dat er een retributie op bestuurlijk aangehouden personen wordt geheven.

 

Daarnaast veroorzaken deze personen ook overlast, waarvan de kosten voor de gemeente kunnen oplopen.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-3

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op bestuurlijk aangehouden personen  wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Bedrag

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie gevestigd op het vervoer met een politievoertuig van personen die door de lokale politie bestuurlijk aangehouden zijn op het grondgebied van de gemeente en gedragingen stelden die de levenskwaliteit en/of de omgevingskwaliteit van de inwoners kunnen beperken op een manier die de normale druk van het sociale leven overschrijdt.

 

De retributie wordt vastgesteld op een forfaitair bedrag van 75 euro per rit en per vervoerd persoon.

 

Artikel 2 - Algemeen

Als rit dient verstaan te worden het traject dat wordt afgelegd vanaf het uitrukken van het politievoertuig tot op het ogenblik dat de betrokkene op zijn eindbestemming is gebracht (politiecommissariaat, thuis, …).

 

Artikel 3 - Retributieplichtige

De retributie valt ten laste van de vervoerde persoon of in voorkomend geval, van de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon. Zij is verschuldigd vanaf het ogenblik dat de vervoerde persoon zijn eindbestemming bereikt heeft.

 

Artikel 4 - Inning

De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

Artikel 5 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 44 - Retributie op de begraafplaats: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

In 2002 werd de bevoegdheid voor de begraafplaatsen en de lijkbezorging aan de gewesten overgedragen (artikel 4 van de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen). In Vlaanderen werd die overdracht vertaald in het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging. Dat decreet regelt de inrichting van de gemeentelijke begraafplaatsen en de rol van de gemeenten bij de lijkbezorging van hun inwoners.

 

Juridische grond

•artikel 170, §4 van de Grondwet

•het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

•Artikel 15 Wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging

•Omzendbrief BB 2006/03 van 10 maart 2006 betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en uitvoeringsbesluiten

 

Argumentatie

De financiële toestand vereist dat er een retributie op de begraafplaats wordt geheven.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025A2-5

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op de begraafplaats wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Retributieplichtige

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 tot en  eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie geheven op de begraafplaats.

 

De natuurlijke persoon of diens erfgenaam die een aanvraag indient tot

- de begraving van al dan niet veraste stoffelijke overblijfselen;

- de bijzetting van veraste stoffelijke overblijfselen in een columbarium-urneveld 

- de verstrooiing van veraste stoffelijke lichamen

 

De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

Artikel 2 - Bedragen grafconcessies

Grafconcessies voor de duur van 30 jaar (zie reglement op de begraafplaats)

- vergunning voor 1 persoon , afmeting = 2,5m² = 600 EUR

- verlenging voor 20 jaar (totaal van de concessie komt dan op 50j): 400 euro

Voor personen vreemd aan de gemeente (minder dan 10jaar woonachtig in Hemiksem geweest zie artikel 6)  worden deze tarieven verdubbeld.

 

Artikel 3 - Bedragen Columbarium en urnenveld

§3.1 Concessies columbaria urnenveld

De concessies in het columbarium of urnenveld worden verleend voor de duur van 30 jaar aan :

500 EUR voor een nis voor 1 urne

750 EUR voor een nis voor 2 urnen.

 

Voor personen vreemd aan de gemeente worden deze tarieven verdubbeld (zie artikel 6).

De concessies in het columbarium of urnenveld verleend voor een periode van 10 jaar zijn kosteloos.

 

§3.2 Verplaatsingen

- Verplaatsing vanuit het urnenveld naar een as verstrooiing (na 10  j aar  of  beëindiging                             concessie): 200 euro

- Verplaatsing vanuit het urnenveld naar een andere plaats in het urnenveld: 250 euro

- Verplaatsing vanuit het columbarium naar een as verstrooiing (na 10jaar of beëindiging concessie): 150 euro

- Verplaatsing vanuit het columbarium naar een andere plaats in het columbarium: 250 euro

 

Artikel 4 - Verstrooiing bedragen naamplaatjes op herdenkingsmuur

Nabestaanden kunnen voor hun overleden familieleden, welke verstrooid werden, opteren voor een vermelding op de herdenkingsmuur. De retributie hiervoor bedraagt 50 EUR.

 

Artikel 5 - Bedragen afdekplaten voor columbarium en urnenveld

- Afdekplaat urnenveld: kostprijs 150 euro

- Afdekplaat columbariumconcessie: 120 EUR

 

Artikel 6 - Personen vreemd aan de gemeente

Als inwoner vreemd aan de gemeente wordt, voor de toepassing van dit retributiereglement,  beschouwd elke persoon die niet minstens tien jaar was ingeschreven in de bevolkingsregisters van Hemiksem. Inwoners die gedurende 10 jaar van hun leven in Hemiksem zijn gedomicilieerd hebben ook bijgedragen aan de algemene financiering en onderhoud van de begraafplaats.

 

Artikel 7- Indexatie van de bedragen

De bedragen van de retributie worden jaarlijks geïndexeerd vanaf 01/01/2021, hiervoor zal als basis gebruik gemaakt worden van de consumptieprijs index november 2019 (basis 2013). Elke index aanpassing zal  ertoe leiden dat het verschuldigde bedrag steeds afgerond wordt naar de dichtstbijzijnde 0,05 euro.

 

Artikel 8 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 9- Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 45 - Retributie op de binnenkoer abdij: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Voor deze dienstverlening wordt een retributie gevraagd.

 

Argumentatie

niet van toepassing

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025E1-17

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. De retributie op het verhuren van de binnekoer van de abdij wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en die eindigt op 31.12.2025 een retributie gevestigd op de terbeschikkingstelling van de binnenkoer van de Sint-Bernardusabdij.

 

Artikel 2

De retributie is verschuldigd door de aanvrager en wordt ingevorderd per factuur.

 

Artikel 3

De retributie wordt als volgt vastgesteld :

A : gemeentelijke raden en diensten en scholen gevestigd in Hemiksem.

B : organisaties aangesloten bij de Hemiksemse raden + verenigingen van filosofische of politieke aard

-B1 : voor activiteiten waarbij inkom wordt gevraagd

-B2 : voor activiteiten waarbij inkom gratis is

-B3 : voor repetities

C : alle gevallen buiten A & B voor gebruikers van Hemiksem

D : dienstverlenende, socio-culturele en liefdadigheidsverenigingen van buiten de gemeente Hemiksem

-D1 : voor activiteiten waarbij inkom wordt gevraagd

-D2 : voor activiteiten waarbij de inkom gratis is

-D3 : voor repetities

E : alle gevallen van buiten de gemeente Hemiksem die niet bij D horen

 

De retributieprijs wordt per dag vastgesteld.Volgende prijzen worden per categorie gehanteerd:

A   : gratis + energiekosten

B1 : 125 euro + energiekosten

B2 : 75 euro + energiekosten

B3 : 15 euro + energiekosten 

C   : 190 euro + energiekosten

D1 : 375 euro + energiekosten

D2 : 250 euro + energiekosten

D3 : 50 euro + energiekosten

E    : 500 euro + energiekosten + 5 % op elk verkocht toegangsticket

 

In deze prijs zijn begrepen:

-de toegang tot de binnenkoer, de aanpalende ruimte en gang, de dag voor en na de activiteit voor het opstellen en weghalen van materiaal

-het normaal onderhoud van de binnenkoer, de aanpalende ruimte en gang.

 

Artikel 4

De retributie moet betaald worden bij het verkrijgen van de vergunning voor het gebruik van de infrastructuur. Op datzelfde moment moet ook een waarborg van 400 EUR gestort worden voor het correct nakomen van de reglementering.

 

Artikel 5 - bezwaar

De retributieschudige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 6 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 46 - Gebruikersreglement gebruik van diverse zalen en locaties in Hemiksem

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij het gebruikersreglement voor locaties in gemeentelijke gebouwen voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het is nodig een gebruikersreglement goed te keuren voor verhuur locaties in gemeentelijke gebouwen.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Het is nodig een gebruikersreglement goed te keuren voor verhuur locaties in gemeentelijke gebouwen.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een gebruikersreglement goed te keuren voor verhuur locaties in gemeentelijke gebouwen.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

een gebruikersreglement goed te keuren voor gebruik van diverse zalen en locaties in Hemiksem.

 

Artikel 2

GEBRUIKERSREGLEMENT

 

Infrastructuur

Gemeente Hemiksem

 

Scheldezaal

Zaal boven bibliotheek

1e verdieping centrale gang Administratief Centrum

Gelijkvloerse gang in Depot Deluxe

Turnzaal Regenboogschool

 

 

INHOUD

 

Art. 1

Infrastructuur

 

Art. 2Reservatie

Art. 3Oneigenlijk gebruik

Art. 4Annulatie

Art. 5Tarieven

Art. 6Gebruiksmodaliteiten

Art. 7Veiligheidsmaatregelen

Art. 8Schade en verzekeringen

Art. 9Verantwoordelijkheid

Art. 10Uren

Art. 11Dranken

Art. 12Opkuis

Art. 13Uitvoering en betwisting

 

ART.1Infrastructuur

 

Het gemeentebestuur stelt tegen betaling van een gebruiksvergoeding de volgende infrastructuur ter beschikking:

Locaties

huren locaties voor professionele filmopnames

 

Zalen

Scheldezaal

Zaal boven bibliotheek

1e verdieping centrale gang Administratief Centrum

Gelijkvloerse gang in Depot Deluxe

Turnzaal Regenboogschool

 

ART.2Reservatie

 

Artikel 2.1

Men kan van de locaties gebruikt maken door middel van een schriftelijke aanvraag op de daarvoor bestemde voorgedrukte formulieren. Deze zijn te downloaden op de gemeentelijke website (www.hemiksem.be).

 

De aanvraag dient gericht te worden bij het secretariaat van het gemeentebestuur.

 

De sleutels / badge  dienen afgehaald te worden bij de zaalverantwoordelijke of betrokken dienst.

 

Voor de Scheldezaal, 1e verdieping centrale gang Administratief Centrum is dit bij het onthaal van het Administratief Centrum te verkrijgen.

 

Voor de zaal van de bib kan u aan de balie van de bibliotheek terecht.

Voor de turnzaal van de Regenboogschool kan u bij het secretariaat van de school terecht.

 

De aanvraag dient ten minste 1 maand vóór de activiteit te gebeuren en kan ten vroegste 1 jaar op voorhand gebeuren. Elk gebruik is afhankelijk van de beschikbaarheid van de infrastructuur.

 

Activiteiten georganiseerd door de gemeentelijke diensten krijgen, mits tijdige vastlegging, voorrang op eender welke activiteit.

 

 

Artikel 2.2

De gebruiksvergoeding dienen via een overschrijving te worden betaald na ontvangst van de factuur. Reserveringen zijn pas definitief op het ogenblik dat de factuur is betaald. Bij laattijdige betaling vervalt de aanvraag.

 

 

 

ART.3Oneigenlijk gebruik

 

Artikel 3.1

De gebruiker mag de lokalen en/of installaties alleen gebruiken voor de activiteit en voor het dagdeel (of de dagdelen) waarvoor ze aangevraagd werden. Er mag geenszins onderverhuurd worden. De gebruiker is gebonden aan de hem toegestane tijd en kan enkel mits voorafgaande toestemming aanspraak maken op een verlenging.

 

Artikel 3.2

Onder geen enkel voorwendsel is het toegelaten andere lokalen te gebruiken dan het toegewezen lokaal.

 

 

 

ART.4Annulatie

 

Artikel 4.1

Een reservatie kan geannuleerd worden tot ten laatste 1 maand voor het gebruik ervan.

Het niet tijdig annuleren heeft tot gevolg dat er geen terugbetaling kan gebeuren.

 

Artikel 4.2

Het college van burgemeester en schepenen heeft het recht te beslissen om bepaalde activiteiten al dan niet toe te staan. Daarenboven behoudt het lokaal bestuur het recht om in uitzonderlijke gevallen de toegestane aanvragen te annuleren, mits terugbetaling van de betaalde vergoeding en zonder recht op enige schadevergoeding. Het college zal de wijziging of intrekking van een verleende toestemming motiveren.

 

ART.5Tarieven

 

De tarieven en categorieën kan je terugvinden in het retributiereglement voor het gebruik van diverse zalen en locaties in Hemiksem: 2020 - 2025.

 

 

ART.6Gebruiksmodaliteiten

 

Artikel 6.1

 

De gebruiker zal er voor zorgen dat hij na de activiteit de sleutels/ badge  zo vlug mogelijk terugbezorgt aan de zaalverantwoordelijke (zie art. 2.1).

 

Artikel 6.2

Alle lokalen en het aanwezig materiaal dienen in hun oorspronkelijke staat, ordelijk, proper en op hun oorspronkelijke plaats te worden achtergelaten. Bij het verlaten van het gebouw dient de gebruiker volgende punten te controleren:

-lichten uit in alle lokalen, alsook in de toiletten, traphal, inkomhal, e.d.

-geen achterblijvers in het gebouw

-alle ramen en deuren gesloten.

 

Zowel het opbouwen als het opruimen van materieel eigen aan de vereniging of organisatie moet gebeuren binnen de aangevraagde periode, zo niet, kan aan de gebruiker voor elk bijkomend dagdeel de gebruiksvergoeding aangerekend worden. Verwaarlozing van deze verplichting kan eveneens tot gevolg hebben dat het materieel wordt verwijderd op kosten van de gebruiker.

 

Extra diensten die het gevolg zijn van slechte verzorging door de gebruiker, worden aan de gebruiker aangerekend volgens het tarief voor werken voor derden.

 

Artikel 6.3

Het is strikt verboden iets aan de muren, plafonds, vloeren, kasten en dergelijke te bevestigen met (duim)spijkers, kleefband of enig ander materiaal waardoor de infrastructuur beschadigd kan worden.

 

 

Artikel 6.4

Werknemers van het gemeentebestuur / bibliotheek / Academie mogen ten allen tijde, toezicht uitoefenen in de desbetreffende gehuurde locatie.

 

 

ART.7Veiligheidsmaatregelen

 

Artikel 7.1

De organisator van de activiteiten stelt alles in het werk om de veiligheid van de bezoekers te garanderen. De in- en uitgangen, nooddeuren en vluchtwegen mogen in geen enkel geval op slot zijn of versperd worden door een obstakel van welke aard ook. Noch de kasten met brandhaspels, noch enig ander veiligheidsmateriaal mag bedekt of versperd zijn. De gebruiker informeert zich over de werking van de brandhaspels en de poederblusapparaten.

 

Artikel 7.2

Gemakkelijk brandbare materialen mogen niet voor versiering aangewend worden.

Eventuele versiering van wanden moet zodanig zijn aangebracht dat de mogelijkheid niet bestaat dat vuil, afval en dergelijke in of achter de versiering worden verzameld.

 

Artikel 7.3

De trappen, gangen en deuren, evenals de wegen die er naartoe leiden, hierna met de term

"uitgang" aangeduid, moeten een snelle en gemakkelijke ontruiming van de zaal mogelijk maken.

Het is verboden om het even welke voorwerpen die de doorgang kunnen belemmeren of de vrije breedte van de uitgangen kunnen verminderen, in de uitgangen te plaatsen of te laten plaatsen.

 

Artikel 7.4

In de zalen waar een rookverbod geldt dient dit verbod strikt nageleefd te worden.

 

Artikel 7.5

Gebruikers die niet op de hoogte zijn van de werking van de technische installaties in de zaal, dienen zich vooraf te laten inlichten door de technische dienst van de gemeente waar de infrastructuur zich bevindt. Voor aansluiting van elektrische installaties met een groot stroomverbruik dient men eveneens de technische dienst te raadplegen.

 

Artikel 7.6

Alleen elektriciteit is toegelaten als kunstmatige verlichtingsbron.

 

Artikel 7.7

In zalen waar een noodverlichting voorzien is, mag deze in geen geval uitgeschakeld worden.

 

Artikel 7.8

Onverminderd de voorschriften van onderhavige verordening, neemt de gebruiker de nodige maatregelen door de omstandigheden aangewezen, om :

-brand te voorkomen.

-ieder begin van brand snel en doeltreffend te bestrijden.

-in geval van brand, een veilige en snelle ontruiming van de aanwezige personen te verzekeren en de hulp van de brandweerdienst onmiddellijk in te roepen.

 

Artikel 7.9

De gebruiker dient alle wetten en reglementen in verband met openbare orde, rust en

veiligheid te eerbiedigen en dient eventuele richtlijnen van politie en/of brandweer onmiddellijk op te volgen.

 

Indien een gebruiker de veiligheidsregels niet naleeft, zal de activiteit worden stopgezet. Daarvoor kan geen schadevergoeding geëist worden.

 

 

ART.8Schade en verzekering

 

Artikel 8.1

De gebruiker, vertegenwoordigd door de persoon die het reservatieformulier ondertekende, is aansprakelijk voor alle schade die tijdens de gebruiksperiode aangericht wordt. Het betreft zowel de schade die door de gebruiker zelf wordt aangericht, alsook deze die door de deelnemers aan de door hen georganiseerde activiteiten wordt aangericht. Deze schade wordt geraamd door het gemeentebestuur en dient integraal vergoed te worden wanneer daar om wordt verzocht. Indien de gebruiker de schade niet betaalt, wordt de organisatie uitgesloten van gebruik tot de schade is vergoed. Indien de gebruiker gebreken of schade opmerkt of indien hij/zij de lokalen niet proper aantreft, dient hij/zij dit vóór de activiteit onverwijld te melden aan de zaalverantwoordelijke (zie art. 2.1). Zoniet, wordt ervan uitgegaan dat de gebruiker de zaal in goede staat heeft gevonden.

 

Artikel 8.2

Het lokaal bestuur wijst alle verantwoordelijkheid af voor om het even welk ongeval of schade opgelopen door de gebruikers. Het lokaal bestuur r en het gemeentelijk personeel zijn evenmin verantwoordelijk voor verdwenen voorwerpen of voor schade aan achtergelaten apparaten, goederen en uitrusting van gebruikers.

 

Artikel 8.3

De gebruiker blijft ten allen tijde aansprakelijk voor de uitvoering van zijn activiteiten. De gebruiker zal daarvoor zijn burgerlijke en contractuele aansprakelijkheid verzekeren.

 

De gebruiker blijft daarboven ook ten allen tijde aansprakelijk voor schade aan diens eigen materiaal. De gebruiker verbindt er zich toe zelf een brandverzekering voor zijn eigen materiaal af te sluiten met een afstand van verhaal t.o.v. de eigenaar, het geval van kwaadwilligheid uitgesloten.

 

Artikel 8.4

In het geval van een tentoonstelling kan het lokaal bestuur niet verantwoordelijk gesteld worden voor schade of diefstal van tentoongestelde voorwerpen. Het staat de gebruiker vrij voor het risico van tentoongestelde werken een verzekering af te sluiten. De organisator is dus zelf verantwoordelijk voor de tentoongestelde voorwerpen. Voor meer info in verband met een verzekering kan men terecht bij de reservatieverantwoordelijke.

 

ART.9Verantwoordelijkheid

 

Artikel 9.1

 

Alle belastingen, taksen en rechten, die uit de ingerichte activiteiten voortvloeien, vallen volledig ten laste van de gebruikers. De gebruikers dienen alle wetten, reglementen en voorschriften na te leven die gelden voor de door hen ingerichte activiteiten. (bv. Sabam, ,leeftijdsgrens ...)

Billijke vergoeding

Het recht van de billijke vergoeding voor zalen in het Administratief Centrum wordt geregeld door het lokaal bestuur.

 

Artikel 9.2

Alle bijeenkomsten, manifestaties en voorstellingen die plaatsvinden in de infrastructuur mogen, in de ruimste zin van de betekenis, niet hinderlijk of schadelijk zijn voor derden of voor de openbare orde. Elke gebruiker is volledig verantwoordelijk voor zijn activiteit (inhoud, organisatie, deelnemers,…). De gebruiker moet voldoen aan alle wettelijke voorschriften en verplichtingen met betrekking tot het organiseren van de activiteit die hij/zij organiseert.

 

ART.10Uren

 

De gebruiker van de gelijkvloerse gang in Depot Deluxe moet zich schikken naar de vastgelegde uren van de zaal. Voor alle andere locaties zal men in samenspraak het begin- en einduur bepalen.

 

ART.11Dranken

 

Alle dranken in het Administratief Centrum en Depot Deluxe moet men  verplicht af nemen van de brouwer die verantwoordelijk is voor de zalen. Men moet zelf bij de brouwer bestellen en eventueel afhalen.

 

ART.12Opkuis

 

Na afloop van de activiteit dienen alle  gebruikte ruimtes onmiddellijk ontruimd en gekuist worden.

 

Onder opkuis wordt op zijn minst verstaan:

-alles terugzetten op zijn plaats

-tafels en stoelen opruimen en met water afkuisen

-alle afval sorteren in de daartoe behorende vuilniszakken en daarna de vuilniszakken in de afvalcontainer deponeren

-vloerschoonvegen(de effectieve schoonmaak gebeurt door het gemeentepersoneel).

 

ART.13Uitvoering en betwisting

 

Door het reservatieformulier te ondertekenen en te bezorgen aan het secretariaat van het Administratief Centrum, verklaart de gebruiker zich akkoord met dit reglement.

 

 

Uitzonderingen op dit reglement dienen steeds schriftelijk te worden aangevraagd.

Het lokaal bestuur kan nooit aansprakelijk gesteld worden, ook niet na ingebrekestelling, indien zij door overmacht, niet juist of te laat betrokken lokalen ter beschikking van de gebruiker stelt.

Dit reglement kan ten allen tijde door het  college van burgemeester en schepenen gewijzigd worden.

 

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 47 - Retributie op het gebruik van diverse zalen en locaties in Hemiksem: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

In het verleden bestond er enkel een retributie reglement voor het gebruik van de binnen koer van de abdij.  Aangezien ook voor diverse andere zalen en locaties regelmatig aanvragen binnenkomen, is het wenselijk deze mee op te nemen in een uitgebreider retributie reglement.

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

•artikel 170, §4 van de Grondwet

•het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

niet van toepassing

 

Argumentatie

Aangezien ook voor diverse andere zalen en locaties regelmatig aanvragen binnenkomen, is het wenselijk deze mee op te nemen in een uitgebreider retributie reglement.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025E1-17

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van diverse zalen en locaties wordt verder uitgewerkt en verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - retributieplichtige en inning

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en die eindigt op 31.12.2025 een retributie gevestigd op het gebruik van diverse zalen en locaties in Hemiksem.

 

De retributie is verschuldigd door de aanvrager. De retributie wordt ingevorderd via factuur.

 

Categorie A:

Gemeentelijke diensten, adviesraden, ivebica en scholen uit Hemiksem.

GRATIS

 

Categorie B:

Door de gemeentelijke adviesraden erkende verenigingen uit Hemiksem: 50% korting op de tarieven vermeld in artikel 2

 

Categorie C:

alle andere aanvragers

 

Artikel 2 - Beschikbare zalen en locaties

Locaties

huren locaties voor professionele filmopnames: 250 euro per dag

Deze zaal kan door alle categorieën gehuurd worden.

 

Zalen

Scheldezaal: 100 euro per dag + 20 euro verwarming per dag (indien nodig)

Deze zaal kan enkel aangevraagd worden door categorie A en B.

 

zaal boven bibliotheek: 10 euro per dag + 5 euro verwarming per dag (indien nodig)

Deze zaal kan door alle categorieën gehuurd worden.

 

1e verdieping centrale gang Administratief Centrum: 30 euro per dag  (geen verwarming mogelijk)

Deze zaal kan enkel aangevraagd worden door categorie A en B.

 

Gelijkvloerse gang in Depot Deluxe: 30 euro per dag (geen verwarming mogelijk)

Deze zaal kan enkel aangevraagd worden door categorie A en B.

 

Turnzaal Regenboogschool: 100 euro per dag (geen verwarming mogelijk)

Deze zaal kan enkel aangevraagd worden door categorie A en B.

 

Artikel 3 - Modaliteiten

Deze aanvraag gebeurt schriftelijk, ten minste één maand voor de gevraagde datum en vermeldt : titel, datum, aanvangsuur, vermoedelijke duur, aard en verloop van de activiteiten, de eventuele toegangsprijs en de naam en het adres van de verantwoordelijke voor de inrichting

Elke retributieplichtige is zelf verantwoordelijk voor het afsluiten van de noodzakelijke verzekeringen.

 

Artikel 4 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 48 - Retributiereglement gebruik zalen Depot Deluxe: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Op 18 maart 2019 heeft de gemeenteraad besloten het AGB hemiksem te ontbinden, de retributiereglementen worden overgenomen naar de gemeente.

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

Voor deze dienstverlening wordt een retributie gevraagd.

 

Argumentatie

niet van toepassing

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025C1-5

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het gebruik van de zalen van Depot Deluxe wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

19 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

1 onthouding: Birgit De bondt (OPEN VLD)

 

Artikel 1 Algemeen

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie gevestigd op het gebruik van depot deluxe als volgt:

 

Artikel 2 - Terbeschikkingstelling feestzaal + foyer

 

Artikel 2.1. Activiteiten MET versterkte muziek na 23u

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, Ivebica of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

40 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

235 euro(inclusief energiekosten)

 

Artikel 2.2. Overige activiteiten

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, Ivebica  of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

40 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

135 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie C

Alle gebruikers uit Hemiksem die niet onder categorie A en B vallen.

335 euro (inclusief energiekosten)

Categorie D

Niet-commerciële organisaties en private gebruikers van buiten de gemeente Hemiksem

635 euro  (inclusief energiekosten)

 

Artikel 2.3. Extra dagen

Indien er wordt afgeweken van het voorgestelde aantal dagen voorzien in het gebruiksreglement, wordt een bijkomende kost van 30 euro per dag aangerekend in het kader van de terbeschikkingsstellingsvergoeding.

 

 

 

 

 

 

Artikel 3 - Terbeschikkingstelling foyer

 

Artikel 3.1 Activiteiten met versterkte muziek na 23u.

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, IveBiC of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

25 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

110 euro  (inclusief energiekosten)

 

Artikel 3.2. Overige activiteiten

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, IveBiC of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

25 euro  (inclusief energiekosten)

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

85 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie C

Alle gebruikers uit Hemiksem die niet onder categorie A en B vallen.

135 euro (inclusief energiekosten)

 

Categorie D

Niet-commerciële organisaties en private gebruikers van buiten de gemeente Hemiksem

310 euro (inclusief energiekosten)

 

 

Artikel 3.3. Extra dagen

Indien er wordt afgeweken van het voorgestelde aantal dagen voorzien in het gebruiksreglement, wordt een bijkomende kost van 30 euro per dag aangerekend in het kader van de terbeschikkingsstellingsvergoeding.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel 4 - Terbeschikkingstelling polyvalente zaal

 

Wanneer de polyvalente zaal ter beschikking van een organisatie wordt gesteld, wordt het onderscheid gemaakt tussen enerzijds sportactiviteiten en anderzijds activiteiten van een andere aard. Sportactiviteiten hebben voorrang voor deze ruimte.

 

Artikel 4.1. Tarieven voor sportactiviteiten

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, IveBiC of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00:

3,50 euro  / begonnen uur

Daluren: weekdagen tot 18u00:

2,50 euro / begonnen uur

 

Sportactiviteiten voor jeugd (tot 15 jaar) vallen steeds onder het daltarief, analoog aan de reglementen die de terbeschikkingstelling van het gemeentelijk sportcentrum regelen.

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00:

3,50 euro  / begonnen uur

Daluren: weekdagen tot 18u00:

2,50 euro  / begonnen uur

 

Sportactiviteiten voor jeugd (tot 15 jaar) vallen steeds onder het daltarief, analoog aan de reglementen die de terbeschikkingstelling van het gemeentelijk sportcentrum regelen.

 

Categorie C

Alle gebruikers uit Hemiksem die niet onder categorie A en B vallen.

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00:

15 euro  / begonnen uur

Daluren: weekdagen tot 18u00:

7,5 euro  / begonnen uur

 

Categorie D

Gebruikers van buiten de gemeente Hemiksem.

 

Piekuren: zaterdag, zondag, feestdagen en weekdagen vanaf 18u00:

15 euro  / begonnen uur

Daluren: weekdagen tot 18u00:

7,5 euro / begonnen uur

Artikel 4.2. Tarieven voor andere activiteiten

 

De polyvalente zaal kan, na goedkeuring van de gemeente Hemiksem, ook ter beschikking gesteld worden voor andere activiteiten wanneer deze een aanvulling vormen op de terbeschikkingstelling van de feestzaal en foyer (bijvoorbeeld als backstageruimte voor artiesten, omkleedruimte, vestiaire, …). Een terbeschikkingstelling van de polyvalante zaal is enkel mogelijk in combinatie met de terbeschikkingstelling van de feestzaal en foyer. Bij een aanvraag zal de gemeente Hemiksem de duurtijd van deze terbeschikkingstelling bepalen, in samenspraak met de hoofdgebruiker van de polyvalente zaal op dat ogenblik.

 

Tarief ter beschikkingstelling: € 100 per dag.

 

Artikel 4.3. Tarieven opslagfaciliteiten bijruimte

 

De bijruimte aanpalend aan de sportzaal is vrij toegankelijk voor iedereen die recht heeft op toegang tot de polyvalente zaal.

 

De mogelijkheid is voorzien tot het gebruik maken van :

 

2 opbergkasten

1 koelkast

Gemeenschappelijke toog

Gemeenschappelijke glazen

Gemeenschappelijk materiaal voor afwas

 

Deze opslagfaciliteiten zijn echter beperkt voorhanden, en worden ter beschikking gesteld op basis van beschikbaarheid. Deze terbeschikkingstelling zal worden aangerekend vanaf het ogenblik dat deze ruimte door de gemeente volledig wordt opgeleverd.

 

Tarief: €50 /jaar

 

Artikel 5 - Terbeschikkingstelling vergaderzaal

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, IveBiC of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

5 euro          

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

10 euro

 

Categorie C

Alle gebruikers uit Hemiksem die niet onder categorie A en B vallen.

20 euro

 

Categorie D

Gebruikers van buiten de gemeente Hemiksem

40 euro 

De terbeschikkingstellingsvergoeding voor de lokalen wordt vastgesteld voor een periode van 4 uur. Voor periodes langer dan 8 uur zal een bijkomende forfaitaire prijs van €40 per dag aangerekend worden.

 

 

Artikel 6 - Terbeschikkingstelling opslagruimte voor verenigingen

 

Artikel 6.1. Tarieven

 

Categorie A

Raden van de gemeente Hemiksem, vereniging van gemeentepersoneel van de gemeente Hemiksem, liefdadigheidsinstellingen, IveBiC of de Academie voor Muziek en Woord Hemiksem wanneer zij een activiteit organiseert waarvoor geen inkom wordt gevraagd.

€0,25 per m² per maand           

 

Categorie B

Organisaties uit Hemiksem aangesloten bij of erkend door de Hemiksemse raden, dienstverlenende organisaties uit Hemiksem en Hemiksemse organisaties van filosofische of politieke aard.

€0,25 per m² per maand                     

 

Categorie C

Alle gebruikers uit Hemiksem die niet onder categorie A en B vallen.

€0,25 per m² per maand              

 

Deze vergoeding dient jaarlijks betaald te worden.

 

Deze opslagfaciliteiten zijn beperkt voorhanden, en worden ter beschikking gesteld op basis van beschikbaarheid

 

Artikel 6.2. Termijn en opzeg

 

De terbeschikkingstellingovereenkomst wordt afgesloten voor onbepaalde duur en vangt aan op een door beide partijen overeengekomen datum (steeds de eerste dag van een maand).

 

De gemeente Hemiksem, om redenen van algemeen belang, en de gebruiker kunnen de overeenkomst ten allen tijde opzeggen bij aangetekend schrijven met inachtneming van een opzeggingstermijn van 6 maanden.

 

De gemeente Hemiksem en de gebruiker kunnen evenwel op elk ogenblik en met onderling akkoord de overeenkomst onmiddellijk beëindigen zonder enige opzeggingstermijn. De terbeschikkingstellingsvergoeding wordt terugbetaald voor de maanden die vallen na het aflopen van de overeenkomst.

 

Indien één van de partijen de verplichtingen opgenomen in de overeenkomst niet naleeft, zal de andere partij het recht hebben na het versturen van één aanmaning de ontbinding van de overeenkomst te vorderen. Een opzeggingsvergoeding is niet verschuldigd.

 

 

Artikel 7 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 8 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 49 - Retributiereglement Uitleendiensten: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De 3 voormalige uitleendiensten (gemeente, dienstencentrum en jeugdraad), werden herleid naar 1 uitleendienst binnen de gemeente Hemiksem.

 

Feiten en context

De uitleendiensten werden allemaal individueel door de vrijetijdsdienst administratief beheert. Om dit voor de gebruiker gebruikersvriendelijker te maken en te voldoen aan de eisen van het nieuwe programma, werd alles herleid worden tot 1uitleendienst beheert door de gemeente en administratief opgevolgd door de vrijetijdsdienst.

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

geen

 

Argumentatie

Voor de aangeboden dienstverlening van de uitleendienst dient een retributie door de gebruiker te worden betaald.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien 2025C2-4

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode.

De retributie op het verhuren van materiaal wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - Algemeen

Voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 wordt een retributie gevestigd op het ontlenen van materiaal via de uitleendienst.

 

Artikel 2 - Categoriën

Materiaal kan ontleend worden door:

CAT 1. Verenigingen van Hemiksem , organisatoren van buurtfeesten en evenementen

 

CAT 2. Handelaars / bedrijven (Hemiksem), levering mogelijk

 

CAT 3. . Vereniging van buiten de gemeente / privé gebruikers - levering niet mogelijk -

behalve voor het springkasteel en ballenbad

opm: CAT 3 kan geen materiaal ontlenen dat aangeboden worden in artikel 11,  deel 1

 

CAT 4. gemeentelijke Hemiksemse diensten, dienstverlenende organisaties (Hemiksem), personeel in dienstverband van het lokaal bestuur Hemiksem

Opm: levering niet mogelijk voor personeel in dienstverband (enkel zelf afhalen)

 

CAT 5. Jeugdbewegingen aangesloten bij de jeugraad van Hemiksem

 

Artikel 3 - Registratie

Elke ontlener moet zich registreren via het reservatie programma dat u op www.vrijetijdsdiensthemiksem.be kan vinden. De volledige uitleg over te volgen procedure kan u daar vinden. Na validatie van uw registratie kan u een reservatie plaatsen.

 

Artikel 4 - Reservering

Het reserveren van materiaal kan ten vroegste 12 maanden voor de datum van de activiteit. De aanvraag moeten minstens 3 weken op voorhand gebeuren. Indien reservaties op minder dan 3 weken voor het evenement worden aangevraagd, is de levering niet gegarandeerd.

• Tenzij anders vermeld geldt het uitleen tarief voor een periode van de laatste werkdag voor de dag van activiteit tot de eerste werkdag na de dag van de activiteit, met een totaal van maximum vier dagen. Wil men het materiaal langer huren kan men een extra periodes van maximum vier dagen aanvragen.

• De ontlener moet een realistische schatting maken van het benodigde materiaal.

 

Artikel 5 - Levering

Levering: Wanneer er een levering door het gemeente magazijn dient te gebeuren moet de huurder minstens een week voor levering contact op te nemen met het gemeente magazijn. Dit om een concreet tijdstip en plaats van levering / afhalen van het materiaal af te spreken.

De ontlener zorgt er voor dat het materiaal terug klaar staat zoals het aangeboden werd op het afgesproken tijdstip. Het is materiaal gereinigd, verzameld, gesorteerd en op de goed toegankelijke plaats van oorspronkelijke levering klaar gezet.

 

Afhalen: Wanneer de ontlener zelf het materiaal komt afhalen biedt deze zich met de reservatie mail aan bij de desbetreffende dienst (vrijetijdsdienst, gemeente magazijn, dienstencentrum) op de afhaaldag en binnen de voorziene openingsuren. Het kan zijn dat materiaal op verschillende plaatsen moet opgehaald worden. (zie bevestigingsmail)

De ontlener dient het materiaal terug in te leveren op de afgesproken dag bij de desbetreffende dienst binnen de voorziene openingsuren.

 

Eventuele ontstane beschadigingen moeten spontaan gemeld worden bij ophaling of teruggave.

Artikel 6 - Voorwaarden

De ontlener kan een reservatie annuleren per mail aan de vrijetijdsdienst. (contactgegevens zie website)

• Bij  annulatie:  binnen  de  5  dagen  voor  de  afgesproken afhaaldag blijft 100% van het                             ontleen bedrag van de geannuleerde goederen verschuldigd

• Bij annulatie: binnen de 10 dagen voor de afgesproken afhaaldag blijft 50% van het ontleenbedrag van de geannuleerde goederen verschuldigd

• Bij annulatie: langer dan 10• Bij annulatie: binnen de 5 dagen voor de afgesproken afhaaldag blijft 100% van het ontleenbedrag van de geannuleerde goederen verschuldigd

• Bij annulatie: binnen de 10 dagen voor de afgesproken afhaaldag blijft 50% van het ontleenbedrag van de geannuleerde goederen verschuldigd

• Bij annulatie: langer dan 10 dagen voor de afgesproken afhaaldag betaal je geen annulatiekosten

 

Artikel 7 - Betaling

De retributie moet betaald worden binnen de 7 dagen na ontvangst van de factuur. Ontleners die nog openstaande facturen hebben, kunnen geen aanspraak maken op het gebruik van materiaal.

• De aanvraag is pas definitief na goedkeuring en na storting van het volledige ontleenbedrag. Bij afhaling van het materiaal moet een bewijs van betaling kunnen voorgelegd worden.

 

Artikel 8 - Beschadigingen

In geval van beschadiging of het onzuiver achterlaten van het materiaal zal de kostprijs van de vervanging of reiniging (werkuren) van het materiaal aangerekend worden.

• Uiterlijk 4 werkdagen na dat het ontleende materiaal terug is zal de ontlener op de hoogte gebracht worden als er ontbrekende stukken of vuil materiaal is. De ontlener moet dan binnen de 24u laten weten of ze het desbetreffende materiaal zelf terugbrengen / komen reinigen.

      • Wanneer men het materiaal later terug brengt / beschikbaar stelt voor ophalen dan de

aangevraagde periode betaalt men een boete per dag per ontleend stuk gelijk aan de huurprijs.

 

Artikel 9 - Modaliteiten

Elke gebruiker controleert het materiaal bij de afhaling of levering. Alle beschadigingen/opmerkingen dienen ook dan ook binnen de 24u gemeld te worden bij de vrijetijdsdienst. Elke klacht achteraf wordt geweigerd.

• Indien de ontlener niet aanwezig is bij aflevering wordt de levering toch uitgevoerd. In dat geval aanvaardt de ontlener stilzwijgend de levering, welke geacht wordt in goede staat te zijn en juist in aantal. Mits voorafgaande afspraak met de ontlener kan de levering op privéterrein gebeuren (bv oprit).

 

Artikel 10 - Aansprakelijkheid

• De gemeente Hemiksem kan niet aansprakelijk gesteld worden wanneer het beloofde materiaal door overmacht niet ter beschikking kan gesteld worden of voor eventuele nadelige gevolgen als de levering en/of de plaatsing niet geheel beantwoordt aan de aanvraag.

• De gemeente Hemiksem kan steeds een aanvraag weigeren. Ook tijdens de uitleenperiode kan, bij misbruik van het ontleende materiaal, de ontlening onmiddellijk worden stopgezet.

• Eventuele bezwaren of betwistingen moeten gericht worden aan het college van de gemeente hemiksem uiterlijk vijf werkdagen nadat het betwiste feit zich heeft voorgedaan.

• De ontlener is verantwoordelijk voor het ontleende materiaal vanaf het moment van ophalen / levering t.e.m. het moment van inlevering / ophalen. Het materiaal moet met de meeste zorg behandeld worden tijdens vervoer, gebruik en opslag. De ontlener treft de nodige maatregelen om diefstal en vandalisme te vermijden. De ontlener zorgt voor het ontleende materieel beschermt is tegen weersomstandigheden (bv niet langdurig buiten in de regen).

• Ontleende materialen mogen enkel gebruikt worden door de ontlener. In geen geval mag het materiaal verder overgedragen, uitgeleend, verhuurd of ter beschikking gesteld worden aan derden.

• Bij onregelmatig gebruik van de ontleende goederen, bij het herhaaldelijk beschadigen of het niet (op tijd) terugbrengen ervan, of bij het onbetaald blijven van facturen, worden bestaande ontleningen opgeschort en worden geen nieuwe aanvragen meer aanvaard. Het college kan,

zonder nadere ingebrekestelling en zonder voorafgaande rechtelijke tussenkomst deze beslissing nemen.

 

Artikel 11 - Uitleendienst

 

DEEL 1

 

OMSCHRIJVING

CAT 1

CAT 2

CAT 3

CAT 4

CAT 5

Vouwstoelen (hout) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

Vouwstoelen (plastic) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

stapelbare stoelen (plastic) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

vouwtafels (hout) 180 x 80 (4 stoelen/tafel) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

vouwtafels (hout) 220 x 70 (6 stoelen/tafel) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

stapelbare tafels (plastic, klein) per 100 stuks

10€

30€

nvt

0€

10€

 

Podiumelementen (1m x 2m)

1,5€

4,5€

nvt

0€

1,5€

Set poten voor één podiumelement (60 cm hoog)

nvt

nvt

nvt

0€

nvt

Verstelbare podiumelementen (1m x 2m, h 50cm – 80cm)

1,5€

4,5€

nvt

0€

1,5€

Tentoonstellingspanelen (1m x 2m)

1€

3€

nvt

0€

1€

Nadarbarelen 2m (remorque)

0,20€

0,6€

nvt

0€

0,20€

Nadarbarelen 2,5 m (remorque)

0,20€

0,6€

nvt

0€

0,20€

Barbecue

0,50€

1,50€

nvt

0€

0,50€

feestverlichting (20m met lampjes)

0,50€

1,50€

nvt

0€

0,50€

Deel feesttent (5mx5m)

50€

150€

nvt

0€

50€

 

 

 

 

 

 

 

 

 

DEEL 2

 

Partytafels

4€

4€

4€

0€

4€

2x iColor + controller

10€

10€

10€

0€

5€

4x Martin Mania SCX600 SCANNER + controller

10€

10€

10€

0€

5€

2x Space-3 LASER

+ controller

10€

10€

10€

0€

5€

 

1x Martin Magnum 1800

ROOKMACHINE + vloeistof

10€

10€

10€

0€

5€

2 xLuidsprekers / actief Alto-PS4HA + Speakerstand + cover

15€

15€

15€

0€

7,5€

Dubbel cd-speler (mp3) mengpaneel Numark, ICDMIX3 (met Ipod dock)

20€

20€

20€

0€

10€

Microfoon + statief

5€

5€

5€

0€

2,5€

Mengpaneel voor Microfoons

30€

30€

30€

0€

15€

Geldkoffer/ kassa

5€

5€

5€

0€

2,5€

6 Walkietalkies + oortje + speldmicrofoon + opladers

40€

40€

40€

0€

20€

schminkkoffer

30€

30€

30€

0€

15€

 

Circuskoffer

30€

30€

30€

0€

15€

Springkasteel (6,1m x 5m + regendak) - zelf afgehaald

75€

75€

75€

0€

37,5€

Springkasteel (6,1m x 5m + regendak)

100€

100€

nvt

0€

nvt

Ballenbad zelf afgehaald

75€

75€

75€

0€

37,5€

Ballenbad geleverd

100€

100€

nvt

0€

nvt

Beamer acer p7500 – colorboost

30€

30€

30€

0€

15€

Projectiescherm (groot - 406 x 254 cm) Front en/of Backprojection

30€

30€

30€

0€

15€

Projectiescherm (klein) enkel front

15€

15€

15€

0€

15€

 

Zwarte doek (Molton CS - 100% PES FR) 380 cm H x 1 baan B (+/- 288 cm)

10€

10€

10€

0€

10€

Zwarte doek (Molton CS - 100% PES FR) 380 cm H x 2 banen B (+/- 588 cm)

10€

10€

10€

0€

10€

Elektrische verdeelkast 400V/63A

Ingang: 400V/63A

Uitgang: 2 x 400V/32A

2 x 400V/16A

2 x 230V/16A

Inclusief 5m aansluitkabel 400V/63A

25€

25€

25€

0€

12,5€

Kabel 400V/63A - 20m

5€

5€

5€

0€

2,5€

Elektrische verdeelkast 400V/32A

Ingang: 400V/32A

Uitgang: 1 x 400V/32A

2 x 400V/16A

4 x 230V/16A

Inclusief 10m aansluitkabel 400V/32A

Kan gebruikt worden in combinatie met de 400V/63A verdeelkast

25€

25€

25€

0€

12,5€

Kabel 400V/32A – 40m

5€

5€

5€

0€

2,5€

Croque monsieurmachine (voor 3 croques) Met tijdsklok

10€

10€

10€

0€

10€

 

Vaasjes

0,20 €/stuk

0,20 €/stuk

0,20 €/stuk

0€

0,20 €/stuk

Dessertborden

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Platte borden

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Diepe borden

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Tassen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Ondertassen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Tafelmessen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Tafelvorken

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

 

Tafellepels

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Dessertmessen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Dessertvorken

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Dessertlepels

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Vismessen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Visvorken

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Koffielepels

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

nvt

0,10 €/stuk

Taartvorkjes

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

nvt

0,10 €/stuk

 

Waterglazen

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Wijnglazen (rode wijn)

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Wijnglazen (witte wijn)

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0,10 €/stuk

0€

0,10 €/stuk

Herbruikbare bekers (per doos van 150 stuks)

17,5 €/doos

17,5 €/doos

17,5 €/doos

17,5 €/doos

17,5 €/doos

Popcorn apparaat

25 €

25€

25€

0€

25€

ThermosKetel

12,5 €

12,5 €

12,5 €

0€

12,5 €

Hotdogapparaat

12,5 €

12,5€

12,5 €

0€

12,5 €

Eurobakplaat (hamburger,braadworst,..)

12,5 €

12,5 €

12,5 €

0€

12,5 €

Tent (braderijkraam) 6 meter

50 €/stuk

50 €/stuk

50 €/stuk

0€

50 €/stuk

 

Tent (braderijkraam) 6 meter

Geleverd en geplaatst

62,5 €/stuk

62,5 €/stuk

nvt

0€

nvt

Tent (braderijkraam) 3 meter

25 €/stuk

25 €/stuk

25 €/stuk

0€

25 €/stuk

Tent (braderijkraam) 3 meter

Geleverd en geplaatst

37,5 €/stuk

37,5 €/stuk

nvt

0€

nvt

 

De gemeente Hemiksem behoudt zich het recht om bepaalde artikelen buiten gebruik te zetten, en eventueel andere artikelen aan te bieden, waarbij de meest actuele prijs op de gemeentelijke website te consulteren is.

 

Artikel 12- bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van

burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 13 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 50 - Retributie op versturen van aanmaningen en verwijlinteresten: 2020-2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2013

 

Feiten en context

niet van toepassing

 

Juridische grond

• artikel 170, §4 van de Grondwet

• het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

 

Advies

geen advies vereist

 

Argumentatie

Het billijkheidsprincipe bepaalt dat de kosten die gegenereerd worden door een weigering van betaling, effectief zouden gedragen worden door de belastingplichtige die deze kosten genereert en niet door de belastingplichtige die zijn kosten tijdig aan het gemeentebestuur betaald;

Het is noodzakelijk om te beschikken over een éénduidige definiëring van de kost die gepaard gaat met invorderingen die betrekking hebben op retributies of huurcontracten, wanneer deze vorderingen bij betwisting aan de rechtbank worden voorgelegd;

Het gebruik van Algemene Voorwaarden is algemeen verspreid en wordt door de Rechtbanken gesanctioneerd.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen worden voorzien op actie 2025B5-4, maar geïnd bij de diverse individuele retributies of belastingen waarop ze betrekking hebben;

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. Retributie op versturen van aanmaningen en verwijlinteresten wordt verlengd in de komende legislatuur.

BESLUIT

18 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire) en Inneke Varewyck (N-VA)

2 onthoudingen: Agnes Salden (VLAAMS BELANG) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1 - bedragen

Er wordt voor een periode die aanvangt op 01.01.2020 en eindigt op 31.12.2025 een retributie gevestigd om de kosten voor het verzenden van aanmaningen en aangetekende brieven te verhalen op diegenen die laattijdig de door hun verschuldigde sommen betalen

 

De kosten worden vastgesteld als volgt:

-voor de verzending van een aanmaning:  4 €

-voor de verzending van een aangetekende brief:  8 €

- artikel 177, 2°, van het Decreet over het Lokaal Bestuur (DLB) een dwangbevel : 10 €

 

Artikel 2 - verwijlinteresten

De kosten vermeld in artikel 1 worden vermeerderd met de verschuldigde verwijlintresten.

De wettelijke verwijlintrest wordt aangerekend vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin de vordering verschuldigd is.

 

Artikel 3 - bezwaar

De retributieschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de retributieschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 4 -Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Financiële dienst - 51 - Belasting op het niet-hebben van een conformiteitsattest: 2020 - 2025

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

mail van 6 december binnenlands bestuur met vermelding dat het niet de ‘vergoedingen’ voor het niet hebben van conformiteitsattesten niet voldoen aan het retributiebegrip, met name een door de overheid verrichte dienst aan een derde in diens persoonlijk belang waarbij de vergoeding redelijk in verhouding staat tot de kostprijs van de verleende dienst. Dit mocht niet behouden blijven in het retributiereglement op administratieve stukken.

 

Feiten en context

Het conformiteitsattest is een officiële verklaring dat een woning of kamer voldoet aan de normen inzake veiligheid, gezondheid en kwaliteit in de Vlaamse Wooncode. Het attest is decretaal verplicht na het in orde stellen van een voorheen onbewoond of ongeschikt verklaarde woning. Maar de gemeente kan het attest ook opleggen bij gemeentelijk reglement zowel voor de verhuur van kamers als van woningen.

 

Juridische grond

•artikel 170, §4 van de Grondwet

•het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017; artikel 40, §3 en artikel 41, tweede lid, 14°.  Ook de artikelen 286 tot en met 288 en artikel 330

•Hoofdstuk 4 Besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

•Artikel 7-14 Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997

•Artikel 9 Besluit van de Vlaamse Regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen

 

Advies

De financiële toestand van de gemeente vraagt dat er een belasting op het niet-hebben van een conformiteitsattest wordt gevestigd.

 

Argumentatie

Om ertoe te komen dat in Hemiksem enkel kwalitatieve woningen op de huurmarkt worden aangeboden, zal er maximaal ingezet worden op het bekomen van een conformiteitsattest.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien  2025B2-1

 

Einde 2019 vervallen alle belasting en retributie reglementen van de vorige legislatuur periode. In het  retributiereglement op administratieve stukken wordt een retributie gevraagd voor het bekomen van een conformiteitsattest. De gemeente wenst actiever op te treden en zal ook een belasting vestigen op het niet-hebben van een conformiteitsattest.

 

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist voor een periode die aanvangt op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025 wordt een belasting gevestigd op het niet-hebben van een conformiteitsattest.

De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die eigenaar is van het verhuurde goed.

 

Artikel 2

Het tarief voor het niet-hebben van een conformiteitsattest bedraagt:

§ 500 euro per wooneenheid

§ lndien de eigenaar-verhuurder na een periode van twaalf maanden niet beschikt over een geldig conformiteitsattest,  bedraagt de belasting: . 1.000 euro per wooneenheid

§ lndien de eigenaar-verhuurder na een periode van vierentwintig maanden niet beschikt over een geldig conformiteitsattest, bedraagt de belasting 1.500 euro per wooneenheid.

(zie reglement niet-hebben conformiteitsattesten)

 

Artikel 3 - kohier

Deze belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd. Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 4 - bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze retributie bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Een bezwaarschrift dient aan volgende voorwaarden te voldoen:

•het bezwaar wordt in gediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger

•het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, dit kan ook via email: belastingen@hemiksem.be

 

Artikel 5 - Toezicht houdende overheid

De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Technische dienst - 52 - Overeenkomst voor de heraanleg van een deel van de Sterrelaan tussen de gemeente - Lamifil NV

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De Gemeenteraad van 18 december 2018 keurde voor het dienstjaar 2019 de beleids- en beheerscyclus goed.

Brief van 7 mei 2019 vanwege de gemeente aan de buurtbewoners van de Sterrelaan met vermelding van het plan van de gemeente om het doodlopend stuk van de Sterrelaan thv het bedrijf Lamifil her aan te leggen om de parkeerdruk aan te pakken. 

Aan de buurtbewoners werd gevraagd uiterlijk op 31 mei ll. hun opmerkingen/vragen te formuleren.

Het project betreft het creëren van 12 nieuwe parkeerplaatsen, dit om een einde te stellen aan de huidige overlast van het 'wild' parkeren.

Het college beslist op 8 juli 2019 akkoord te gaan met het plan van de aanleg parkeerplaatsen in de Sterrelaan zoals overeengekomen met het Buurtcomité Sterrelaan, waaronder ook de parkeerplaatsen naast de omheining met Lamifil. 

 

Feiten en context

Er zijn geen feiten en context.

 

Juridische grond

 

Wet van 29 juli 1991 en latere wijzigingen

uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

regelt de openbaarheid van bestuur.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 40 en 41.

regelt de bevoegdheden van de gemeenteraad.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 56, §3

regelt de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 326 t/m 341

regelt het bestuurlijk toezicht.

Besluit van de gemeenteraad van 19 februari 2019

Opdrachten van dagelijks bestuur voor werken, leveringen en diensten

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

 

Advies

Er is geen advies.

 

Argumentatie

In navolging van de goedkeuring van het college op 8 juli 2019 van het definitieve plan van de aanleg parkeerplaatsen, heeft Lamifil NV een "overeenkomst van bezetting ter bede" opgemaakt, en dit ter goedkeuring aan de gemeenteraad. De 'bezetting' van de grond, in eigendom van Lamifil NV, betreft 56m², kadastraal gekend onder Afdeling 0, sectie B, nr. 46P.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen voor de gemeente.

In het kader van de geplande aanleg van parkeerplaatsen in de Sterrelaan, en dit na overleg met de bewoners, wordt een overeenkomst tussen Lamifil NV en de gemeente afgesloten gezien een deel van hun grond wordt benomen door enkele parkeerplaatsen.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

De gemeenteraad beslist:

 

Artikel 1

De overeenkomst voor de heraanleg van een deel van de Sterrelaan - op grond van Lamifil NV - tussen de gemeente en Lamifil NV goed te keuren volgens onderstaande (pagina 1 t/m 8).

 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Technische dienst - 53 - Samenwerkingsovereenkomst voor de heraanleg van een deel van de Heemsdaalstraat tussen de gemeente - POM Antwerpen -Elia

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

De Gemeenteraad van 18 december 2018 keurde voor het dienstjaar 2019 de beleids- en beheerscyclus goed.

Het college van 10 september 2018 keurde de overeenkomst goed tussen POM Antwerpen en de gemeente betreffende de heraanleg ontsluitingsweg Heemsdaalstraat.

Het college van 25 november 2019 keurde de samenwerkingsovereenkomst goed voor de heraanleg van een deel van de Heemsdaalstraat tussen de gemeente, POM Antwerpen en Elia.

 

Feiten en context

Er zijn geen feiten en context.

 

Juridische grond

 

Wet van 29 juli 1991 en latere wijzigingen

uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

regelt de openbaarheid van bestuur.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 40 en 41.

regelt de bevoegdheden van de gemeenteraad.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 56, §3

regelt de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikels 326 t/m 341

regelt het bestuurlijk toezicht.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

 

Advies

Er is geen advies.

 

Argumentatie

Er is geen argumentatie.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen voor de gemeente.

In het kader van een nieuw project van Elia in de gemeente Hemiksem, nl. het voorzien van een nieuwe dubbele 150 kV aansluiting van één van de netgebruikers (Umicore) zijn een aantal aanpassingen van het net nodig. Na overleg met de Gemeente Hemiksem zal deze ondergrondse hoogspanningskabel via de Heemsdaalstraat lopen, nodig voor de ontsluiting van een viertal bedrijven.  POM Antwerpen is in dit project de 3de partij gezien zij reeds betrokken bij het Project inzake de herstructurering van de site Heemsdaalstraat als deelproject van de verdere ontwikkeling van het bedrijventerrein aan de Scheldeboord van Hoboken, Hemiksem en Schelle.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De samenwerkingsovereenkomst voor de heraanleg van een deel van de Heemsdaalstraat tussen de gemeente - POM Antwerpen - Elia goed te keuren, als volgt:

 

FINALE VERSIE SAMENWERKINGSOVEREENKOMST VOOR DE HERAANLEG VAN EEN DEEL VAN DE HEEMSDAALSTRAAT

 

TUSSEN: De Gemeente Hemiksem, vertegenwoordigd door het College van Burgemeester en Schepenen, bij delegatie, in de persoon van ……, ………, gevestigd te Sint- Bernardusabdij 1, 2620 Hemiksem,

Hierna genoemd “Gemeente Hemiksem” of “Gemeente"

 

EN: De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen, publiekrechtelijke instelling met      rechtspersoonlijkheid, waarvan de zetel gevestigd is te 2018 Antwerpen, Lange Lozanastraat 223, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nr. 0881.701.987, opgericht door de provincieraad van de Provincie Antwerpen in zitting van 15 december 2005, in toepassing van het decreet van de Vlaamse regering van 7 mei 2004, erkend bij Besluit van de Vlaamse regering van 17 maart 2006, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 5 mei 2006, waarvan de statuten vastgesteld zijn bij besluit van de provincieraad van Antwerpen van 15 december 2005, en voor de laatste maal werden gewijzigd en gecoördineerd bij beslissing van de provincieraad van Antwerpen van 6 februari 2013, agendapunt 3/2;

Hier rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar raad van bestuur, voor wie krachtens    artikel 26 van de statuten optreedt:

- haar voorzitter, de heer Ludwig Caluwé, gedeputeerde, wonende te 2910 Essen, Kloosterstraat 61, houder van de identiteitskaart nummer 592-0141725-89;

- haar algemeen directeur, de heer Luc Broos, wonende te Brasschaat, Lage Kaart 75, houder van de identiteitskaart nummer 592-5727344-60.

 

 

                  Hierna genoemd “POM Antwerpen”

 

EN: ELIA Asset N.V., vertegenwoordig door …, met zetel te Keizerslaan 20, 1000 Brussel met BTW nummer: 0475 028 202

Hierna genoemd “Elia”;

 

HIERNA GENOEMD “DE PARTIJEN”

 

Elia is de beheerder van het hoogspanningsnet in België. De opdracht als transmissienetbeheerder is van cruciaal belang voor de gemeenschap. In het kader van deze opdracht heeft Elia een nieuw project in de Gemeente Hemiksem namelijk de uitvoering ten behoeve van één van de netgebruikers (Umicore) van een nieuwe dubbele 150 kV aansluiting. Hiervoor zijn een aantal aanpassingen van het net nodig die ELIA wenst uit te voeren.

Na overleg met de Gemeente Hemiksem zal deze ondergrondse hoogspanningskabel via de Heemsdaalstraat lopen, nodig voor de ontsluiting van een viertal bedrijven.

De Gemeente Hemiksem heeft voorgesteld om voor de heraanleg van het deel van de Heemsdaalstraat boven het tracé waar de nieuwe ondergrondse kabel zal lopen -  zoals verder beschreven in deze overeenkomst - samen te werken met POM Antwerpen. POM Antwerpen is reeds betrokken bij het Project inzake de herstructurering van de site Heemsdaalstraat als deelproject van de verdere ontwikkeling van het bedrijventerrein aan de Scheldeboord van Hoboken, Hemiksem en Schelle. Voor deze projecten kunnen in principe ook subsidies worden verkregen via het Vlaams Agentschap Innovatie en Ondernemen (VLAIO).

 

WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT:

 

ARTIKEL 1 - AANBESTEDENDE OVERHEDEN - OCCASIONELE GEZAMENLIJKE OPDRACHT WAARBIJ DE GEMEENTE HEMIKSEM EN ELIA BESLISSEN DE IN DE OVERWEGING BESCHREVEN OPDRACHT M.B.T. HERAANLEG VAN HET DEEL VAN DE HEEMSDAALSTRAAT BOVEN DE DOOR ELIA AAN TE LEGGEN NIEUWE ONDERGRONDSE HOOGSPANNINGSKABEL, IN HET ALGEMEEN BELANG SAMEN TE VOEGEN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 48 VAN DE WET INZAKE OVERHEIDSOPDRACHTEN VAN 17 JUNI 2016. DE GEMEENTE HEMIKSEM EN ELIA DUIDEN HIERBIJ DE POM ANTWERPEN AAN OM IN HUN GEZAMENLIJKE NAAM DE OPDRACHT TE PLAATSEN EN TE GUNNEN EN IN TE STAAN VOOR DE CONCRETE REALISATIE. DE POM ANTWERPEN IS BOVENDIEN AANGESTELD DOOR DE GEMEENTE HEMIKSEM OM IN TE STAAN VOOR DE REALISATIE VAN DE VOLLEDIGE WEG.

 

Aangezien de plaatsingsprocedure niet in haar geheel zal worden uitgevoerd namens en voor rekening van Elia, gegeven het feit dat slechts een deel van de weg gezamenlijk zal worden heraangelegd, zijn Elia en de Gemeente Hemiksem gezamenlijk verantwoordelijk voor het gezamenlijk uitgevoerde deel van de weg en zal de Gemeente Hemiksem als enige partij verantwoordelijk zijn voor het nakomen van de verplichtingen met betrekking tot de delen die in haar naam en voor eigen rekening worden uitgevoerd.

POM Antwerpen is verantwoordelijk voor het aanvragen nodige vergunningen voor de heraanleg van de Heemsdaalstraat. Elia is enkel verantwoordelijk voor de aanleg van de ondergrondse kabelverbinding (conform de bepalingen van het vigerende typebestek 250 voor wegeniswerken) , meer bepaald het opbreken van de wegenis ter hoogte van de ondergrondse sleuf, het graven van de sleuf, het leveren en plaatsen van de kabelverbinding, het vakkundig toeleggen en verdichten van de sleuf en het uitvoeren van een tijdelijke nieuwe wegverharding. Elia zal hierbij de wettelijke verplichtingen inzake grondverzet strikt naleven ( o.a. opstellen Technisch Verslag met aanduiding van de kadastrale werkzone, bodemtransport en het afleveren van een conform verklaard bodembeheerrapport) en hierbij met POM Antwerpen overleggen en de nodige documenten bezorgen.

POM Antwerpen maakt in overleg met de gemeente Hemiksem de individuele afspraken met de bedrijven om onder meer de tijdelijke toegangsmaatregelen voor deze bedrijven te bespreken en vast te leggen tijdens de uitvoering van de volledige werken.

 

ARTIKEL 2 – TIMING VAN HET PROJECT- AFSTEMMING TUSSEN DE TWEE FASEN VAN DE WERKEN

2.1. Onverminderd wat bepaald wordt in artikel 2.2. zijn Partijen akkoord dat Elia de nieuwe dubbele 150 kV ondergrondse kabel in de Heemsdaalstraat volgens het definitief vastgelegde tracé (zoals hierbij gevoegd in bijlage 1) reeds kan aanleggen onafhankelijk en voorafgaand aan de volledige heraanleg van de Heemsdaalstraat op een door Elia te bepalen tijdstip. Elia zal de Gemeente Hemiksem wel voldoende voorafgaand aan deze werken over de aanvangsdatum en planning informeren. Elia zal, na de aanleg van de hoogspanningskabel, een tijdelijke wegenisafwerking op het deel waar de kabel ligt, voorzien.

Elia zal de aanleg van de ondergrondse kabelverbinding kunnen uitvoeren ongeacht het feit dat voor het totale project al dan niet overheidssubsidies (VLAIO) worden verkregen door POM Antwerpen, ongeacht het bekomen van de vergunning voor de volledige aan te leggen wegenis en ongeacht het al dan niet bekomen van akkoorden met de aanpalende bedrijven voor de aanleg van de volledige nieuwe wegenis.

Zoals reeds gemeld in artikel 1 zal Elia al deze werken, inclusief het laten opstellen van een technisch verslag en bodembeheerrapport, laten uitvoeren conform het vigerende standaard typebestek 250 voor openbare wegeniswerken. Elia zal hierbij  - voor zover als nodig – met POM Antwerpen overleggen teneinde optimalisaties na te kijken (o.a. voor het grondverzet) en om coördinatieproblemen bij de latere uitvoering van de volledige weg te vermijden (o.a. de latere aanleg andere nutsvoorzieningen en eventuele wachtbuizen).

2.2. De POM Antwerpen bezorgde Elia een voorontwerp van de volledige aan te leggen nieuwe weg via mail op 30 augustus 2019, zodat Elia die op hun uitvoeringsplannen kan leggen. Afstemming tussen het nog op te maken uitvoeringsplan Elia en het ontwerp van de weg zal noodzakelijk zijn, in het bijzonder wat betreft de exacte ligging van de sleuf en werfzone Elia, onder meer in de bocht van de Heemsdaalstraat. Elia zal de POM Antwerpen informeren inzake de eerdere contacten en afspraken met de nutsmaatschappijen en maakt de informatie over die zij al heeft m.b.t. aanwezigheid en ligging van de nutsleidingen. POM Antwerpen belegt een overleg met de nutsmaatschappijen, waaronder ook Elia, om op basis van het voorontwerp af te stemmen met deze nutsmaatschappijen.

 

ARTIKEL 3 - GUNNING VAN DE WERKEN- BUDGET

De POM Antwerpen, optredend in naam en voor rekening van de Gemeente Hemiksem en voor Elia zoals beschreven in artikel 1 van de Overeenkomst, mag de opdracht slechts publiceren nadat Elia de aanbestedingsdocumenten goedgekeurd heeft en zich formeel akkoord heeft verklaard met het aandeel in de werken dat ze financieel ten laste neemt, namelijk voor al de relevante werken voor de definitieve heraanleg van de Heemsdaalstraat ter hoogte van de door Elia  gemaakte sleuf voor de aanleg van haar hoogspanningskabel.

Het budget voor de aanleg van het deel van de Heemsdaalstraat ten laste van Elia zal maximaal 50% bedragen van de kosten die inherent zijn aan heraanleg van de volledige wegeniswerken conform standaardbestek 250, waarvan in bijlage 2 ter informatie een voorlopige raming wordt opgegeven. Elia zal de POM Antwerpen vergoeden of zelf rechtstreeks betalen aan de door POM Antwerpen aangeduide partijen voor de volledige aannemingskost van één rijstrook, zonder aftrek van eventuele subsidies. Het exacte percentage  zal bepaald worden aan de hand van opmetingen en vorderingsstaten van de aangestelde uitvoerders der werken.

De POM Antwerpen  - optredend in naam en voor rekening van de Gemeente Hemiksem en voor Elia zoals beschreven in artikel 1 van de Overeenkomst - schrijft de gunningprocedure uit, staat in voor de opening van de inschrijvingen, maakt het gunningverslag op en wijst de opdracht toe. Hierbij wordt rekening gehouden met het feit dat de aanneming één ondeelbaar geheel uitmaakt en dat alle werken dus moeten toevertrouwd worden aan de in aanmerking komende bieder voor de totaliteit van de werken (alle delen samen).

De Gemeente Hemiksem is akkoord om in alle transparantie de documenten (aanbesteding, offertes, resultaat) omtrent de aankoopprocedure te delen met Elia, voor zover Elia deze gegevens uitsluitend zal gebruiken voor de bepaling van haar financieel aandeel in deze kosten.

De POM Antwerpen zal het contract in naam en voor rekening van de Gemeente Hemiksem en deels Elia, pas gunnen nadat Elia tijdig heeft ingestemd met het gunningsvoorstel en op ondubbelzinnige wijze een verklaring heeft afgelegd dat zij akkoord gaat met het gedeelte van de werken ten laste van haar en dat zij voor de betaling ervan de nodige financiële middelen heeft voorzien.

Desnoods verzoekt de POM Antwerpen de inschrijver(s) om een verlenging van de verbintenistermijn van de inschrijving(en) in afwachting van de verklaring van Elia. In elk geval zal Elia een beslissing nemen omtrent de al dan niet toewijzing binnen de termijn van één maand (30 kalenderdagen) nadat ze hierom werd verzocht. Als er geen beslissing binnen deze termijn wordt meegedeeld, dan wordt de beslissing geacht gunstig te zijn.

 

ARTIKEL 4 - BORGTOCHT

De POM Antwerpen zal de opdrachtnemer der werken een borgtocht laten stellen, conform de geldende wetgeving overheidsopdrachten. Deze borgstelling zal bepaald worden op de totaliteit van de werken. De POM Antwerpen kan dus eventueel de borg aanspreken, conform de wettelijke bepalingen in de wetgeving overheidsopdrachten, maar zal de borg uiteraard geheel of gedeeltelijk aanwenden ten voordele van deze Partijen ten aanzien van wie de aannemer te kort geschoten is en dit in verhouding tot de werkelijke kostprijs.

De aanspreking van de borg zal enkel gebeuren op voorstel van POM Antwerpen als opdrachtgever.

 

ARTIKEL 5 - VEILIGHEIDSCOÖRDINATOR-VERWEZENLIJKING

Voor het begin van de uitvoering van de werken stelt de POM Antwerpen één gemeenschappelijke veiligheidscoördinator-verwezenlijking aan overeenkomstig de reglementering met betrekking tot de veiligheid op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen.

Alle Partijen zien erop toe dat de veiligheidscoördinator-verwezenlijking zijn opdrachten, samenhangend met hun aandeel in de samengevoegde opdracht, te allen tijde volledig en adequaat kan vervullen, dat hij betrokken wordt bij alle etappes van de verwezenlijking van het bouwwerk en dat hij alle informatie krijgt die nodig is voor de uitvoering van zijn opdrachten.

Elia neemt met betrekking tot de praktische uitvoering van deze verbintenissen, inzake de veiligheidscoördinator-verwezenlijking, ten aanzien van de aanbestedende overheid, de volledige verantwoordelijkheid op met betrekking tot haar aandeel in de werken zoals beschreven in deze samenwerkingsovereenkomst.

De POM Antwerpen ziet er op toe dat de veiligheidscoördinator-verwezenlijking bij het einde van zijn opdracht een exemplaar van het geactualiseerde veiligheid- en gezondheidsplan, het coördinatiedagboek en het postinterventiedossier, tegen ontvangstbewijs, bezorgt aan alle relevante partijen.

 

ARTIKEL 6 - LEIDING EN TOEZICHT

De POM Antwerpen duidt in naam van de Gemeente en Elia - maar voor rekening van de Gemeente - de leidende ambtenaar voor de volledige werken aan.

De leidend ambtenaar neemt de leiding van de werken waar. Dit betekent dat alleen hij gemachtigd is om - voor alle werken, wie ze ook ten laste neemt - opdrachten te geven aan de aannemer, proces-verbaal van ingebrekestelling op te maken, proces-verbaal van voorlopige en definitieve oplevering van de werken op te maken, de werken te schorsen of te onderbreken, vorderingsstaten goed te keuren, contractwijzigingen op te maken en voor te stellen, eventuele maatregelen van ambtswege voor te stellen, enzovoort. Maar dit alles, in de mate van het mogelijke, na overleg met de bevoegde diensten van de Gemeente en, voor wat betreft het deel dat verband houdt met de heraanleg van de Heemsdaalstraat boven de geplaatste hoogspanningskabel, met Elia.

 

ARTIKEL 7 - SIGNALISATIE

Elia staat in voor de signalisatie van de werken met betrekking tot de aanleg van de hoogspanningskabel die ze voorafgaand uitvoert. De POM Antwerpen staat vervolgens in voor de signalisatie van de werken met betrekking tot de volledige heraanleg van de Heemsdaalstraat.

 

ARTIKEL 8 - WIJZIGING TIJDENS DE UITVOERING

Als de leidend ambtenaar tijdens de uitvoering van de werken een belangrijke wijziging van de opdracht of de plannen voor het gedeelte ten laste van Elia noodzakelijk acht, wordt vóór de betekening van het schriftelijk wijzigingsbevel aan de aannemer de schriftelijke goedkeuring van Elia gevraagd omtrent de financiële gevolgen van deze wijzigingsbeslissing. Indien Elia niet reageert binnen de redelijke termijn van 5 werkdagen die de leidend ambtenaar om de goedkeuring heeft gevraagd, wordt de goedkeuring geacht stilzwijgend gegeven te zijn.

Indien de Partijen geen vergelijk kunnen vinden binnen een redelijke termijn inzake de door de leidende ambtenaar voorgestelde wijziging en/of verrekening, kan elk dispuut hieromtrent worden doorverwezen naar een onafhankelijk expert die door de betrokken partijen zal aangeduid worden.

Partijen zijn akkoord dat, indien het om een zuiver financieel dispuut gaat, dit er niet toe zal leiden dat de werken wordt opgeschort. De werken zullen worden verdergezet en intussen zal het financieel dispuut in laatste instantie worden beslecht door de onafhankelijk expert van de wegeniswerken. De onafhankelijk expert zal tegelijkertijd bepalen wie de gemaakte kosten van de onafhankelijk expert zal dienen te vergoeden, ofwel Elia ofwel Hemiksem.

De Partijen zijn het eens dat de beslissing van de onafhankelijk expert omtrent de toewijzing van deze financiële kosten aan de Gemeente of aan Elia bindend en definitief zal zijn.

 

ARTIKEL 9 – SCHADE ONTSTAAN TIJDENS DE WERKEN OF ALS GEVOLG VAN DE WERKEN

Elke partij is aansprakelijk voor de schade die door haar of in haar opdracht met betrekking tot hun scope is veroorzaakt.

De aangestelde aannemer voor de aanleg van de wegenis zal verplicht worden een ABR-polis af te sluiten (inclusief dekking foutloze aansprakelijkheid en dekking in afdeling 2 in eerste rang van de bouwheer en de opdrachtgever). Daarnaast zal de aannemer een BA-polis dienen voor te leggen voor schade aan derden (inclusief schade door trillingen en grondwaterverlaging en aan ondergrondse leidingen).

 

Wanneer een verhaal door derden wordt uitgeoefend, vrijwaart elke aansprakelijke partij de andere partijen, maar enkel en alleen indien de ene partij wordt gevat door een verhaal dat niet behoort tot haar aandeel in de werken. Na de definitieve oplevering zal enkel de Gemeente Hemiksem nog aansprakelijk zijn voor alle claims met betrekking tot de uitgevoerde werken (inclusief de wegenwerken die werden uitgevoerd in opdracht en voor rekening van Elia) t.a.v. alle derden partijen die een claim instellen. Zodoende zal de Gemeente Hemiksem na definitieve oplevering Elia vrijwaren voor elke mogelijk claim m.b.t. de uitgevoerde wegenwerken.

Elke partij komt, op eenvoudig verzoek van één van de andere partijen, vrijwillig tussen in elke procedure die zou worden gevoerd.

Partijen zijn akkoord dat elke partij steeds haar eigen juridische kosten draagt met betrekking tot deze procedure(s).

De Partijen zijn het erover eens dat ze niet hoofdelijk en solidair kunnen aansprakelijk gesteld worden door derden of de uiteindelijk gekozen aannemer voor de werken.

 

ARTIKEL 10 - BETALING

De werken m.b.t. de heraanleg van het wegdek worden uitgevoerd in naam van de gemeente Hemiksem en deels in naam van Elia en voor rekening van de gemeente Hemiksem  en deels voor rekening van Elia namelijk in lijn met haar aandeel in deze werken. Deze kosten zullen door de Partijen eenduidig bepaald worden zoals beschreven in artikel 3.

De betalingsaanvragen en gedetailleerde vorderingsstaten zullen in vereiste exemplaren (en digitaal) door de aangeduide aannemer worden ingediend bij de POM Antwerpen, waarbij de aandelen voor de Gemeente en voor Elia duidelijk zullen worden gespecifieerd in deze vorderingsstaten alsmede in de afzonderlijke betalingsaanvragen. Vervolgens zal POM Antwerpen afzonderlijke kopieën (of digitaal) bezorgen aan de Gemeente en aan Elia ter controle.

Alle partijen beschikken over maximaal 5 werkdagen om deze betalingsaanvragen en vorderingsstaten (inclusief eindafrekening) na te zien en/of eventueel opmerkingen (digitaal) over te  maken.

Deze al dan niet verbeterde betalingsaanvragen en vorderingsstaten worden ter goedkeuring  en verder gedetailleerd nazicht voorgelegd aan de leidende ambtenaar, welke de nodige PV’s van nazicht zal opstellen en de facturatie-opdrachten overmaken aan de aannemer. Bij betwistingen van de vorderingsstaat zal de leidend ambtenaar de eindbeslissing nemen aangaande de uiteindelijk weerhouden posten.

POM Antwerpen stuurt uiterlijk binnen de 30 kalenderdagen na ontvangst van de betalingsaanvraag en de vorderingsstaat van de aannemer het goedgekeurde betalingsbundel van het relevante deel  terug naar Elia en naar de Gemeente en nodigt tezelfdertijd de aannemer om alle facturen bij Elia respectievelijk de Gemeente in te dienen conform te opgenomen bepalingen hieromtrent in het bestek. De aannemer bezorgt tevens een (digitale) copy van deze facturen aan POM Antwerpen ter opvolging en voor het administratief bundel.

Elia en de gemeente betalen de aannemer rechtstreeks uiterlijk binnen de 30 kalenderdagen na ontvangst van het goedgekeurde betalingsbundel. De werking van POM wordt afzonderlijk tegen kostprijs vergoed door de Gemeente, volgens de afzonderlijke afgesloten overeenkomst tussen POM Antwerpen en de Gemeente.

 

ARTIKEL 11 - BOETES, STRAFFEN EN KORTINGEN WEGENS MINDERWAARDE

De boetes, straffen en kortingen wegens minderwaarde, opgelegd en toegepast door de leidend ambtenaar op de werken van de aangestelde aannemer, en die duidelijk toewijsbaar zijn aan een bepaald aandeel der werken, komen ten goede aan de betrokken partij die verantwoordelijk was voor dit aandeel. De andere boetes, straffen en kortingen wegens minderwaarde die niet onmiddellijk toewijsbaar zijn aan een bepaald deel, worden pro rata van de inschrijvingsbedragen voor de verschillende delen verdeeld over de verschillende partijen.

Boetes en straffen die het gevolg zijn van overtredingen zoals beschreven in het bestek worden toegewezen aan de Gemeente Hemiksem.

 

ARTIKEL  12 - VOORLOPIGE EN DEFINITIEVE OPLEVERING.  VRIJGAVE BORGTOCHT.

Aangezien het één globale aanneming betreft, worden de voorlopige en de definitieve oplevering verleend voor de volledige aanneming, dus voor alle delen samen. De vrijgave van de borgtocht heeft eveneens betrekking op de gehele aanneming.

Voor het plaatsbezoek met het oog op de toekenning van de voorlopige en de definitieve oplevering en aanvaarding der gehele aanneming worden alle betrokken partijen minimum vier weken vooraf uitgenodigd per aangetekend schrijven. Iedere partij wordt aldus de mogelijkheid geboden om aanwezig te zijn en, tegensprekelijk, zijn opmerkingen te formuleren en desnoods te laten opnemen in het proces-verbaal van oplevering en aanvaarding der werken.

Als de partijen oordelen dat de werken niet opgeleverd en aanvaard kunnen worden, geven zij hierover een duidelijke motivatie.

De processen-verbaal van de voorlopige en de definitieve oplevering worden door de leidend ambtenaar opgesteld en een afschrift wordt bezorgd aan alle betrokken partijen.

Bij aanvaarding van de voorlopige oplevering door de Gemeente Hemiksem gaat het beheer van de wegenis over naar de Gemeente. De Gemeente Hemiksem zal na de definitieve oplevering geen enkele schade, herstellingen of vergoedingen van welke aard ook meer kunnen verhalen op Elia.

De garantieperiode tussen de voorlopige en definitieve oplevering zal in overeenstemming zijn met de bepalingen terzake in het vigerend typebestek 250 voor wegeniswerken, met een minimum van 2 kalenderjaren.

 

ARTIKEL 13 - SCHADEGEVALLEN

Vanaf het begin van de werken tot aan de definitieve oplevering zal de POM Antwerpen élk schadegeval van welke aard ook rapporteren aan de Gemeente Hemiksem en Elia.

Is het schadegeval een gevolg van een eventuele gebrekkige uitvoering van de werken en/of ontwerpfout, dan zal de POM Antwerpen onmiddellijk de betrokken aannemer en/of ontwerper contacteren en aanmanen om het nodige te doen voor een goede uitvoering van zijn werken of aanpassing van het ontwerp en Elia hiervan op de hoogte houden.

 

ARTIKEL 14 - BEHEER EN ONDERHOUD

De Gemeente Hemiksem staat vanaf de voorlopige oplevering van de werken in voor het beheer en/of het onderhoud van de volledige infrastructuur.

 

ARTIKEL 15 – VERZEKERINGEN

Elke partij zorgt ervoor dat de aansprakelijkheid van haar aandeel in de werken voldoende verzekerd is en wordt gedekt door een lopende verzekeringspolis is en vrijwaart de andere partij.

Elia verzekert voor haar eigen rekening haar aansprakelijkheid ten overstaan van derden voor de werken welke zij zelf rechtstreeks zal laten uitvoeren voorafgaand aan de aanleg van de nieuwe wegenis. Elia zal daartoe het nodige verzekeringsattest voorleggen of een verklaring dat zij haar eigen verzekeraar is voor deze schade.

ARTIKEL 16 – Bevoegde rechtbank

Bij betwistingen aangaande de interpretatie of uitvoering van deze overeenkomst zullen uitsluitend de rechtbanken van Antwerpen bevoegd zijn hieromtrent kennis te nemen en uitspraak te doen.

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Technische dienst - 54 - TD/1922 - Erfpachtovereenkomst Oud Gemeentehuis / GK aanbestedingsdossier

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Huidige erfpachtovereenkomst werd beëindigd omwille van faillissement van bvba "TDV", Gemeenteplaats 58 te 2620 Hemiksem.

 

Juridische grond

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

 

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 144.000,00 niet).

 

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

 

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Argumentatie

In het kader van de opdracht “Erfpachtovereenkomst Oud-gemeentehuis” werd een bestek met nr. TD/1922 opgesteld door de Technische dienst.

De inkomsten voor deze opdracht wordt geraamd op € 10.000,00 excl. btw of € 12.100,00 incl. 21% btw.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

Financiële gevolgen

Er zijn inkomsten voor de gemeente volgens de nieuwe erfpachtovereenkomst.

De gemeenteraad dient haar goedkeuring te geven over een nieuw aanbestedingsdossier voor de "Erfpachtovereenkomst Oud-Gemeentehuis" doordat huidige erfpacht door faillissement beëindigd is.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

Beslissing Gemeenteraad van 19 november 2019 wordt ingetrokken.

 

Artikel 2

De gemeenteraad beslist:

Het bestek met nr. TD/1922 en de raming voor de opdracht “Erfpachtovereenkomst Oud-gemeentehuis”, opgesteld door de Technische dienst worden goedgekeurd.

De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.

De raming van de inkomsten bedraagt € 10.000,00 excl. btw of € 12.100,00 incl. 21% btw.

 

Artikel 3

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 55 - Goedkeuring convenant Toerisme Rupelstreek

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Mail vanKarin De Mulder van 29 november  waarin gevraagd wordt de nieuwe convenant Toerisme Rupelstreek te laten goedkeuren door de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Naar aanleiding van het verlopen van de huidige samenwerkingsovereenkomst dient er een nieuwe overeenkomst opgemaakt te worden om de toeristische samenwerking in de gemeenten Hemiksem, Schelle, Niel, Boom, Rumst en het buitengebied van Mechelen verder te zetten.

Toerisme Rupelstreek vzw heeft een nieuwe overeenkomst opgemaakt die loopt voor de periode 2020 - 2025 en vraagt deze goed te keuren.

 

Advies

Er is geen advies vereist.

 

Argumentatie

De gemeenteraad moet de samenwerkingsovereenkomst Toerisme Rupelstreek goedkeuren.

 

Financiële gevolgen

Financiële gevolgen voorzien

008.001.002.001

 

13.146,80 € voor 2020

 

De vorige convenant is afgelopen op 31.12.2019. Er dient een nieuwe convenant goedgekeurd te worden voor samenwerking tussen de verschillende gemeenten voor de periode van 2020-2025.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst 2020-2025 Toerisme Rupelstreek vzw goed.

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 56 - Parkeerplaats handicap de Bosschaertlei 15

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Vraag van 26 november 2019 van de bewoner de Bosschaertlei 12 om voor de woning een parkeerplaats te krijgen voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

Collegebesluit van 11 juni 2012 met de voorwaarden voor het krijgen van een parkeerplaats voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

De voorwaarden zijn:

-op een loopafstand van 100 meter van de woning van de aanvrager mag geen voorbehouden parkeerplaats met parkeerkaart zijn

-er dient een voertuig te zijn ingeschreven op het adres van de aanvrager

-aan de woning van de aanvrager mag geen oprit of garage zijn

-de aanvrager dient een parkeerkaart te hebben

bij afwezigheid van meerdere maanden dient het gemeentebestuur verwittigd te worden zodat de plaats tijdelijk kan afgesloten worden.

Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij de aanvraag voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

De aanvrager voldoet aan de opgelegde voorwaarden.

Omdat er aan de pare kant niet mag worden geparkeerd, wordt de parkeerplaats aangelegd aan de Bosschaertlei 15.

 

Juridische grond

KB van 16 maart 1968 betreffende de politie op het wegverkeer.

KB van 13 december 1975 houdende reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.

Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 bepaalt de minimumafmetingen van plaatsingsvoorwaarden voor verkeerstekens.

Ministeriële omzendbrief van 14 november 1977 regelt de aanvullende verkeersreglementen en de plaatsing van verkeerstekens.

Ministeriële omzendbrief van 3 april 2001 bepaalt de minimumvoorwaarden voor het bekomen van een parkeerplaats voor de woning voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

Decreet. lokale besturen

 

Advies

Er is geen advies nodig.

 

Argumentatie

Omdat de aanvrager voldoet aan de voorwaarden wordt deze vraag goedgekeurd.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De bewoner van de Bosschaertlei 12 vraagt om voor de woning een parkeerplaats te krijgen voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

De aanvraag voor het aanleggen van een parkeerplaats voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap in de de Bosschaertlei 15 goed te keuren.

 

Artikel 2

De technische dienst plaatst de nodige signalisatie.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 57 - Parkeerplaats personen handicap Scheldestraat

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Collegebesluit van 11 juni 2012 met de voorwaarden voor het krijgen van een parkeerplaats voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

De voorwaarden zijn:

-op een loopafstand van 100 meter van de woning van de aanvrager mag geen voorbehouden parkeerplaats met parkeerkaart zijn

-er dient een voertuig te zijn ingeschreven op het adres van de aanvrager

-aan de woning van de aanvrager mag geen oprit of garage zijn

-de aanvrager dient een parkeerkaart te hebben

bij afwezigheid van meerdere maanden dient het gemeentebestuur verwittigd te worden zodat de plaats tijdelijk kan afgesloten worden.

Vraag van de bewoner Scheldestraat 151 bus 2 om voor de woning een parkeerplaats te krijgen voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

Collegebesluit van 18 november 2019 waarbij de aanvraag voor goedkeuring wordt verwezen naar de gemeenteraad.

 

Feiten en context

De aanvrager voldoet aan de opgelegde voorwaarden.

Omdat in de Scheldestraat niet mag worden geparkeerd aan de onpare kant, wordt de parkeerplaats gelegd aan huisnummer 110.

 

Juridische grond

KB van 16 maart 1968 betreffende de politie op het wegverkeer.

KB van 13 december 1975 houdende reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.

Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 bepaalt de minimumafmetingen van plaatsingsvoorwaarden voor verkeerstekens.

Ministeriële omzendbrief van 14 november 1977 regelt de aanvullende verkeersreglementen en de plaatsing van verkeerstekens.

Ministeriële omzendbrief van 3 april 2001 bepaalt de minimumvoorwaarden voor het bekomen van een parkeerplaats voor de woning voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

Decreet lokale besturen.

 

Advies

Er is geen advies nodig.

 

Argumentatie

Omdat de aanvrager voldoet aan de voorwaarden kan deze vraag worden goedgekeurd.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

 

 

 

 

 

 

 

 

Inwoners die beschikken over een parkeerkaart kunnen een parkeerplaats aanvragen voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

De aanvraag voor het aanleggen van een parkeerplaats voor voertuigen gebruikt door personen met een handicap in de Scheldestraat 151 bus 2 goed te keuren.

 

Artikel 2

Omdat er niet mag worden geparkeerd aan de onpare kant, wordt de plaats gelegd aan huisnummer 110.

 

Artikel 3

De technische dienst plaatst de nodige signalisatie.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 58 - Kadervorming jeugd

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Mail van de schepen van jeugd van 26 november 2019 in verband met het subsidiereglement kadervorming jeugd.

        Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij dit reglement voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het huidig subsidiereglement kadervorming jeugd vervalt op 31 december 2019.  Het is nodig een nieuw subsidiereglement goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Omdat het huidig subsidiereglement kadervorming jeugd vervalt op 31 december 2019 is het nodig en nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een nieuw subsidiereglement kadervorming jeugd goed te keuren omdat het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.

BESLUIT

19 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

1 onthouding: Birgit De bondt (OPEN VLD)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

het subsidiereglement kadervorming jeugd goed te keuren.

 

Artikel 2

Reglement Kadervorming Jeugd

 

1.

Het gemeentebestuur van Hemiksem voorziet in haar begroting jaarlijks een bedrag ter ondersteuning van inwoners die een cursus kadervorming volgen.   Inwoners kunnen per gevolgde vorming een toelage aanvragen wanneer ze aan onderstaande vereisten voldoen.

 

2.

Wie kan deze toelage aanvragen ?

- Iedere actieve begeleider van een door het gemeentebestuur erkende jeugdvereniging of -initiatief

- Individuele jongeren woonachtig te Hemiksem met een leeftijd  tussen 16 en 35 jaar in het jaar van de aanvraag.

- De toelage voor een gevolgde kadervorming kan slechts in één gemeente aanvragen

 

3.

Om in aanmerking te komen voor de toelage moet de vorming beantwoorden aan de volgende voorwaarden:

- Ze wordt ingericht door een organisatie, erkend door de afdeling Jeugd van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap

-Ze omvat een programma dat de volgende elementen inhoudt:

Pedagogische vorming, praktische psychologie en opvoedkunde en methodiek.

Algemene sociale vorming.

Ze moet voor de cursist een hoger brevet afleveren dan wat al behaald werd of duidelijk een bijkomende vorming inhouden.

De cursus moet een minimum duur hebben van 4u werkelijke vorming.

 

4.

De subsidieaanvraag moet gebeuren binnen twee maand na de cursus, ten laatste op 30 november. De aanvrager voegt bij het ingevuld aanvraagformulier een deelnemings- en betalingsbewijs afgeleverd door de inrichtende organisatie.

 

De cursussen die plaatsvinden na 30 november kunnen overgedragen worden naar het volgende kalenderjaar.

 

5.

De toelage wordt als volgt vastgesteld:

- De volledige kostprijs van de gevolgde cursus met een maximum van 40 euro.

- Een mogelijke tweede of volgende cursus van dezelfde aanvrager wordt betoelaagd binnen de perken van het krediet nadat eerst werd ingegaan op alle eerste aanvragen.

 

6.

De toelage wordt berekend volgens vastgestelde afspraken vastgesteld in artikel 5.  De uitbetaling van de geldige aanvragen zal gebeuren voor 31 december van het jaar van de indiening.

 

7.

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 59 - Reglement kampsubsidies

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Mail van de schepen van jeugd van 26 november 2019 in verband met de kampsubsidie.

        Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij het reglement op kampsubsidie voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.  Het is dus  nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Omdat het huidig reglement op de kampsubsidie vervalt op 31 december 2019 is het nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een nieuw reglement goed te keuren voor de kampsubsidie omdat het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

een nieuw reglement goed te keuren op de kampsubsidies.

 

Artikel 2

Reglement kampsubsidie gemeente Hemiksem

 

1

Om jongeren de kans te geven om tegen een democratische prijs op jaarlijks zomerkamp te gaan voorziet het Gemeentebestuur van Hemiksem een specifieke subsidie om de kampwerking van de jeugdbewegingen en (jeugd)verenigingen te ondersteunen.

 

2

Kunnen aanspraak maken op deze subsidie :

 

-Elke erkende jeugdbeweging die aangesloten is bij de jeugdraad van Hemiksem en als jeugdvereniging gekend is binnen de Gemeente Hemiksem én een kamp organiseert dat beantwoordt aan de volgende voorwaarden:

 

    - het kamp moet plaatsvinden tussen 1 juli en 31 augustus

    - het kamp richt zich op jongeren tussen 6 – 18 jaar opgedeeld in verschillende leeftijdsgroepen

    - de kampperiode bestaat uit minstens 4 overnachtingen op een locatie buiten de gemeente Hemiksem. Weekends komen dus niet in aanmerking voor subsidies.

    - Tijdens de gehele duur van het kamp zijn er minstens 2 begeleiders per 20 deelnemende jongeren aanwezig. De kampverantwoordelijke is in het bezit van de nodige attesten en is tenminste 18 jaar oud op het ogenblik van het kamp.

 

 

-Elk andere (jeugd)vereniging uit Hemiksem die aangesloten is bij een Hemiksemse gemeentelijke raad en een kamp organiseert dat beantwoordt aan de volgende voorwaarden:

 

    - het kamp moet plaatsvinden tussen 1 juli en 31 augustus

    - het kamp moet een gevarieerde mix bevatten van sport- en spelactiviteiten, creativiteitsbeleving, socio- culturele exploratie, en dit alles met een groepsgerichte aanpak. Een minimum aan kampvoorbereiding moet kenbaar gemaakt worden voor het vertrek. Kampen die zich exclusief richten op sport, muziek, … komen niet in aanmerking en moeten bij hun eigen gemeentelijke raad subsidies aanvragen.

    - het kamp richt zich op jongeren tussen 6 – 18 jaar opgedeeld in verschillende leeftijdsgroepen

    - de kampperiode bestaat uit minstens 5 overnachtingen op een locatie buiten de gemeente Hemiksem. Weekends komen dus niet in aanmerking voor subsidies.

    - Tijdens de gehele duur van het kamp zijn er minsten 20 deelnemers uit Hemiksem aanwezig. (begeleiders niet inbegrepen)

    - Tijdens de gehele duur van het kamp zijn er minstens 2 begeleiders per 20 deelnemende jongeren aanwezig. De kampverantwoordelijke is in het bezit van de nodige attesten en is tenminste 18 jaar oud op het ogenblik van het kamp.

    - De vereniging die het kamp organiseert is geen commerciële vereniging en kan een traditionele werking voorleggen tijdens het jaar waarbij het zomerkamp als een extra activiteit aanzien wordt.

 

 

 

 

 

 

3

De aanvraag zal gebeuren via het standaard formulier dat volgende gegevens moet bevatten:

 

    - naam en adres van de vereniging en verantwoordelijke

    - plaats en periode van het kamp

    - aantal overnachtingen

    - erkenningnummer van de Vlaamse Gemeenschap

    - rekeningnummer van de vereniging

    - naam, adres, geboortedatum en het aantal overnachtingen van elke deelnemer

    - adresgegeven en verklaring van de eigenaar van het kampterrein

    - een kopie van het kamp programma kan opgevraagd worden door de jeugddienst

 

4

De subsidieaanvraag moet voor 15 oktober van het jaar waarin het kamp plaatsvindt binnen gebracht worden bij de vrijetijdsdienst van Hemiksem. Met laattijdig of oncompleet ingediende aanvragen wordt geen rekening gehouden.

 

5

De maximale toelage per aanvraag bedraagt 575 euro. De subsidie wordt berekend aan 0,95 euro per dag per deelnemer uit Hemiksem, met een maximum van 12,50 euro per deelnemer uit Hemiksem voor de ganse duur van het kamp.

 

6

Elke vereniging kan deze subsidie slechts éénmaal per kalenderjaar aanvragen.

 

7

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 60 - Subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Mail van de schepen van jeugd van 26 november 2019 in verband met het subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen.

        Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij het subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen voor goedkeuring wordt overgemaakt aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het huidig subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen vervalt op 31 december 2019, dus het is nodig een nieuw subsidiereglement goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Omdat het huidig subsidiereglement afvalverwerking vervalt, is het nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een nieuw subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen goed te keuren omdat het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist :

Het nieuw subsidiereglement afvalverwerking jeugdbewegingen goed te keuren.

 

Artikel 2

Reglement afvalverwerking subsidie

 

1.

Het gemeentebestuur van Hemiksem voorziet in haar begroting jaarlijks een bedrag ter ondersteuning van de jeugdbewegingen om een milieubewust afvalbeheer te voeren.  De gemeente voorziet daarom een afvalverwerking subsidie voor jeugdbewegingen die kunnen aantonen dat ze een actie op het vlak van milieuvriendelijkheid en energieverbruik heeft georganiseerd binnen zijn beweging.

 

2.

Kunnen aanspraak maken op deze subsidie:

Elke erkende jeugdbeweging die aangesloten is bij de jeugdraad van Hemiksem en als jeugdvereniging gekend is voor het Gemeentebestuur van Hemiksem.

 

3.

De aanvraag van de subsidie zal gebeuren via het standaard formulier dat volgende gegevens moet bevatten en opvraagbaar is bij de dienst Vrije Tijd van Gemeente Hemiksem:

- naam van de vereniging

- naam en adres van de verantwoordelijke

- Omschrijving milieuactie

- erkenningnummer van de Vlaamse Gemeenschap

- rekeningnummer van de vereniging

 

4.

De subsidieaanvraag dient voor 15 oktober van het jaar waarin de actie plaatsvindt binnen gebracht te worden bij de dienst Vrije Tijd van Gemeente Hemiksem. Met laattijdig of oncompleet ingediende aanvragen wordt geen rekening gehouden.

 

5.

Elke jeugdbeweging die voldoet aan de vermelde voorwaarden kan voor het bedrag van maximaal 100 euro jetons voor het containerpark, vuilniszakken of vuilnisstickers aanvragen.

 

6.

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 61 - Subsidiereglement jeugdwerking

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Verslag van de jeugdraad van 12 november 2019.

        Collegebesluit van 18 november 2019 waarbij het subsidiereglement op jeugdwerking voor goedkeuring wordt verwezen naar de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het subsidiereglement op de jeugdwerking vervalt op 31 december 2019.  Het is nodig een nieuw reglement op te stellen en goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Advies jeugdraad van 12 november 2019 : gunstig.

 

Argumentatie

Omdat op 31 december 2019 het huidig subsidiereglement op jeugdwerking vervalt, is het nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Omdat eind dit jaar het subsidiereglement op jeugdwerking vervalt, is het nodig een nieuw reglement op te stellen.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

om navermeld subsidiereglement op jeugdwerking goed te keuren.

 

Artikel 2

Reglement Werkingssubsidie Jeugdbewegingen

 

 

1

 

Het gemeentebestuur van Hemiksem voorziet ik haar begroting een jaarlijkse werkingssubsidies als bijdrage in de permanente werkingskosten van de 4 erkende jeugdbewegingen actief binnen de Gemeente Hemiksem. 

 

Deze subsidie krijgen de jeugdbewegingen verdeeld in 2 delen:

 

Deel 1 : Elke jeugdbeweging die een geldige aanvraag indiende op subsidie krijgt een basissubsidie van 250 euro.

Deel 2 : Het saldo - zijnde het bedrag voorzien voor de werkingssubsidie in de gemeentelijke begroting verminderd met de vastgestelde basissubsidies volgens het aantal geldige aanvragen – wordt verdeeld adhv een puntensysteem waarbij de jeugdbeweging hun werking dienen te staven.

 

 

2

 

Kunnen aanspraak maken op deze subsidie:

 

Elke erkende jeugdbeweging die aangesloten is bij de Jeugdraad van Hemiksem en vermeld staat in de beleidsplannen van Gemeente Hemiksem.   Andere jeugdverenigingen vertegenwoordigd in de jeugdraad die elders subsidies ontvangen of van politieke aard zijn worden uitgesloten van subsidies.

 

 

3

 

De aanvraag zal gebeuren via het standaardformulier dat de correcte gegevens moet bevatten zodat men de puntenverdeling kan berekenen.

 

Om deze subsidie te ontvangen dienen de jeugdverenigingen de maandbladen of een print met duidelijk overzicht van de activiteiten af te geven bij de vrijetijdsdienst. Eveneens dienen zij een werkingsverslag in te vullen van het voorbije werkjaar en dit vóór 31 maart te bezorgen bij de dienst Vrije Tijd van Gemeente Hemiksem.

 

 

4

 

Het puntensysteem wordt opgesteld als volgt:

 

- Aantal leden (exclusief de leiding) officieel ingeschreven op 1 januari - 1 punt per lid met een maximum van 200 punten, 1 uur = 1 punt.

 

 

Als bijlage 1 toe te voegen:

Nominatieve lijst zoals deze werd doorgegeven voor verzekeringsdoeleinden.

 

- Aantal leiding officieel ingeschreven op 1 januari

met brevet van animator in het jeugdwerk, erkend door de Vlaamse Gemeenschap – 14 punten per leid(st)er, met een maximum van 200 punten.

zonder brevet van animator in het jeugdwerk, erkend door de Vlaamse Gemeenschap – 7 punten per leid(st)er, met een maximum van 200 punten.

 

Als bijlage 2 toe te voegen:

Nominatieve lijst zoals deze werd doorgegeven voor verzekeringsdoeleinden.

Kopie van het brevet van de gebrevetteerde leiding.

 

 

- Uren activiteit

Het aantal uren activiteit wordt gedeeld door het aantal afdelingen, met een maximum van 200 punten. 

 

Het gaat om activiteiten die behoren tot het specifieke doel van een jeugdvereniging, m.a.w. uitsluiting van fuiven, BBQ’s en andere winstgevende activiteiten. Kampen komen niet in aanmerking voor deze rubriek, afdelingsweekends en planningsweekend komen wel in aanmerking. Het aantal uren voor een planningsweekend met uitsluitend leiding wordt maar één keer geteld en niet voor iedere afdeling.

Een weekend telt voor:

1 overnachting= 10 uren

2 overnachtingen= 14 uren

3 overnachtingen= 22 uren

 

Als bijlage 3 toe te voegen:

Invulformulier met per weekend het aantal uren activiteit, per afdeling.

Maandbladen

 

 

- Huisvesting – 200 punten

Het gaat om constructies/gebouwen in steen of een combinatie van hout en steen.

Een gemachtigd ambtenaar kan de opgegeven oppervlakte komen nameten.

Het gaat om lokalen die uitsluitend gebruikt worden als huisvestiging voor de jeugdvereniging.

 

 

Als bijlage 4 toe te voegen:

Enkel toe te voegen indien wijzigingen t.o.v. vorig jaar: Een gedetailleerde opgave van de lokalen met vermelding van hun ligging, bestemming en oppervlakte. (Daar waar mogelijk een grondplan bijvoegen)

 

 

- Kampactiviteiten:

 

Minimumperiode bedraagt 5 dagen.

Begeleid door minimum één verantwoordelijke van minimum 21 jaar.

De kampen moeten doorgaan tijdens de maanden juli en/of augustus.

De kampen moeten erkend zijn door een hogere instantie.

Het aantal deelnemers wordt vermenigvuldigd met het aantal overnachtingen en gedeeld door 10. Leiding, kookouders en foeriers mogen niet meegeteld worden. Hier ook een maximum van 200 punten.

 

 

Als bijlage 5 toe te voegen:

Invulformulier met datum, plaats, afdeling, aantal overnachtingen en aantal leden.

Elk bewijsstuk dat de juistheid van de verstrekte gegevens kan aantonen. (kampcontract + afrekening van de eigenaar/beheerder van de kampplaats)

Lijst van de deelnemende leden en leiding.

 

 

- Weekendactiviteiten

De activiteit moet begeleid worden door minstens één verantwoordelijke van minimum 21 jaar.

Het weekend moet aangetoond kunnen worden in de maandbladen / overzicht activiteiten.

Het aantal leden wordt vermenigvuldigd met het aantal overnachtingen en gedeeld door 10. Leiding, kookouders en foeriers mogen niet meegeteld worden. Hier ook een maximum van 200 punten.

 

Als bijlage 6 toe te voegen:

Invulformulier met datum, plaats, afdeling, aantal overnachtingen en aantal leden.

Elk bewijsstuk dat de juistheid van de verstrekte gegevens kan aantonen. (weekendcontract + afrekening van de eigenaar/beheerder van de weekendplaats)

Lijst deelnemende leden en leiding.

 

 

- Er worden 5 punten afgetrokken per ontbrekend maandblad.

 

 

5

 

De subsidieaanvraag moet voor 31 maart binnen gebracht worden bij de vrijetijdsdienst van Hemiksem.  - Er worden 40 punten afgetrokken voor het laattijdig indienen van het werkingsverslag.  Met laattijdig of oncompleet ingediende aanvragen na verdeling van de punten wordt geen rekening gehouden.

 

 

6

 

De subsidie wordt berekend volgens vastgestelde puntentelling (zie artikel 3).  De uitbetaling van de geldige dossiers zal gebeuren voor 31 mei van het jaar van indiening.

 

 

7

 

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en vervalt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 62 - Subsidiereglement voor kampvervoer

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Mail van de schepen van jeugd van 26 november 2019 in verband met de subsidie voor kampvervoer.

        Collegebesluit van 2 december 2019 waarbij het subsidiereglement voor kampvervoer voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.  Het is dus  nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Omdat het huidig reglement op de subsidie voor kampvervoer vervalt op 31 december 2019 is het nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een nieuw reglement goed te keuren voor subsidie voor kampvervoer omdat het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

een nieuw subsidiereglement voor kampvervoer goed te keuren.

 

Artikel 2

Reglement kampvervoer gemeente Hemiksem

1

De jeugdbewegingen kennen problemen bij het vinden van een geschikt vervoersmiddel om de materialen en bagage op het kampterrein te krijgen waar ze hun kamp organiseren.  Aangezien het voor de Gemeente moeilijk is om een vrachtwagen te voorzien op de gewenste dagen voorziet het Gemeentebestuur van Hemiksem we een jaarlijkse toelage van 3.200 € aan de Jeugdraad om dit kampvervoer te organiseren.

 

2

Wie kan bij de jeugdraad terecht voor deze tussenkomst :

Elke erkende jeugdbewegingen die aangesloten is bij de jeugdraad van Hemiksem en als jeugdvereniging gekend is voor het Gemeentebestuur van Hemiksem.

 

3

De jeugdbeweging kan kiezen tussen 2 opties :

-het standaard formulier invullen en aanspraak maken op een maximaal geldbedrag van 800 € om het kampvervoer zelf te organiseren.

-het standaard formulier invullen en vragen aan de vrijetijdsdienst van Hemiksem om het kampvervoer te regelen in overleg en op de gevraagde dagen waarbij de maximale bijdrage 800 € zal bedragen.

 

4

De aanvraag zal gebeuren via het standaard formulier dat volgende gegevens moet bevatten:

    - naam van de vereniging

    - naam en adres van de verantwoordelijke

    - plaats (exact adres) en periode van het kamp

    - datum van gewenste vervoer heen / terug

    - erkenningnummer van de Vlaamse Gemeenschap

    - rekeningnummer van de vereniging (indien van toepassing)

 

5

De aanvraag dient binnen te komen bij de dienst vrijetijd voor 30 april van het jaar waarin het kamp plaatsvindt waarbij duidelijk aangegeven wordt voor welke toelage men kiest.   Met laattijdig of oncompleet ingediende aanvragen wordt geen rekening gehouden gezien er voldoende tijd moet zijn om deze kampvervoeren te organiseren.

 

6

Elke jeugdbeweging die voldoet aan de voorwaarden kan kiezen voor één van de 2 opties beschreven in artikel 3 en ze kan deze toelage bij de jeugdraad slechts éénmaal per kalenderjaar aanvragen voor één specifiek kampvervoer.  De maximale toelage per kampvervoer is 800 €.

 

7

Indien door omstandigheden het toegekende budget aan de Jeugdraad niet volledig wordt opgebruikt omwille van ontbrekende aanvragen zal de Jeugdraad dit bedrag terug overmaken aan het Gemeentebestuur.

 

8

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten Ga naar de bekendmaking

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 63 - Subsidiereglement werking sportverenigingen

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

        Mail van de schepen van jeugd van 26 november 2019 in verband met de subsidie aan sportverenigingen in functie van de inhoudelijke kwalitatieve werking.

        Collegebesluit waarbij dit reglement voor goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.  Het is dus  nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Juridische grond

Geen juridische grond.

 

Advies

Geen advies.

 

Argumentatie

Omdat het huidig subsidiereglement op de inhoudelijke kwalitatieve werking van sportverenigingen vervalt op 31 december 2019 is het nodig een nieuw reglement goed te keuren.

 

Financiële gevolgen

Geen financiële gevolgen

Het is nodig een nieuw reglement goed te keuren voor subsidie in functie van de inhoudelijke kwalitatieve werking van sportverenigingen omdat het huidig reglement vervalt op 31 december 2019.

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

de gemeenteraad beslist:

een subsidiereglement goed te keuren op de inhoudelijke kwalitatieve werking van sportverenigingen.

 

Artikel 2

SUBSIDIEREGLEMENT VOOR SPORTVERENIGINGEN IN FUNCTIE VAN DE INHOUDELIJKE KWALITATIEVE WERKING

 

 

ALGEMENE BEPALINGEN

 

Artikel 1

Met onmiddellijke ingang vanaf de gemeenteraad en binnen de perken van de door de hogere overheid goedgekeurde gemeentebegroting kan jaarlijks een subsidie voorzien worden voor de jaarwerking van  erkende Hemiksemse sportverenigingen. Het verlenen van subsidie wil  niet dat sportverenigingen hiermee in stand gehouden worden maar wel dat hun werking hiermee gestimuleerd wordt.

 

VOORWAARDEN

 

Artikel  2

Kunnen niet in aanmerking komen voor subsidies:

-overkoepelende verenigingen, organen of inrichtingen

-inrichtingen of verenigingen, opgericht in de schoot van commerciële, financiële of industriële bedrijven

-instellingen , inrichtingen of verenigingen met commerciële, financiële of industriële activiteit die producten/diensten verkopen of sportinfrastructuur verhuren

 

 

AANVRAAGPROCEDURE

 

Artikel 3

De subsidies moeten jaarlijks aangevraagd worden op de daartoe bestemde formulieren die jaarlijks te verkrijgen zijn via de gemeentelijke vrijetijdsdienst. Op deze formulieren zullen de normen om aan de criteria te voldoen en de hiertoe benodigde toe te voegen bewijzen vermeld worden. Het dossier is van toepassing op het werkjaar (1 september - 31 augustus)  voorafgaande aan de subsidieaanvraag. De aanvraag betreft één werkjaar.

 

Artikel 4

De subsidies zullen jaarlijks worden uitgekeerd in december aan alle sportverengingen die uiterlijk op 15 oktober hun subsidieaanvraag  hebben ingediend bij de vrijetijdsdienst. Aanvragen die niet binnen de gestelde periode of niet op de door dit reglement bepaalde wijze worden binnengebracht, zijn onontvankelijk.

 

Artikel 5

De subsidieaanvraag en de bijhorende documenten moeten ondertekend zijn door degenen die volgens de statuten namens de sportvereniging kunnen optreden of – zo er geen statuten zijn – door twee bestuursleden.

 

 

CONTROLE EN SANCTIES

 

Artikel 6

De sportverenigingen die om een toelage verzoeken, verklaren zich uitdrukkelijk akkoord met het feit dat het de vrijetijdsdienst kan en mag overgaan tot het controleren van de door hen verstrekte gegevens. Zij verklaren zich tevens akkoord om binnen de maand na de vraag, op gevaar van uitsluiting, alle bijkomende informatie over de ingestuurde gegevens te verstrekken.

 

Artikel 7

Indien blijkt dat opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd kan dit leiden tot een geheel of gedeeltelijk schorsing of terugvordering van de toelage.

 

 

TOELAGEN

 

Artikel 8

Het jaarlijks door het gemeentebestuur beschikbaar gestelde begrotingskrediet omvat:

 

-Een subsidiereglement voor kwaliteitsverhoging m.b.t. sportbegeleiders & bestuurskadervorming in de sportvereniging. De subsidie omvat het werkelijk betaalde bedrag van het inschrijvingsgeld van de opleiding of bijscholing.

 

Elke overschot voortvloeiend uit deze berekeningswijze wordt toegevoegd aan het bedrag dat voorzien werd voor het berekenen van de basistoelage en werkingstoelage.

 

-Een basistoelage zijnde een forfaitair bedrag, aan alle rechthebbende sportverenigingen toegekend op grond van hun erkenning als betoelaagbare sportvereniging met een maximum van 500 euro.

 

Elke overschot voortvloeiend uit deze berekeningswijze wordt toegevoegd aan het bedrag dat voorzien werd voor het berekenen van de werkingstoelage.

 

-een werkingstoelage berekend op basis van een puntensysteem. Hiervoor wordt een begrotingskrediet beschikbaar gehouden.

 

Een sportvereniging kan maximaal 40% van het gestelde krediet van werkingstoelagen ontvangen. Indien door deze regeling budget niet kan worden toegekend, dan zal deze gelijkmatig verdeeld worden onder alle verenigingen die in aanmerking komen voor een werkingstoelage.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SUBSIDIEREGLEMENT KWALITEITSVERHOGING M.B.T. (JEUGD)SPORTBEGELEIDERS & BESTUURSKADERVORMING IN DE SPORTVERENIGING

 

Artikel 9

De sportverenigingen die in aanmerking komen voor een toelage moeten voldoen aan volgende criteria:

-Voldoen aan de criteria in artikel 11 van dit reglement.

-De subsidie wordt enkel toegekend aan Hemiksemse sportverenigingen voor trainers, sportbegeleiders of bestuursleden die bij aanvang van de opleiding of bijscholing minstens 1 jaar actief lid zijn van die vereniging, en enkel voor opleidingen of bijscholingen relevant voor de in de vereniging beoefende sporttak.

-De opleiding moet georganiseerd worden of erkend zijn door de Vlaamse Trainersschool (VTS). De bijscholing moet georganiseerd zijn door de federatie, de provincie Antwerpen, Vlaamse Trainersschool, ISB, gemeentelijke sportraad of de Vlaamse Overheid of de Vlaamse Sportfederatie.

-De cursist dient de eindproeven, indien deze verbonden zijn aan de opleiding/bijscholing,  succesvol te hebben afgelegd.

 

Artikel 10

De aanvraag voor het bekomen van een basistoelage dient volgende documenten te bevatten:

-Naam, voornaam, adres en geboortedatum van de cursist

-Betalingsbewijs van de opleiding of bijscholing (rekeninguittreksel)

-Bewijs dat deze georganiseerd of erkend wordt door één van de instanties onder artikel …..

-Onderwerp, plaats, organisatie en data van de opleiding of bijscholing.

-Bewijs diploma/attest aan de opleiding of bijscholing en eventuele eindproeven, indien hieraan verbonden (of diploma)

-Verklaring van de sportclub dat de vereniging minstens 1 jaar actief lid was bij aanvang van de cursus

-Rekeningnummer van de sportvereniging (+ titularis) waarop het inschrijvingsgeld kan worden terugbetaald

 

 

 

BASISTOELAGE

 

Artikel 11

De sportverenigingen die in aanmerking komen voor een toelage moeten voldoen aan volgende criteria:

 

-De sportverenging biedt een sport die vermeld staat op de sporttakkenlijst of die aangeboden wordt door erkende Vlaamse sportfederaties of door erkende Vlaamse organisaties voor de sportieve vrijetijdsbesteding.

-De sportvereniging is lid van een Vlaamse sportfederatie.

-Ontplooien van sportactiviteiten: activiteiten waarbij fysieke inspanning centraal staat en die individueel of in ploegverband worden beoefend met een competitief of recreatief karakter.

-De sportvereniging heeft een bankrekening op haar naam.

-De sportvereniging moet de vorm van een feitelijke vereniging of VZW aannemen en mag geen beroepsdoeleinden of winstoogmerk binnen de sportieve werking hebben.

-De sportvereniging moet over minimum 10 actieve leden beschikken waarvan minimaal 30% inwoners van de gemeente Hemiksem dienen te zijn. Indien er géén 30% leden van Hemiksem zijn, moeten de activiteiten in Hemiksem plaatsvinden.

 

Artikel12

De aanvraag voor het bekomen van een basistoelage dient volgende documenten te bevatten:

 

-Samenstelling van bestuur met vermelding naam, voornaam en adres van de bestuursleden

-Adres van het secretariaat

-Lijst met actieve leden geldig op 30/09 met vermelding van woonplaats en geboortedatum

-Bewijs van aansluiting bij sportfederatie met opgave dat hun leden behoorlijk verzekerd zijn voor zowel burgerlijke aansprakelijkheid als voor persoonlijke ongevallen

-Statuten of een reglement van inwendige orde, tenzij er niets is gewijzigd t.o.v. het jaar voordien.

 

 

WERKINGSTOELAGE

 

Artikel 13

Sportverenigingen die in aanmerking komen voor een werkingstoelage moeten voldoen aan alle criteria van artikel 9 en 12. De werkingstoelage zal berekend worden op basis van een puntensysteem (cfr. Artikel 14). Sportverenigingen die een werkingstoelage krijgen kunnen geen aanspraak maken op een basistoelage.

 

Artikel 14

Sportverenigingen die aanspraak willen maken op een werkingstoelage dienen te voldoen aan volgende voorwaarden:

 

-Alle voorwaarden vermeld in artikel 11

-De sportvereniging dient over minimum 50 actieve leden te beschikken

-De sportvereniging streeft ernaar om zo veel mogelijk van haar sportaanbod onder begeleiding te laten verlopen door gekwalificeerde trainers

 

Artikel 15

De aanvraag voor het bekomen van een werkingstoelage dient volgende documenten te bevatten:

 

-Samenstelling van bestuur met vermelding naam, voornaam en adres van de bestuursleden.

-Adres van het secretariaat.

-Lijst met actieve leden geldig op 30/09 met vermelding van woonplaats en geboortedatum.

-Bewijs van aansluiting bij sportfederatie met opgave dat hun leden behoorlijk verzekerd zijn voor zowel burgerlijke aansprakelijkheid als voor persoonlijke ongevallen.

-Statuten of een reglement van inwendige orde, tenzij er niets is gewijzigd t.o.v. het jaar voordien.

-Kopie van de diploma’s van actieve trainers, jeugdsportcoördinator, scheidsrechters en juryleden aangesloten bij de sportvereniging, tenzij er niets is gewijzigd tegenover het jaar voordien.

-Deelname-attesten van bijscholingen van de actieve trainers, jeugdsportcoördinator, scheidsrechters, juryleden en bestuursleden binnen de sportvereniging.

-Kalender met vermelding van data wanneer er getraind wordt en wie de trainingen leidt.

-Speelkalender met opgave wanneer en waar de activiteiten  doorgaan.

 

 

Afhankelijk van de criteria die een sportvereniging wil opnemen in de subsidieaanvraag dienen extra documenten toegevoegd te worden. Alle documenten die een sportverenging moet indienen worden vermeld op het aanvraagformulier dat te verkrijgen is bij de vrijetijdsdienst.

 

 

BEREKENING WERKINGSTOELAGE

 

 

Artikel 16

Deze worden verdeeld volgens een puntensysteem onder alle verenigingen die aan alle criteria vermeld onder artikel 9 en 12 voldoen.

 

Waarde per punt = globale budget aan werkingstoelage van de gemeente voor sport (...%)

totaal aantal punten van alle sportverenigingen die werkingssubsidies krijgen

 

De werkingstoelage per sportvereniging = waarde van een punt x aantal behaalde punten

 

 

 

1. KWANTITATIEF (30 % van het budget aan werkingstoelagen)

1.1) Ledenaantal:

actieve verzekerde leden50 - 75                                   1 punt

76 - 100        2 punten

101 - 200        3 punten

201 - 400        4 punten

401 en meer        5 punten

 

aantal jeugdleden10 - 25        2 punten

26 - 75                                   3 punten

76 - 150        4 punten

151 en meer        5 punten

 

1.2) Aantal prestatie-uren per jaar: 1 - 250        1 punt

Competitie en trainingen251 - 500        2 punten

501 - 750        3 punten

751 - 1000        4 punten

1001 en meer        5 punten

 

1.3)  Uitstralingscoëfficiënt: recreatief          1 punt

Hoogste competitieniveaugewestelijk*         3 punten

provinciaal         4 punten

landelijk         5 punten

nationaal         6 punten

 

* Van zodra er aan competitie gedaan wordt, spreken we van gewestelijk niveau.

 

1.4) Gemiddeld lidgeld dat de sportverenging betaalt aan verbond of federatie per lid

0 - 9,99 euro          1 punt

   10 - 19,99 euro          2 punten

20 - 29,99 euro           3 punten

30 - 39,99 euro          4 punten

40 euro en meer           5 punten

 

 

 

2. KWALITATIEF (70 % van het budget aan werkingstoelagen)

 

2.1) Kwaliteitsvol sportkader:

 

2.1.1) De sportverenging beschikt over een gedetailleerd en op de sportvereniging geënt beleidsplan waarvan de goedkeuring door het bestuur genotuleerd staat in haar verslagen. De club verbindt zich ertoe om het beleidsplan actief bij te sturen en intern te reflecteren op de werking binnen de sportvereniging.                                                                                    15 punten

 

2.1.2) De sportvereniging beschikt over een volwaardig jeugdbestuur.     10 punten

 

 

2.2) Kwaliteitsvol sporttechnisch kader:

 

2.2.1) Aantal gediplomeerde trainers die effectief training geven aan hun vaste groep/ploeg:

- Aspirant-Initiator3 punt

- Initiator in de betreffende sporttak of Bachelor L.O.6 punten

- Trainer B of Master L.O. 9 punten

- Trainer A of Bachelor L.O. met Trainer B12 punten

- Bachelor L.O. met trainer A12 punten

- Master L.O. met trainer B12 punten

- Master L.O. met trainer A12 punten

 

Indien de diploma's niet binnen deze tabel vallen; zie dan assimilatietabel VTS.

 

2.2.2) Aantal door de sportfederatie gediplomeerde actieve scheidrechters en juryleden aangesloten bij de vereniging: 1 punt per scheidsrechter                                                                             max. 5 punten

 

 

2.3) Doelgroepen

 

2.3.1) Jeugd (- 18j)

 

2.3.1.1) De sportvereniging heeft een jeugdsportcoördinator en die voldoet aan onderstaande voorwaarden:                                                                                                                5 punten

- hij/ zij is jeugdsportcoördinator bij een club met minstens 20 jeugdleden

- hij/ zij is de contactpersoon voor jeugdtrainers, ouders, spelers,…

- hij/ zij is met naam, taak en contactgegevens expliciet vermeld worden in de                                           informatiebrochure en/of website van de vereniging.                                          

 

2.3.1.2)  De sportvereniging beschikt over een jeugdsportbeleidsplan of over een sportbeleidplan waarin jeugdsport als apart onderdeel is opgenomen.                             10 punten

 

2.3.1.3) Er is minstens 1x per jaar een informatievergadering voor de ouders.5 punten

 

2.3.1.4) De sportvereniging heeft jeugdstages ingericht: een activiteit voor de leden gedurende minimum 2 opeenvolgende dagen van minimum 4 uur per dag actieve sportbeoefening per kind o.l.v. gediplomeerd lesgever.               4 punten per stagedag, max. 20

 

 

2.3.2) Senioren (55+)

 

2.3.2.1) De club heeft een seniorenwerking die voldoet aan onderstaande voorwaarden:                                                                                                                                                           10 punten

- minimaal 5 senioren 50+

- aanbieden van toegankelijke trainingen voor 50+

- bereidheid tot medewerking aan gemeentelijke initiatieven voor senioren

 

2.3.2.2) Een gediplomeerd lesgever binnen de sporttak met een specifiek diploma rond seniorensport of zorgverstrekker (verpleging, verzorgende, dokter,...) met sportspecifiek diploma begeleidt de training vermeld onder              2.3.2.1.                                                        5 punten

 

2.3.3) G-sport

 

2.3.3.1) De sportverenging beschikt over  een G-werking die voldoet aan onderstaande voorwaarden:

10 punten

 - vermeld staan in de G-wijzer

- aangepaste trainingen aanbieden voor G-sporters op wekelijkse basis

- extra begeleiding voor G-leden

- G-sport-aanbod vermelden in de infobrochure / website

 

2.3.3.2) Een gediplomeerd lesgever binnen de sporttak met een specifieke opleiding rond G-sport of leerkracht buitengewoon onderwijs met sportspecifiek diploma begeleidt de training vermeld onder 2.3.3.1.                                                                                                                5 punten

 

 

2.4) Communicatie

 

2.4.1) De sportvereniging beschikt over een website of digitaal platform waarop de leden de

speelkalender en trainingsdata kunnen consulteren.                   6 punten

 

2.4.2) De sportvereniging beschikt over een communicatieverantwoordelijke.6 punten

 

2.4.3) De sportvereniging maakt gebruik van sociale media of mail dat op regelmatige basis aan de leden wordt verstuurd. (minimaal 6x per jaar)                                                         2 punten

 

2.4.4) Participatie aan de vergaderingen van de sportraad: min.  50% aanwezigheid

8 punten

 

 

Artikel 17

De sportvereniging aanvaardt verantwoording af te leggen overeenkomstig de Wet van 14 november 1983, die stelt dat de club de subsidie moet gebruiken voor het doel waarvoor de subsidie is toegekend.

 

 

Artikel 18

Voor de uitbetaling van dit subsidiereglement worden de de hierna beschreven budgetten samengenomen om nadien de berekening uit te voeren.

 

-Subsidie Werking Sportvereningingen

-Subsidie Bestuursvorming Sportverenigingen

-Subsidie Jeugdsport Sportverenigingen

 

 

 

Artikel 19

 

De toepassing van dit reglement is afhankelijk van de goedkeuring van de Gemeentelijke Begroting – BBC – Cyclus 2020 – 2025.

 

Artikel 3

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025.

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 64 - Verhogen instapratio tweede pensioenpijler

 

MOTIVERING

 Voorgeschiedenis

Besluit gemeenteraad van 20 september 2016

 

Feiten en context

Er werd een overeenkomst met OFP Provant afgesloten.

Om de korting op de responsabiliseringsbijdrage te kunnen behouden, is het nodig de instapratio te verhogen

in 2020 naar 25 %

en

in 2021 naar 35 %

 

Juridische grond

Wet van 28 april 2003 :

regelt de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid

 

Het sectoraal akkoord 2008-2013 afgesloten in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 19 november 2008 :

voor het personeel van de lokale en provinciale besturen

 

Vlaams onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009 :

stelt het kaderreglement tweede pensioenpijler vast

 

Wet van 30 maart 2018 :

Gemengd pensioen

 

Advies

Er is geen advies nodig.

 

Argumentatie

De gemeenteraad moet haar goedkeuring verlenen aan de verhoging van de instapratio

n 2020 naar 25 %

en

in 2021 naar 35 %

 

Financiële gevolgen

Gemeente = 31682,50 euro (2020)

OCMW 32344.88 (2020)

 

 

BESLUIT

20 stemmen voor: Luc Bouckaert (CD&V-groen), Kristien Vingerhoets (Sp.a-waazienHgeire), Koen Scholiers (CD&V-groen), Jenne Meyvis (CD&V-groen), Caroline Van Vracem (CD&V-groen), Annick De Wever (CD&V-groen), Eddy De Herdt (Hemiksem Vooruit), Agnes Salden (VLAAMS BELANG), Stefan Van Linden (Sp.a-waazienHgeire), Cliff Mostien (Hemiksem Vooruit), Helke Verdick (N-VA), Rita Goossens (N-VA), Kris Verbeeck (CD&V-groen), Kurt Verberckt (CD&V-groen), Jozef Van Havere (CD&V-groen), Birgit De bondt (OPEN VLD), Jill Van Wijnsberghe (CD&V-groen), Rodney Talboom (Sp.a-waazienHgeire), Inneke Varewyck (N-VA) en Bert Cools (VLAAMS BELANG)

 

Artikel 1

De gemeenteraad beslist:

de instapratio te verhogen

in 2020 naar 25 %

en

in 2021 naar 35 %

 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 65 - Vraag Hemiksem Vooruit - openingsuren gemeentelijk zwembad

 

Vraag 1 : Nieuwe openingsuren gemeentelijk zwembad

Onlangs vernamen we dat de openingsuren van het gemeentelijk zwembad wijzigen. Ook de inwoners zijn ondertussen op de hoogte dat zij geen gebruik meer kunnen maken van het gemeentelijke zwembad. Infrastructuur waarvoor iedere Hemiksemnaar nochtans belastingen voor betalen. Toch wordt hun de toegang met deze nieuwe openingsregeling ontzegd. Wij ontvingen uit diverse hoeken boze reacties en hadden graag meer uitleg gekregen over deze nieuwe regeling.

Verdere toelichting wordt gegeven op de gemeenteraad.

Antwoord gegeven door: Koen Scholiers

 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 66 - Vraag N-VA - vacatures De Regenboog

 

1.In het verslag van het college van 18 november 2019 lezen we dat er bepaalde betrekkingen vacant zijn verklaard in BS De Regenboog.

Tegelijk lezen we dat deze moeten uithangen ad valvas voor 15 november 2019.

Zijn deze uitgehangen? Zo ja, worden er dan vacatures verspreid die nog bekrachtigd moeten worden?

Antwoord gegeven door: Kristien Vingerhoets

 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 67 - Vraag N-VA - toelichting budget

 

2.Heden hebben wij geen beleidsakkoord, detailbudget of toelichting ervan ontvangen. Zoals u weet vertegenwoordigt de oppositie net niet de helft van de kiezers. Deze kiezers verwachten van ons dat we kunnen toelichten wat er met hun belastingcenten en die van alle inwoners gebeurt. Welke motieven heeft het bestuur om de informatie en communicatie hierrond te beperken?

 

Antwoord werd gegeven in de loop van de zitting.

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 68 - Vraag N-VA - resultaten enquête

 

3.Het bestuur wou via een bewonersbevraging te weten komen welke maatregelen er gewenst zijn door de bevolking vanaf 16 jaar en schakelde daarvoor jobstudenten in. Citaat toelichting:

“De resultaten van de enquête neemt het bestuur vervolgens mee in de opmaak van het nieuwe meerjarenplan dat in het najaar aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.”

Onze vraag is dus: welke resultaten zijn er bekomen en hoe vinden we deze terug in het meerjarenplan?

 

Antwoord werd gegeven in de loop van de zitting.

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Overzicht punten

Zitting van vergadering 26/12/2019

 

GR - 26/12/2019 - Secretariaat - 69 - Vraag N-VA - mobiele camera

 

4.In de winterperiode zijn de bewoners extra op hun hoede op het gebied van hun veiligheid. Een mobiele camera werd opgesteld in het centrum. Waar is deze camera gedurende de maand december opgesteld?  Wat zijn de resultaten van deze maatregel?

Antwoord gegeven door: Luc Bouckaert

 

 

 

Publicatiedatum: 30/12/2019
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.